Samenvatting van het boek Straf(proces)recht begrepen. Geschreven door J.H.J. Verbaan. Inbegrepen hoofdstukken: 1 tot en met 14 op de paragrafen 2.4, 6.4 en 14.4 na. Onder andere gebruikt bij de minor Recht voor niet-juristen. Met behulp van het gebruik van kleuren is de samenvatting makkelijker te...
Materieel strafrecht = inhoud strafbaarheid en sancties
Formeel strafrecht (strafprocesrecht) = voorschriften hoe procedure moet
plaatsvinden
Materieel en formeel strafrecht zijn aan elkaar verbonden.
Algemene straf- en strafprocesrecht = commuun strafrecht = wetboek van
strafrecht en wetboek van strafvordering
Bijzonder strafrecht = strafrechtelijke bepalingen die over specifieke onderwerpen
gaan, opgenomen in aparte wetten. Voorbeeld is drugs strafbaar gesteld in de
Opiumwet.
Doel van het strafrecht = door middel van sancties handhaven we normen die uit
strafrechtelijke bepalingen voortvloeien. Strafrecht houdt zich bezig met
handhaving, niet met herstelling of ongedaanmaking zoals bij privaatrecht. Er wordt
nergens gezegd “jij mag niet stelen”, er staat alleen maar welke handelingen
strafbaar zijn. Het strafrecht heeft niet als doel om normen op te leggen. Het richt
zich alleen op het sanctioneren van het niet normconforme gedrag.
Welke normen worden dan gehandhaafd en hoe komen die in het wetboek van
strafrecht terecht?
Er zijn geschreven en ongeschreven gedragsnormen. Ene gedragsnorm is
dwingender dan de ander, zo is “niet voordringen in de rij” minder dwingend dan
“gij zult niet stelen”. Door een gedragsregel op te schrijven wordt het een
rechtsnorm. Een rechtsnorm is niet meteen een strafbaar feit. Dit wordt het pas als
er negatieve consequenties aan het gedrag worden gebonden wanneer iemand zich
niet aan de rechtsnorm houdt.
Strafrecht = opzettelijk leed toebrengen aan een ander door middel van straf,
indien deze persoon zich schuldig heeft gemaakt aan een strafbaar feit.
Hoe kunnen we het strafrecht dan rechtvaardigen? Wat geeft de samenleving het
recht om een persoon te straffen? Over de rechtvaardiging (legitimering) bestaan
verschillende theorieën:
, - Vergeldingstheorie (absolute strafrechtstheorie = grondslag straf ligt in
misdrijf, onrecht moet worden hersteld)
Overheid moet wraak nemen op degene wie onrecht pleegde, of terwijl: oog
om oog, tand om tand. Wie onrecht is aangedaan, mag dit vergelden met
precies hetzelfde onrecht. Wanneer iemand zijn lijf/goederen zijn aangetast,
mag de staat wraak handelingen uitvoeren jegens het slachtoffer.
- Preventietheorie (relatieve strafrechtstheorie = straf beoogt een bepaald
doel in plaats van enkel vergelding)
Het doel van deze theorie is om personen te straffen om te voorkomen dat
andere personen strafbare feiten zullen plegen:
- Generale preventie
Mensen moeten zien wat er met een ander gebeurd als diegene een
strafbaar feit pleegt.
- Speciale preventie
Misdadiger zelf ervan weerhouden om in de toekomst weer misdaden
te gaan plegen → absolute preventiegedachte. Voorbeeld is taakstraf.
Strafrecht werkt hierbij op 3 wijzen:
1. Afschrikking voor de dader (deze staat centraal hier)
2. Verbetering in gedrag van dader
3. Samenleving gaat erop vooruit nu dader tijdelijk uit samenleving is
verwijderd.
Een van de belangrijkste functies van het strafrecht is het voorkomen van
ongecontroleerde wraak (denk aan de vergeldingstheorie). Dit is ook vastgelegd in
de grondwet om eigen rechters te voorkomen: artikel 113 → bestraffing door
vrijheidsberoving van de burger is exclusief voorbehouden aan een onpartijdige en
benoemde rechter. Conclusie: overheid heeft geweldsmonopolie = alleen zij mag
geweld op burgers uitoefenen.
Ultimum remedium-gedachte = laatste oplossing gedachte = strafrecht moet pas
worden toegepast als er geen andere redelijke alternatieve oplossingen zijn
Nederlandse strafrecht heeft zich laatste jaren gekenmerkt als terughoudend: OM
kent als uitgangspunt: niet vervolgen, tenzij…
Legaliteitsbeginsel strafrecht: burgers kunnen alleen gestraft worden als het in
gecodificeerde wet staat → artikel 1 wetboek van strafrecht.
5 andere betekenissen legaliteitsbeginsel:
1. Geen strafbaar feit zonder wet
2. Geen straf zonder wet
, 3. Geen terugwerkende kracht
4. Geen analogische redenering
5. Wetten moeten duidelijk (lex certa)
Soms staan allemaal voorwaarden in de delictsomschrijving en soms niet. Dit heeft
te maken met bestanddelen en elementen.
Bestanddelen = voorwaarden voor strafbaarheid die in wettelijke
delictsomschrijving is terug te vinden.
Elementen = voorwaarden voor strafbaarheid die niet zijn opgenomen in wettelijke
delictsomschrijving → wederrechtelijkheid en schuld. Wanneer deze 2 woorden in de
delictsomschrijving worden gezet veranderen ze naar bestanddelen in plaats van
elementen.
Belang van onderscheid tussen deze 2 → bewijsrecht
Aanwezigheid elementen wordt in beginsel door de wetgever aangenomen. Het
vervullen van de elementen hoeft dus in eerste instantie niet bewezen te worden,
tenzij het voor de rechter aannemelijk wordt gemaakt dat deze elementen niet
zouden zijn vervuld (bijvoorbeeld door schulduitsluitingsgronden).
-
Materieel strafrecht kent verschillende delictsvormen:
- Formele delicten
Er wordt niet gekeken naar de gevolgen van het delict, bijvoorbeeld diefstal.
- Materiële delicten
Er wordt juist gekeken naar het gevolg, bijvoorbeeld de dood.
- Commissiedelicten
Het handelen wordt strafbaar gesteld.
- Omissiedelicten
Het nalaten wordt strafbaar gesteld.
- Gekwalificeerde delicten
Ernstige vorm van variatie op een gronddelict, bijvoorbeeld diefstal met
geweldpleging. Gevolg is zwaardere sanctienorm.
- Gepriviligeerde delicten
, Lichtere vorm van variatie op een gronddelict, bijvoorbeeld bij
kinderdoodslag. Gevolg is lichtere sanctienorm.
-
Wetsduiding = de wet bepaald of een bepaalde handeling een misdrijf of
overtreding is.
Wetboek van strafrecht:
1. Algemene deel
2. Misdrijven
3. Overtredingen
Waarom is onderscheid tussen misdrijf en overtreding van belang? Een misdrijf
heeft een zwaardere strafsoort en een zwaarder strafmaximum. Voor een
overtreding mag je nooit een gevangenisstraf krijgen. Opsporingsambtenaren
hebben bevoegdheden bij verdenking van misdrijf.
Hoe weten we of iets een misdrijf of overtreding is in een bijzondere wet?
Bijvoorbeeld opium: wetsduiding.
Soms staan allemaal voorwaarden in de delictsomschrijving en soms niet. Dit heeft te maken met
bestanddelen en elementen.
Bestanddelen = voorwaarden voor strafbaarheid die in wettelijke delictsomschrijving is terug te vinden.
Elementen = voorwaarden voor strafbaarheid die niet zijn opgenomen in wettelijke delictsomschrijving
→ wederrechtelijkheid en schuld. Wanneer deze 2 woorden in de delictsomschrijving worden gezet
veranderen ze naar bestanddelen in plaats van elementen.
Belang van onderscheid tussen deze 2 → bewijsrecht
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper nvb9. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.