Europees recht
Week 1
- aangeven welk type internationale organisatie de EU juridisch gezien is en meer in
het bijzonder de bijbehorende begrippen ‘intergouvernementeel’ en ‘supranationaal’
toelichten.
o De EU is zowel intergouvernementeel als supranationaal;
o Intergouvernementeel: opgericht door staten en handelt tussen staten als
gelijkwaardige
o Supranationaal: op sommige gebieden hebben staten hun soevereiniteit
afgestaan waardoor alleen de organisatie beslist op die gebieden en dus
boven de staten komt te staan
- aangeven wat de twee oprichtingsverdragen van de EU zijn en wat hun onderlinge
rechtsverhouding is.
o VEU
o VWEU
o Deze twee staan juridisch gezien aan elkaar gelijk (art. 1 beide verdragen)
- de doelstellingen en de rechtsbeginselen van de EU benoemen en toelichten.
o Doelstellingen: art. 3 VEU
o Rechtsbeginselen:
Loyaliteitsbeginsel art. 4 lid 3 VEU
Subsidiariteitsbeginsel art. 5 lid 3 VEU
Evenredigheidsbeginsel art. 5 lid 4 VEU
Attributiebeginsel art. 4 lid 1 jo 5 lid 1 en 2 VEU
- uitleggen welke afzonderlijke taken en bevoegdheden de EU-instellingen hebben
(met uitzondering van de ECB en de Rekenkamer).
o Art. 13 e.v. VWEU
Week 2
- uitleggen wat de betekenis is van de EU als ‘autonome rechtsorde’.
o “Uit dit karakter van ‘eigen rechtsorde’ volgt dat het recht van de Unie een
zekere autonomie heeft ten opzichte van de lidstaten (en hun grondwetten) en
ten opzichte van het algemene internationale recht.” (p. 16)
o “In zijn eerste grote arresten heeft het Hof van Justitie de rechtsorde van de
Unie, toen nog genaamd EEG, uitgeroepen tot autonoom jegens het
internationale recht en jegens het recht van de lidstaten [= Van Gend & Loos]
en heeft het Europese recht tegelijk voorrang gegeven boven nationaal recht
[= Costa/ENEL].” (p. 31)
- de bronnen van Europees recht benoemen en toelichten.
o Primair
VEU en VWEU
Handvest grondrechten EU
o Secundair (art. 288 VWEU)
Verordeningen
Richtlijnen
Besluiten
Aanbevelingen en adviezen
o Rechtsbronnen ‘in-between’
Jurisprudentie HvJ en GEA (gerecht van eerste aanleg)
Algemene rechtsbeginselen
, - aangeven welke EU-instellingen betrokken (kunnen) zijn bij de EU-
wetgevingsprocedure.
Totstandkoming EU-recht (verordeningen en richtlijnen)
Betrokken EU-instellingen
- Europese commissie dient belang EU (art. 17 lid 2 VEU)
- Raad dient belang lidstaten (art. 16 VEU)
- Europees parlement dient belang burgers (art. 14 VEU)
Gewone wetgevingsprocedure:
Art. 289 lid 1 jo. 294 VWEU (medebeslissingsprocedure)
Art. 192 lid 1 VWEU
- kan de gewone van de bijzondere EU-wetgevingsprocedures onderscheiden.
o De gewone is op bovenstaande manier
o Bijzondere; dan staat het er duidelijk bij vermeld
- de (verticale en horizontale) doorwerking van Europees recht in de Nederlandse
rechtsorde en meer in het bijzonder de mogelijkheden tot beroep op Europees recht
uitleggen en vaststellen.
o Verordeningen
Art. 288 VWEU verordeningen
Doorwerking: verticaal en horizontaal in al haar onderdelen, mits
geschikt voor directe werking en duidelijk en onvoorwaardelijk
geformuleerd
o Richtlijnen
Art. 288 VWEU richtlijnen
In principe geen doorwerking
Uitzondering wel verticale werking als
De omzettings-/implementatietermijn is verstreken en
De implementatie in de nationale wet en regelgeving niet, niet
correct of niet volledig is toegepast door de betreffende lidstaat
en
De bepaling geschikt is voor directe werking en
De betreffende richtlijnbepaling duidelijk en onvoorwaardelijk is
opgesteld
o Besluiten
Art. 288 VWEU besluiten
Doorwerking verticaal en horizontaal mits de betreffende bepalingen
onvoorwaardelijk en voldoende nauwkeurig is zijn omschreven
Alleen doorwerking aan geadresseerden tot wie het besluit zich
richt
o Jurisprudentie
In principe: slechts bindend voor de betrokken partijen
In de praktijk : bindend voor alle nationale rechters van de EU-lidstaten
Inroepbaarheid
Ieder EU-rechtssubject
Verticale en horizontale werking
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper mg99x. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,66. Je zit daarna nergens aan vast.