1. Overdrachtsbelasting
1.1 Overdrachtsbelasting op onroerende zaken
Wanneer iemand juridisch of economisch eigenaar wordt van een onroerende zaak, moet degene
overdrachtsbelasting betalen. Dit gebeurt door een notaris die een akte opmaakt, vervolgens brengt deze
notaris dit in rekening en draagt dit af aan de belastingdienst. Er moet overdrachtsbelasting betaald worden
wanneer:
- Je eigenaar wordt van een onroerende zaak;
o Dit kan een woning of een stuk grond zijn.
- Je eigenaar wordt van verschillende rechten die op een onroerende zaak gevestigd zijn;
o Denk aan het recht van opstal of recht van erfpacht.
- Je eigenaar wordt van aandelen binnen een nv, bv of maatschap waarvan de bezittingen voor het
grootste deel uit onroerende zaken bestaat (dit worden ook wel zaaklichamen genoemd).
Er worden twee verschillende soorten eigenaren onderscheiden, namelijk:
- Een juridisch eigenaar;
o Hier is sprake van wanneer een notaris in een akte vastlegt dat je de eigenaar bent en de akte
laat inschrijven bij het kadaster. Daarna sta je bij het kadaster bekend als eigenaar.
- Economisch eigenaar;
o Hier is sprake van wanneer een notaris niet in een akte vastlegt dat u de eigenaar bent. Of
wanneer de akte niet wordt ingeschreven bij het kadaster.
o Als economisch eigenaar heeft u recht op levering en de plicht om de koopsom te betalen.
De hoofdregel is dat de levering van onroerende zaken vrijgesteld is van BTW (dus
overdrachtsbelasting verschuldigd). Op deze hoofdregel bestaan een drietal uitzonderingen (geen
overdrachtsbelasting, maar BTW):
De levering, door een ondernemer, van een bouwterrein is BTW-plichtig.
Een perceel grond wordt aangemerkt als bouwterrein in de zin van de Wet op de omzetbelasting ingeval van
het laten plaatsvinden van bewerkingen aan de grond (bijvoorbeeld het rooien van bomen), het treffen van
voorzieningen die uitsluitend dienstbaar zijn aan de grond (bijvoorbeeld ophoging van de kavel) het treffen van
voorzieningen in de omgeving van de grond (bijvoorbeeld de aanleg van algemene voorzieningen met
betrekking tot meerdere percelen) en het verlenen van een bouwvergunning.
De tweede uitzondering op de hoofdregel is de overdracht van een gebouw of een gedeelte daarvan door een
ondernemer voor, op of uiterlijk 2 jaar na eerste ingebruikneming. Onder gebouw vallen niet alleen ‘echte’
gebouwen, zoals kantoren of bedrijfshallen maar ook bijvoorbeeld pleinen en viaducten. In gebruik nemen
houdt in: feitelijk gebruik conform de bestemming.
De laatste uitzondering op de hoofdregel betreft de situatie dat verkoper en koper samen
een schriftelijk verzoek tot de belastinginspecteur doen om de overdracht van een
onroerende zaak onder de BTW te laten vallen (zgn. optieverzoek).
Behalve van onroerende zaken, kan men ook eigenaar zijn van aandelen in onroerende zaaklichamen, rechten
op onroerende zaken (opstalrecht of erfpachtrecht) en lidmaatschapsrecht van coöperatieve flatverenigingen.
1.2 Uitgezonderd van overdrachtsbelasting
Er hoeft niet altijd overdrachtsbelasting worden betaald. Wie bijvoorbeeld door een scheiding eigenaar wordt
van een woning, hoeft geen overdrachtsbelasting te betalen. Dit geldt echter niet wanneer je onder huwelijkse
voorwaarden bent getrouwd. Dus alleen in gemeenschap van goederen. Je betaald ook geen
overdrachtsbelasting wanneer je zelf eigenaar bent van een onroerende zaak en daarin of daarop iets bouwt.
, En tot slot, je hoeft ook geen overdrachtsbelasting te betalen wanneer je samen met andere erfgenamen iets
erft en de erfenis zo verdeeld dat ze op naam van 1 van de erfgenamen komen te staan.
In sommige gevallen is het ook mogelijk om vrijstelling te krijgen voor het betalen van overdrachtsbelasting,
namelijk:
- Samenloop met de heffing van omzetbelasting;
- Bedrijfsoverdracht aan familieleden;
- Verdeling van een gemeenschap tussen samenwoners;
- Inbreng in een vennootschap;
- Inbreng bij omzetting van een onderneming in een nv of bv;
- Fusie, splitsing en interne reorganisatie van een bedrijf;
- Aankoop van landgoederen;
- Vergroting en verplaatsing van land- en tuinbouwbedrijven;
- Herinrichting van landerijen;
- Stedelijke herstructurering.
Wanneer een woning binnen 36 maanden wordt doorverkocht, hoeft de koper alleen over de meerwaarde en
eventueel andere vergoedingen overdrachtsbelasting te betalen. Dit gebeurt alleen als:
- De verkoper overdrachtsbelasting heeft betaald;
- De verkoper omzetbelasting heeft betaald;
o In dit geval moet de verkoper particulier zijn of een ondernemer die geen BTW prestaties
verricht.
1.3 Hoogte overdrachtsbelasting
De heffing van overdrachtsbelasting gaat over de waarde in het economische verkeer van de onroerende zaak
of over de tegenprestatie (als die hoger is dan de waarde). Bijvoorbeeld wanneer iemand meer voor een huis
betaalt dan het officieel waard is.
Voor woningen geldt een tarief van 2%. Onder woningen worden ook vakantiewoningen verstaan, Voor andere
onroerende zaken zoals bedrijfspanden geldt een tarief van 6%.
1.4 Eigenwoningforfait
Per 1 januari 2012 is de regering begonnen met het ophogen van het eigenwoningforfait voor huizen van
boven de 1 miljoen euro. Dit verhoogde eigenwoningforfait loopt op van 0.80% in 2012 via 1,05% in 2011 naar
een slotstand van 2,35% in 2016. Het bedrag waarover het verhoogde EWF (eigenwoningforfait) wordt
geheven (de zogenoemde villagrens) werd in 2010 verhoogd van €1.000.000 naar €1.010.000.
Men moet tegenwoordig voor een eigen woning een bedrag bij het inkomen optellen, dit wordt het
‘eigenwoningforfait’ genoemd. Dit EWF is een percentage van de WOZ-waarde van de woning die het
hoofdverblijf is. Deze WOZ-waarde wordt vastgesteld door de gemeente waarin de woning ligt.
Wanneer men voor het eerst in een eigen woning gaat wonen, hoeft er slechts een gedeelte van het forfait bij
het inkomen worden opgeteld. Daarbij gaat men uit van de datum van inschrijving in de gemeentelijke
basisadministratie persoonsgegevens (GBA). Wanneer er in de loop van dat jaar naar een andere woning wordt
verhuist, gaat men uit van de datum van wijziging in de GBA.
Voorbeeld: Volgens de GBA bent u op 1 april 2011 van de oude eigen woning (WOZ-waarde €200.000) verhuisd
naar een nieuwe eigen woning (WOZ-waarde €300.000). Voor de oude woning geldt dan een
eigenwoningforfait van 3 maanden en voor de nieuwe eigen woning van 9 maanden:
Oude woning: €200.000 * 0,55% * (3/12) = €275
Nieuwe eigen woning: €300.000 * 0,55% * 9/12 = €1.237
Het kan zijn dat iemand geen of weinig rente betaalt omdat degene geen of een kleine eigenwoningschuld
hebt. In dit soort situaties is het eigenwoningforfait meestal hoger dan de aftrekbare kosten. Degene heeft dan
misschien recht op aftrek vanwege geen of een kleine eigenwoningschuld. Die aftrek is meestal gelijk aan het
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper 294363. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.