Dit is Amsterdam
HC1
Erfgoed, identiteit en beeldvorming
- 11:30-13:00 tt world fashion centre
- 3 essayvragen (300 w per)
- 20/25 korte vragen
Erfgoed en Identiteit:
Dingen van historische of culturele waarde (uit het verleden dus) – cultureel erfgoed
Materieel Erfgoed
Gebouwd erfgoed:
- Quote Gabi (p4)
- Bv: grachtenpanden
- Stedenbouwkundige structuren, maar ook individuele gebouwen
Coert Peter Krabbe
- 19e eeuw komt zorg voor gebouwd erfgoed
- Aanvankelijk: gebouwen gewaardeerd door associatie met belangrijk persoon/gebeurtenis
- Oprichting maatschappij tot bevordering der Bouwkunst 1842
- Eerst nog niet zo veel zorg voor esthetische waarde behouden, meer praktisch I guess??
- Restaureren is meer dan herstellen en repareren (2 e helft 19e eeuw)
- “Gebouwen kregen… hadden gehad…” (p171)
o Ging niet over terugkeren naar hoe het ooit was gebouwd, maar meer à la france?
- Gebouwd erfgoed kan worden gebruikt om een bepaald verhaal te vertellen
Eind 19e eeuw: overheid neemt monementenzorg op zich, pas 1961 (!) monumentenwet, nu 9800
monumenten. Zo laat pas die wet omdat je mensen tot monumentenzorg verplicht (bv als je woont
in een monument).
Objecten in musea, publieke kunst en monumenten
- Bv schilderijen en monumenten in de stad (bv dam monument), maar ook publieke kunst (bv
nieuwmarkt metro: slopersbal)
‘Populaire cultuur’
- Bv: coffeeshops of haring/zuurkar (bestaat niet meer) -> straatkar voor joden omdat zij niet bij
de gildes mochten (was armoede eten)
- Of: broodjescultuur (erfgoed is niet statisch, maar kan ook verdwijnen) -> verdwenen door
ander cultureel erfgoed: febo
Immaterieel Erfgoed
Taal
- Bv Jiddisch (Mokum, gozer, mazzel, etc.)
Media
- Sjonnie Jordaan, tv series (Baantjer), zangers, etc.
Tradities
- Bv Pride, hartjesdag op de zeedijk (soortvan verdwenen) -> mannen als vrouwen verkleed en
andersom (soortvan carnaval in Amsterdam, gender in de blender idee), of bv Stille Omgang
Erfgoed is aan verandering onderhevig
Voornamelijk: materieel erfgoed (gebouwd + kunst)
Beeldvorming
,Wat typeert Amsterdam bv?
- Google: Grachten (bouw=uitleg van Amsterdam)
- Bouw: 4 uitleggen (1&2= oostdeel, 3= west grachten en Jordaan, 4= grachten tm Amstel
ongeveer)
- Beeldvorming van de grachten begon meteen na de bouw (of zelfs tijdens?)
- Werd wel geïdealiseerd: bv geen bomen afgebeeld op schilderijen (!)
- Waarom geen bomen?: leek meer op renaissance beeld/Italiaanse steden en huizen waren
daardoor beter te zien op het schilderij
- Buitenlanders zeiden in hun reisverslagen veel over Ams, droeg bij aan beeldvorming
o Veel terugkomend in reisverslagen: schoonheid (letterlijk hoe schoon het was), handel en
de grachtenpanden (die drie kwamen eig altijd terug)
- “Dat het … 17e eeuw.” : burger architectuur
- Caspar Philips 1768: boek van Amsterdamse grachtenpanden, niet helemaal correct (!)
Vroege 17e -eeuws grachtenpand:
- Exterieur: trapgevel, baksteen, kruiskozijnen (met kleine raampjes), natuurstenen
elementen, op de vlucht gebouwd (naar voren hangend).
- Interieur: voorhuis, spiltrap, bedsteden, balkenplafonds, non-specifieke functies per
kamer.
Later: halsgevel/klokgevel/lijstgevel (na begin 17e eeuw)
18e -eeuws grachtenpand:
- Exterieur: verschillende geveltypes (hals, klok, lijst, etc.), schuiframen, meer natuurstenen
façades en decoratie.
- Interieur: voor en achterhuis met lichtschacht, statige trappen, stucplafonds, specifieke
functies per ruimte, luxe interieurs, ‘Lodewijk stijlen’.
Beeldvorming Amsterdamse grachten klopt niet, 2/3e van de grachtenpanden is na 1850 gebouwd.
- Zelfs veel na 2000, maar ze lijken oud
- Dus: beetje scheef beeld
- Ook nog veel houten huizen in de 17e eeuw: we zien nu als beeld een ‘stenen’ grachtengordel
- ook erg elitair erfgoed: grote delen in Amsterdam waren ‘sloppen’, dus veel kleine steegjes
(eind 19e eeuw 1300 sloppen, nu nog maar 400).
- Dus: geeft maar 1 beeld
Grachtengordel maakt dus onderdeel uit van de Amsterdamse identiteit, maar we beseffen vaak niet
dat dit ook een keerzijde heeft
- Dempen van de grachten eind 19e eeuw
- Woningwet 1901 (onbewoonbaar verklaren en sociale woningbouw)
- ‘sanering’ van de stad (veel gesloopt en vervangen)
,Samengevat:
Identiteit:
1) gelijkheid: je identiteit bewijzen, bewijzen dat je de persoon bent voor wie je je uitgeeft.
2) Eigen karakter
Erfgoed: dat wat is overgebleven uit het verleden, dingen van historische of culturele waarde: cultureel
erfgoed.
Amsterdamse Identiteit: materieel erfgoed + immaterieel erfgoed
Materieel erfgoed: grachtengordel, de pijp, AUP, Het Schip, Anne Frankhuis, Oost-Indisch huis,
monument op de Dam, Kunst Rijks, etc.
Populaire cultuur: snijvlak materieel en immaterieel
Coffeeshops: gebouwen en drugscultuur, maar ook: haringkarren en FEBO.
Immaterieel erfgoed: taal jiddisch, media Baantjer, tradities (hartjesdag en stille tocht bv)
Erfgoed is aan verandering onderhevig
Coert Peter Krabbe
Zorg voor gebouwd erfgoed in NL begint in de 19e eeuw.
Aanvankelijk: gebouwen gewaardeerd vanwege associatie met belangrijke gebeurtenissen of personen.
Sloopwoede van Franse Revolutie: bescherming van Erfgoed.
Gebouwen: terug naar ideaalbeeld.
Pas in 1961 monumentenwet: bepaalde verplichtingen voor verschillende gebouwen, dus grote
omslag.
Beeldvorming: objecten, kunstwerken en gebouwen zijn uiting van culturele identiteit en dragen
continu bij aan vorming van het beeld.
Grachtengordel: idealen van Renaissance stad, verschillende boeken over grachtengordel (1768
Grachtenboek, 1668 William Temple: handelsgeest, schoon en woonhuizen).
In 19e eeuw: typerende Nederlandse architectuur zijn de ‘burgerhuizen’ aan grachtengordel.
18e eeuws grachtenpand: verschillende geveltypen, schuiframen, decoratie van natuursteen,
stucplafonds, luxe interieurs, specifieke functie.
2/3e van grachtenpanden nu na 1850, grachtengordel: één elitair beeld
In 17e eeuw 1300 sloppen, eind 19e eeuw dempen van grachten vanwege hygiëne, 1901 woningwet,
sanering van de stad: afbreken en opbouwen, Amsterdamse School.
Wat en hoe iets bewaard is zegt iets over dit erfgoed gedacht werd in een bepaalde periode.
, HC1 - Teksten
Architectonisch Erfgoed, Peter Krabbe (chatbot)
Het document beschrijft de opkomst van het begrip 'erfgoed' in Nederland en de evolutie van de
betekenis ervan door de jaren heen. Het onderzoekt de veranderingen in het gebruik van het begrip en
hoe het is toegepast op verschillende aspecten van de Nederlandse cultuur, zoals historische
gebouwen, kunstvoorwerpen, en landschappen. Het benadrukt de verschuiving van het begrip 'erfgoed'
van immateriële zaken naar materiële objecten, en hoe dit heeft bijgedragen aan een bredere
interpretatie van erfgoed. Het document behandelt ook de juridische en religieuze aspecten van
erfgoed, evenals de mogelijke bedreigingen zoals vandalisme en vernietiging van erfgoed. Het
benadrukt het belang van het behoud van erfgoed en de verschillende perspectieven op erfgoedbehoud
binnen de samenleving.
Het document biedt ook inzicht in de opkomst van de Nederlandse Begripsgeschiedenis, waarin
verschillende delen zijn verschenen die thema's zoals 'Vaderland', 'Vrijheid', 'Burger' en 'Beschaving'
behandelen. Het benadrukt de rol van de hoogleraar Frans Grijzenhout, die een leidende rol heeft
gespeeld in het onderzoek naar cultureel erfgoed. Het beschrijft ook de betrokkenheid van andere
auteurs bij het analyseren van erfgoed, zoals monumenten, oude gebouwen, en de culturele waarde die
zij vertegenwoordigen.
Tot slot benadrukt het document de noodzaak van het behoud van erfgoed en de verschillende
perspectieven op erfgoedbehoud binnen de samenleving. Het benadrukt ook de rol van erfgoed in het
vertegenwoordigen van de nationale cultuur en identiteit, en de invloed ervan op de samenleving als
geheel.
Het document benadrukt het belang van gewone woonhuizen als onderdeel van het erfgoed en plaatst
ze op gelijke voet met andere monumenten. Hij waardeert de esthetische waarde van gewone
woonhuizen en stelt dat ze net zo belangrijk zijn als kerken en openbare gebouwen. Thijm pleit voor
het behoud van gewone woonhuizen en benadrukt hun schilderachtige en historische waarde. Hij ziet
het gewone woonhuis als een representatie van de Nederlandse cultuur en beschouwt ze als een
integraal onderdeel van het historische stadsbeeld. Thijm's visie op erfgoed omvat niet alleen de
monumentale gebouwen, maar ook de alledaagse architectuur die een weerspiegeling vormt van de
Nederlandse samenleving en geschiedenis.