Samenvatting Hoorcolleges ILS reg. gedr. priv
Hoorcollege 1:
Dit vak: Wij gaan kijken hoe van Boom tegen het privaatrecht aan kijkt en hierop gaan we ook kritiek
leveren. Het gaat om de interactie tussen het vermogensrecht en marktwerking.
Vandaag: De individuele keuzeactor in het vermogensrecht: dit gaat over ons, wij maken keuzes bij
het aangaan van contracten en zijn wij blij of teleurgesteld als wij contracten hebben uitgevoerd.
Hiermee is een verband met het vermogensrecht, contractenrecht, dit biedt allerlei mogelijkheden
voor de individuele keuzeactor. We zullen gaan zien dat het belang van informatie groot is, volledige
informatie kan van groot belang zijn voor de juiste keuzes.
Individuele keuzeactor: Enkele thema’s bij dit onderwerp:
- Een belangrijke gedachte is hoe handelaren/ondernemers reageren op het gedrag van
individuele actoren, in het bijzonder als deze actoren niet veel nadenken? Wordt er dan
misbruik gemaakt door de ondernemers? Er zijn verschillende factoren van belang, denk aan
zoekkosten, des te hoger de zoekkosten, des te sneller een contract zal worden gesloten,
omdat je minder geneigd bent te zoeken naar een alternatief. Zeker als de prijs van het
contract, bv. een broodje, laag is.
- Daarnaast zouden we bijvoorbeeld een onderscheid kunnen maken tussen puur emotioneel
geladen contracten en puur economische contracten. Ook hier zijn er individuele
keuzeactoren, ook al is het een emotioneel onderwerp.
- Leereffect: is er een leereffect indien men een contract heeft gesloten waar men ontevreden
over is? Volgens de literatuur is het leereffect groter indien het gaat om contracten die men
vaker sluit. Indien er minder leereffect is kan er marktfalen ontstaan: het goed werken van
vraag en aanbod waar een goed maar 1 keer gekocht wordt in een mensenleven is een markt
waar mogelijk problemen ontstaan. Voorbeeld: onderwijs, medisch, advocaat, allemaal een
goed die men vaak maar 1 keer gebruikt. Informatie over kwaliteit en kwaliteitsverschillen is
lastig in een dergelijke markt
Informatie: Met deze voorbeelden van individuele keuzeactoren in een economische context gaan
wij nu steeds meer toe naar informatie, het belang hiervan, hoe weet je dat een goed, goed is?
Maken burgers andere beslissingen indien zij volledige informatie hadden gehad? Dit is een
belangrijke vraag. Dit komt bijvoorbeeld voor bij consumenten en algemene voorwaarden. De
betekenis van algemene voorwaarden is ook een informatieprobleem. Dus indien men betere en/of
specifiekere informatie had, dan had de consument waarschijnlijk beter gehandeld.
Een aantal voorbeelden van vragen die van belang zouden kunnen zijn bij dit vak:
Waarom worden bepaalde opties niet aan de burgers aangeboden/zijn bepaalde opties niet
voorhanden?
Voorbeeld: consumentenbescherming bij de verkoop van auto’s, bv. garantie. Dit is dwingend recht,
maar stel de consument wil geen garantie, maar korting? Het is niet mogelijk van dwingend recht af
te wijken meestal. Maar de ratio is wel interessant: kan een burger willens en wetens hiervan
afwijken? Dwingend recht is er met een bepaalde reden, bv. om een zwakkere partij te beschermen.
Als je in een individueel geval wil afwijken moet de vraag gesteld worden waartoe te bescherming
strekt. Maar als de markomstandigheden wijzigen, de zwakkere partij is sterker. Als maatschappij of
rechter moet er dan misschien voor worden gekozen om van dwingend recht af te wijken.
1
,Zijn er contracten die verboden moeten worden?
Voorbeeld: consumentenkrediet. Er is in Nederland een maximum aan krediet dat men mag
verstrekken aan consument en rentemaximum. Denk bv. aan flitskrediet, 100 euro lenen en
volgende week 120 euro bepalen. Moet men dit dan als maatschappij verbieden? In NL hebben we
dit gedaan, maar andere landen in Europa niet. Dit is mede afhankelijk van politieke invloeden.
Kern vandaag: Dan komt men snel op de vraag wat de fundamenten zijn in het vermogensrecht van
de ruimte die de individuele keuzeactor heeft? Verder is de vraag wat de ratio is voor ingrijpen in het
vermogensrecht, ingrijpen in die vrije markt. Vandaag kijken wij vooral naar kwalificaties.
Werkdefinities:
Vermogensrecht: het geheel aan regels dat het rechtsverkeer tussen burgers onderling
faciliteert (regelend recht) en geleidt (dwingend recht).
Bijv. het BW: er is ook voldoende vermogensrecht buiten het BW te vinden, dit is van
belang om te beseffen, het vermogensrecht is groter dan het BW.
In de Wft staat ook vermogensrecht: hierin staan regels die de horizontale
verhoudingen regelen tussen financiële instellingen en burgers.
Daarnaast prijzenregulering in groentewinkels waarbij groente per 100 gram moet
worden aangeboden, dit is ook vermogensrecht.
Marktregulering: de voorwaarden waaronder toegang tot specifieke markten wordt
verleend, en de spelregels voor marktgedrag in het algemeen. Hierbij denken we snel aan
publiekrecht, maar dit is niet helemaal waar. Want indien men naar de Mededingingswet en
Wft kijkt, dan ziet men dat deze wetten randvoorwaarden creëren voor privaatrechtelijke
randvoorwaarden, bijvoorbeeld aanbod en aanvaarding en contractvrijheid.
Regulering in het algemeen: Regels die een markt tot stand brengen, faciliteren of geleiden
– Zowel privaatrecht als publiekrecht: eerst werd het economisch recht genoemd, later
meer publiekrecht. Volgens Van Boom
Centrale stelling: privaatrecht waar het gaat om marktprocessen, met name
contractprocessen is iets wat faciliteren (met name aanvullend recht, dat faciliteiten voor
biedt voor burgers) en geleiden: dit gaat meer om dwingende rechtsbepalingen, waarin de
processen worden geleid, wegens bv. een onevenwichtigheid in de markt.
Vandaag:
De individuele beslisser in het vermogensrecht
De rol van informatie in het rationele keuzemodel
Waarom informatieregulering nodig is
Waarom informatieregulering moeilijk is
Hoe informatieregulering slechts een trede is op een langere interventieladder: voor een
wetgever is regulering een makkelijke manier van ingrijpen, alleen de effecten ervan zijn
onduidelijk.
Voorbeelden: bepaalde voorbeelden hebben rechtstreeks met informatie te maken, andere
voorbeelden staan hier vat verder vanaf. Wat is het probleem wat bij de volgende problemen zit?
Hoeveel kost mijn printer?
– https://wijverhurenprinters.nl/blog/wat-kost-een-printje /
– Het is niet in te schatten hoeveel een printje kost. Men ziet vaak een goedkope
printer, maar met behulp van patenten zijn de cartridges erg duur en alleen die
kunnen worden gebruikt.
2
, – Men moet dus niet alleen de prijs van de printer meewegen, ook de cartrigdges en
de duur van deze. Deze informatie heeft men nodig op deze markt, maar de markt
geeft deze informatie niet.
– Er is dus een informatie deficiet: we weten niet wat 1 printje. In een goed werkende
markt, zouden alle aanbieders dit duidelijk moeten maken. Een individuele
ondernemer heeft hier waarschijnlijk geen belang bij om dit bekend te maken.
Misschien doet een andere ondernemer dit wel, dit gebeurt echter niet op deze
markt. Er zit dus een probleem op de markt partitionering van de prijs: de prijs
van een product wordt zo opgeknipt dat de consument er eerst warm wordt
gemaakt voor het product, terwijl als de consument de volledige prijs had geweten,
dit anders was geweest.
– Als consument zoek je dit niet uit, omdat het zoekkosten kost. Je concentreert je dus
op de prijs van de eerste aankoop, de printer.
Opzegkosten bij verzekering
– (Aanhangsel Handelingen II 2017/18, 2319): volgens een gedragscode voor
verzekeraars kun je na ommekomst van een jaar het per maand opzeggen. De code
zegt niks over de kosten om op te zeggen. Dit is een drempel om het minder
aantrekkelijk te maken om op te zeggen.
– Zijn deze kosten problematisch? Dit weet men waarschijnlijk alleen als men de
algemene voorwaarden leest. De consument baalt, indien je het had gelezen, had je
misschien anders gehandeld.
– Wat is het probleem? Zeggen we aan de ene kant, nee mensen hadden beter
moeten lezen. Of stellen we dat toch niemand leest, en het idee van de code is dat
men makkelijk kan opzeggen en deze transactiekosten een drempel opwerpen wat
niet zou mogen in de markt.
– De vraag is of dit een informatieprobleem is. Is het belangrijk genoeg om er iets aan
te doen?
Rijlessen en ruilseks (Aanhangsel Handelingen II 2015/16, 831):
- In de krant stond een bericht dat rijlessen in seks werden betaald en niet in geld. Als cursist
heb je een aanbod gedaan voor euro’s, en nu bied je seks aan. Strikt juridisch is het een
aanbod om de oorspronkelijke prijs in te ruilen voor een andere prestatie. Als je vrijelijk tot
een beslissing komt zeg je ja of nee en komt deze inbetalinggeving niet tot stand.
- Wat is civielrechtelijk het probleem? Is dit contract in strijd met de goede zeden?
Civielrechtelijk is er niet veel fout aan, tenzij er sprake is van handelingsonbekwaamheid of
misbruik van omstandigheden.
- Ethisch is het fout, hoe lossen we dit dan op? Civielrechtelijk aanpakken door nietigheid
contract, strafrechtelijk of via de brancheorganisatie, naming and shaming. Naming and
shaming is een informatieoplossing: informatie kan naast een probleem ook een oplossing
zijn.
- Ratio voorbeeld: een maatschappelijk probleem juridisch oplossen is hier lastig, maar
informatie kan eventueel de oplossing bieden, maar hoeft niet de wenselijke oplossing te
bieden.
Denken, doen, beslissen:
de fundamenten van rationeel individualisme en het belang daarvan voor vermogensrecht;
de rechtvaardiging voor ingrepen van buiten in overeenkomsten;
de plaats van informatiegebreken in het vermogensrecht;
de kritiek vanuit psychologie op het rationeel individualisme;
de verhouding van autonomie en paternalisme binnen het vermogensrecht.
3
, Verder met de thematiek over informatie, maar er komt van alles bij, we gaan de ui van informatie
proberen te pellen.
Twee modellen voor contracten: je kan twee modellen voor contracteren neerzetten
Eerste model: dit zijn de juridische leerstukken.
Handelingsbekwaamheid
Wil, verklaring, vertrouwen
Aanbod, aanvaarding
Wilsovereenstemming over essentialia
Geen wilsgebreken
Geen nietigheden
Bij uitzondering: beperkende werking R&B, toetsing onereuze bedingen
2de model: dit is een meer economisch model van contracteren, ideale markt hoe contracteren
plaatsvindt.
Vraag en aanbod
Individueel rationalisme heldere preferenties. Individuele keuzeactoren zijn in staat hun
individuele preferenties te bepalen.
Volkomen informatie: in de ideale wereld heeft iedereen volledige informatie voor de
preferenties waarmee men de beslissing kan nemen. Dit model bestaat niet, daarom dient er
bekeken te worden of de markt geleid moet worden. Er is een informatie deficiet op de
markt, volkomen informatie bestaat niet.
Geen transactiekosten: in een ideale markt zijn er geen zoekkosten, dit is ook niet de
realiteit. Indien de zoekkosten zo hoog zijn dat individuen hun preferenties niet kunnen
nastreven, kan dit een reden zijn om de markt te reguleren (dit is het idee van dit college: er
is een ideaal economisch model, zonder transactiekosten, indien er niet aan het ideaal wordt
voldaan kan er reden zijn om in te grijpen in de markt via het vermogensrecht, dan kan het
vermogensrecht faciliteren en geleiden). Denk bv. aan het printervoorbeeld, fabrikanten
moeten gegevens over hun prijs bekend maken. Prijsregulering met betrekking tot informatie
is vaak bedoeld om de transactiekosten te verlagen.
Voldoende actoren: dit is een voorwaarde uit het mededingingsrecht, dit is het doel van dit
recht om zoveel mogelijk actoren te hebben.
Geen negatieve externaliteiten: negatieve externaliteiten, indien A en B een contract
afsluiten, heeft idealiter een contract geen positieve en negatieve gevolgen voor derden.
Geen vals spel: denk aan vervalsing van de concurrentie.
Deze modellen staan naast elkaar, men kan lijnen proberen te trekken:
- Voorbeeld van een lijn trekken, wilsgebreken, dat is een dwalingsleerstuk en dan met name
het achterhouden van essentiële informatie, een reden om het contract te vernietigen.
Wilsgebreken kan men een lijn naar trekken naar een informatieprobleem in het
economische model. Deze rechtsregel kan men zien als het bereiken van het doel om
volkomen informatie te pogen te bereiken op de markt.
- Denk daarnaast aan nietigheden, een bepaald contract wordt nietig verklaard door de wet,
denk aan bepaald een contract voor het dumpen van afval. Dit is een voorbeeld van recht dat
strekt tot bescherming van derden, negatieve externaliteiten.
Conclusie: de twee modellen zijn niet verenigbaar, maar hebben wel raakvlakken. Wij gaan nu door
op de raakvlakken tussen beide modellen voor contracteren.
4