Pre-Master Gezondheidswetenschappen 2024-2025
Organisatiewetenschappen
Leerdoelen die zijn verwerkt:
- De student kan de basisconcepten uit de organisatiewetenschappen
(structuur, cultuur, professie, macht, besluitvorming, netwerk,
interorganisationele samenwerking, sociale integratie) in eigen
woorden beschrijven
- De student kan de basisconcepten uit de organisatiewetenschappen
vertalen naar de gezondheidszorg
- De student kan een organisatorisch probleem in een casus
identificeren met behulp van de basisconcepten uit de
organisatiewetenschappen
- De student kan een organisatorisch probleem in een casus
analyseren met behulp van de basisconcepten uit de
organisatiewetenschappen
- De student kan een oplossingsrichting aanreiken voor een
organisatorisch probleem in een casus met behulp van de
basisconcepten uit de organisatiewetenschappen
- De student kan kritisch reflecteren op de toepasbaarheid en
relevantie van basisconcepten uit de organisatiewetenschappen
voor de gezondheidszorg
- De student kan identificeren binnen welk perspectief een theorie of
concept te plaatsen is; actor-systeem of interactieperspectief
Organisatiewetenschappen week 1
Organisatiestructuren hoofdstuk 1 tot en met 3
Hoorcollege
Klassiekers: Mintzberg
Pagina 248: ideeën komen samen
Pagina 292- 293
Pagina 296 en 300 overzicht
Wat is een organisatie?
Organisatie:
Een verzameling mensen die zich verenigen in een formeel
samenwerkingsverband teneinde doelstellingen van individuen en groepen
te realiseren.
Organisatiewetenschap:
De verzameling van inzichten, methoden, theorieën en richtlijnen die met
betrekking tot een organisatieverschijnsel bestaat.
Elementen:
, - Sociaal / structuur
o Formeel: regels, procedures, hiërarchie
o Informeel: relatie tussen mensen, interactie, samenwerking
- Mensen
o Attitude, ambitie, normen en waarden, leiderschap
- Doelen
o Doel van de organisatie = doel van mensen
Geeft conflict
- Technologie
o Instrumenten, machines, apparatuur
- Omgeving
o Klanten, leveranciers, concurrenten, partners
Input -> Throughput -> Output
Mensen Besturing processen Producten
Materiaal Ondersteunende processen Diensten
Informatie Primaire processen Informatie
Kapitaal
Drie perspectieven in de sociale wetenschap
- Systeemperspectief: rational system perspective
o Het systeem (regels, functies), normen, waarden) heeft
objectieve consequenties voor de leden.
o Mensen hebben een beperkte handelingsvrijheid
- Actorperspectief: natural system perspective
o Mensen zijn in principe handelingsvrij en door hun handelingen
en interacties ontstaan structuren en krijgen deze zin.
- Interactieperspectief
o Door interacties worden structuren geconstrueerd en
gereconstrueerd. Zeker voor individuen kunnen deze
structuren handelingsvrijheid beperken.
Mintzberg: organisatiestructuren
Coördinatie-mechanismen
- Onderlinge aanpassing
o Informeel: mondeling op de ‘gang’
o Formeel: overleg (mdo, teamoverleg etc.)
- Standaardisatie: (lastig voor impliciete kennis)
, o Werkprocessen: protocollen
Kan niet onder alle omstandigheden ingezet worden.
Kan soms problematisch zijn
Illusie dat zorg er altijd beter van wordt, het helpt wel
o Output
Niet alle stappen in proces staan vast, maar
eindresultaat staat vast
Geeft meer ruimte en vrijheid dan standaardisatie van
werkprocessen
o Kennis en vaardigheden
Opleiding, in training vastgelegd
o Normen
Culturele verwachtingen
- Direct toezicht
Impliciete kennis:
Kennis dat niet altijd vastgelegd kan worden. Ervaringskennis. Wat ze
weten uit de praktijk. Ontzettend belangrijk.
Expliciete kennis:
Kennis dat vastgelegd kan worden. Besluit bomen.
Ontwerp van individuele posities
- Horizontale verruiming
o Tussen mensen, tussen afdelingen en tussen organisaties
o Dezelfde type taken
Meer van dezelfde = verruiming
Specifiek kiezen wie iets doet op dat vlak =
taakspecialisatie
o Meer coördinatie vereist bij een grote taak omdat het is
opgesplitst in deeltaken.
- Horizontale taakspecialisatie
o Medewerkers voeren telkens dezelfde gespecialiseerde
deeltaak uit
o Opgedeeld in kleine deeltaken of zelfs in steeds terugkerende
handelingen
o Meer coördinatie vereist bij een grote taak omdat het is
opgesplitst in deeltaken.
- Verticale taakverruiming
o Uitvoeren en controle komt bij elkaar. Helpt om niet telkens
dubbelcheck te vragen aan een manager/ leidinggevende
, o Wanneer een taak alleen de planning, de uitvoering of de
controle van een werkproces omvat
o Bijvoorbeeld regieverpleegkundige
- Verticale taakspecialisatie
o Tussen mensen, tussen afdelingen en tussen organisaties
o Manager/ leider komt erbij: tussen de coördinatie lagen in
o Bijvoorbeeld casemanager/ transferverpleegkundige
Specialiseren in de gezondheidszorg
Onderdeel vraagt heel veel kennis. Verandering der jaren. In plaats van
algemene arts nu veel specialismen. Individu die over één onderdeel veel
weet.
Bureaucratisch VS organisch
Bureaucratisch
- Veel afspraken
- Veel procedures
- Veel specialisaties
- Efficiënt
- Standaard dezelfde kwaliteit
- Betrouwbaar, maar minder creatief
Organisch
- Meer vrijheid
- Minder specialisatie
- Meer ruimte voor eigen initiatief
- Veel overleggen, niet altijd even duidelijk
Groeperingen van eenheden
o Strategische top
o Raad van bestuur en raad van toezicht (inspraakfunctie)
o Secretaresses van top managers
o Middenkader
o Managers; vertaalt van boven naar beneden en andersom
o Technostructuur
o Houdt zich bezig met standaardiseren: kwaliteit
o Zitten niet in de lijn, vallen ernaast
o Ondersteunende diensten
o P&O, ICT etc.
o Zitten niet in de lijn, vallen ernaast
o Uitvoerende kern