Dit document bevat ruim 60 oefenvragen die een ideale voorbereiding zijn voor het tentamen Inleiding Methodeleer. Alle antwoorden zijn op de laatste pagina's van het document te vinden.
, OEFENVRAGEN
1. Welk van de volgende correctiemechanismen zijn dominant in de wetenschap?
A) het onderzoek naar validiteit en betrouwbaarheid
B) het in stand houden van eerlijkheid en objectiviteit
C) het gebruik van peer review en replicatie
D) het bestuderen van interne en externe validiteit
2. Wat is het doel van randomizatie binnen between-subjects experimenten?
A) Om individuele verschillen te verminderen
B) Om de individuele verschillen tegen te gaan
C) Om de effecten van individuele verschillen te verdelen
D) Om verschillen tussen individuen in de condities zichtbaar te maken
3. Maak de volgende analogie af. De scheidsrechter staat tot de wedstrijdspeler als de editor (redacteur)van
een wetenschappelijk tijdschrift staat tot…:
A) de auteur van het artikel
B) de reviewer van het artikel
C) de proefpersoon van het onderzoek gerapporteerd in het artikel
D) de uitgever van het tijdschrift
4. Een theorie die zo buigzaam is dat deze past bij elke mogelijke onderzoeksuitkomst wordt ook wel een ____
theorie genoemd.
A) niet repliceerbare
B) niet verifieerbare
C) verifieerbare
D) niet falsificeerbare
5. Als in een onderzoek een voorspelling precies zo uit komt als vanuit de theorie werd verwacht, dan…
A) is de theorie bewezen
B) is de theorie nog niet bewezen
C) is de theorie gevalideerd
D) is de theorie gerepliceerd
6. Welk van de volgende mogelijkheden is geen operationalisatie van slordigheid van persoon X?
A) hoe leesbaar 3 lezers het handschrift van X vinden (op een 10-punsschaal)
B) de troep in de slaapkamer van X
C) het aantal fouten dat X maakt bij een eenvoudige rekentaak
A) de mate waarin X zichzelf als slordig beoordeelt op een slordigheidsvragenlijst met zeven items
7. Welk van de volgende variabelen is een categorische variabele?
A) opleidingsniveau
B) lengte
C) reactiesnelheid
D) gewicht
8. Welke maat voor betrouwbaarheid (‘reliability’) kan het best worden gebruikt bij een meting van een
construct dat sterk over de tijd verandert?
A) interne consistentie
B) test-hertest betrouwbaarheid
C) inter-beoordelaar betrouwbaarheid
D) betrouwbaarheidsinterval
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper mariekevrooij. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.