Volledige samenvatting van alle colleges van anatomie en gebitsmorfologie. Hierbij literatuur en afbeeldingen uit prometheus toegevoegd en uit de syllabus van gebitsmorfologie. Ik heb voor dit tentamen een 9.7 gehaald. Succes met leren!
A N A T O M I E 1.1
Wat te leren?
1.1E (Palpabele botpunten van het hoofd en de hals) p. 3
2.1 (Schedel van lateraal) t/m 2.17(blijvend gebit en panoramisiche röntgenfoto) p. 12
2.20 (Botten van de halswervelkolom) t/m 2.29 (Biomechanica van het kaakgewricht) p. 50
2.33 (Uncovertebrale gewrichten van de halswervelkolom) p. 60
3.1(Mimische spieren, overzicht) p.78
3.2 (Mimische spieren, functie) p. 80
3.3 (Kauwspieren, overzicht en oppervlakkige spieren) p. 82
3.4(Kauwspieren, diepe spieren) p. 84
4.22 (Synopsis van de plaatsen waar zenuwen en vaten aan de schedelbasis naar buiten treden) p.
136
5.23 (Mondholte, overzicht, hard en zacht verhemelte p. 188
5.28 (Het lymfoïde weefsel van de waldeyerring) t/m 5.29 (AB; Keel, topografie en innervatie) p. 192
5.35 (Speekselklieren van het hoofd) p.210
Preventieve tandheelkunde. 2000. H7.1, blz. 76.
,INHOUDSOPGAVE
Anatomie ................................................................................................................................................................. 3
Terminologie ....................................................................................................................................................... 3
Botten en schedel ................................................................................................................................................... 6
Gewrichten en schedel............................................................................................................................................ 8
Gewrichten .......................................................................................................................................................... 9
Kaakgewricht en kauwspieren .............................................................................................................................. 12
Tong en mondbodem ............................................................................................................................................ 14
Tong .................................................................................................................................................................. 15
Mimische spieren .................................................................................................................................................. 17
Vascularisatie van het hoofdhals-gebied .............................................................................................................. 19
Innervatie aangezicht, tanden en kiezen .............................................................................................................. 22
Ontwikkeling van het aangezicht .......................................................................................................................... 26
Slikken ................................................................................................................................................................... 30
Slikken ............................................................................................................................................................... 31
2
,ANATOMIE
Anatomie: anatemno → opensnijden om te kijken hoe het lichaam is opgebouwd.
In anatomische boeken staat wat er gewoonlijk wordt gevonden, maar in de realiteit is er veel
variatie
- Denken aan verschillen man/vrouw
Anatomie is op te delen in 2 niveaus
- Microscopisch niveau: cellen en weefsels
- Macroscopisch niveau (met blote oog): organen/ orgaan stelsels
Anatomische nomenclatuur: taal die we gebruiken om structuren in het lichaam aan te duiden, maar
ook om de positie of richting aan te duiden
- Uit Latijn of Grieks
Conventies: anatomische positie (van de patiënt uit)
- Recht naar voren
- Armen en benen naar beneden
- Handpalmen naar voren
- Voeten staan alsof je op de grond staat
Het lichaam delen we op in vlakken
- Frontaal/ coronaal: scheidt het lichaam in een voorkant (ventraal/ anterior) en in een
achterkant (dorsaal/ posterior)
- Sagittaal: scheidt het lichaam in links (sinister) en rechts (dexter)
o Lateraal: aan de zijkant
o Mediaal: dichterbij het midden
- Mediaanvlak: als het sagittale vlak precies in het midden staat.
- Transversaal (axiaal/ horizontaal): scheidt het lichaam in een boven- en onderkant.
o Superior/ craniaal: bovenkant, kant van de schedel
o Inferior/ caudaal: onderkant, kant van de staart.
→ hebbend over de romp
o Proximaal: punt zo dicht mogelijk bij de romp
o Distaal: zo ver mogelijk van de romp af
→ hebbend over de extremiteiten: armen en benen
Cavitas: holte
Longus: lang
Brevis: kort
Major: groot
Minor: klein
Rectus: recht
Obliquus: schuin
Superficialis: oppervlakkig
Profundus: diep
En ook: lateralis, medialis, superioris, inferioris, etc.
Uitsteeksels/ oneffenheden in het bot
Foramen: opening
Tuber: knobbel
Condylus: heuvel/ gewrichtsknobbel
Processus: uitsteeksel
Fossa: groeve
Mondholte = cavitas oris, bestaande uit:
- Lippen
- Wangen
- Tanden en kiezen
- Regio sublingualis: gebied onder de tong
- Harde en zachte gehemelte → alleen spier, geen bot (huig hoort daar ook bij)
- Keelbogen; markeren de overgang van de mondholte naar de keelholte
Cavitas oris bestaat uit 2 ruimtes:
1. Vestibulum oris: ruimte tussen de lip en de tanden en kiezen (het halletje)
2. Cavitas oris proprius: ware mondholte, bevindt zich tussen de tanden en kiezenrij.
Mondholte: ruimte met (al dan niet) open verbindingen naar andere ruimtes, en is van de
buitenwereld afgesloten door de lippen en wangen.
De begrenzing van de mondholte bestaat uit:
De lippen (labia) → ventrale begrenzing
- Philtrum: kuiltje tussen de neus en lippen
- Labium superius: bovenlip
- Labium inferius: onderlip
- Frenulum labii superioris en inferioris: lipbandje van de onder en bovenlip
De wangen (buccae) → laterale begrenzing
- De opening van een speekselklier, papilla ductus parotidei, is zichtbaar in het wangslijmvlies
ter hoogte van de tweede boven molaar.
→ de speekselklier is de glandula parotis: klier nabij het oor (bijoorspeekselklier)
- Oppervlakkig in de wang: vet (speekselklier)
Andere speekselklieren:
- Glandula parotidea: bijoorspeekselklier
- Glandula submandibularis: onder de onderkaak
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper marijntevelde80. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,92. Je zit daarna nergens aan vast.