Samenvatting diagnostische cyclus
H1:
Praktijkwetenschapper: iemand die op verantwoorde en transparante wijze cliëntbetrokkenheid en het gebruik
van wetenschappelijke kennis kan combineren.
Klinische psychodiagnostiek = diagnostiek: het verzamelen van informatie over de cliënt en zijn omgeving om
zo de meest adequate aanpak te ontwikkelen voor het probleem dat door de cliënt zelf of door zijn omgeving
gesignaleerd is.
Klinisch oordeel: het nemen van beslissingen op basis van eigen ervaringen en intuïtie (vroeger).
Ongewapend oordeel: de diagnosticus spreekt oordelen uit zonder expliciet een beroep te doen op
methodologische principes of systematische procedures (heden).
Prescriptief kader/model: het toelaten van het ontwerpen van heuristische procedures die aan het diagnostisch
proces in de praktijk sturing geven.
Heuristische procedures: procedures die de kans op succes vergroten, waarin kennis en vaardigheden op het
gebied van diagnostische instrumenten en beslissingsprocedures moeten zijn verwerkt.
Empirisch-analytische aanpak: het handelen van de diagnosticus verloopt volgens regels die door hem zelf
uitdrukkelijk geformuleerd kunnen worden.
H2:
Wetenschappelijke diagnostiek: het analyseren van persoonlijke en andermans problemen en het zoeken naar
verklaringen en oplossingen voor die problemen, ondersteund door wetenschappelijke en empirische kennis.
Empirische benadering: het toetsen van veronderstellingen over de werkelijkheid aan feiten op een wijze die
door andere onderzoekers haalbaar is.
Heuristieken: zoekstrategieën die tot oplossingen kúnnen leiden.
Beschikbaarheidsheuristiek: het hoger inschatten van de kans op het optreden van een verschijnsel als er
minder moeite is om voorbeelden van het verschijnsel voor de geest te halen.
Descriptieve beslissingstheorie: het onderzoek naar fouten en vertekeningen bij oordelen en beslissingen is
beschrijvend.
Normatieve beslissingstheorie: niet alleen het beschrijven en verklaren, maar ook hoe de beslisser formeel te
werk moet gaan op basis van een aantal rationele grondregels (axioma’s).
Axioma’s: rationele grondregels die de basis vormen in het formeel te werk gaan.
Besliskunde: een verzameling van modellen en procedures die aangeven hoe de beslisser in de verschillende
stappen van het beslissingsproces het beste kan handelen met het oog op het te bereiken doel, waarbij het
vermijden van fouten en vertekeningen een belangrijk onderdeel is.
Diagnostisch beslissingsproces: een proces waarin opties en consequenties geformuleerd en geëvalueerd
worden.
Normatieve diagnostiek: het formuleren, funderen en onderzoeken van diagnostische regels en procedures
(Westmeyer).
Prescriptieve diagnostiek: de leer van de diagnostiek
H3:
Diagnostisch scenario: de volgorde in de diagnostiek wat begint met een verheldering van de hulpvraag van de
cliënt.
, Klachten van de cliënt: uitspraken die aangeven dat de situatie of het gedrag van de cliënt, of de gevolgen
daarvan, door de cliënt als negatief worden beoordeeld.
Problemen: gedragingen of situaties van de cliënt waarover de diagnosticus op empirische of theoretische
gronden kan aannemen dat er voor de cliënt sprake is van een ongunstige toestand.
Verklaringen: empirisch getoetste uitspraken over condities die afzonderlijk of in samenhang het probleem in
stand houden of hebben laten ontstaan.
Indicaties: empirische of theoretische onderbouwde aanbevelingen voor één of meerdere interventies.
H4:
Cliënt: de persoon of instelling met wie de pedagoog een professionele relatie aangaat.
Cliëntsysteem: een groep personen waarop het diagnostisch onderzoek betrekking heeft (kind met ouders).
Verwijzer: een persoon die de cliënt vanuit een professionele relatie met die cliënt heeft gewezen op het belang
van psychopedagogische hulpverlening (leerkracht, huisarts, etc.).
Aanmelder: de persoon die daadwerkelijk contact heeft opgenomen met de hulpverlener met het verzoek om
aandacht te besteden aan de problemen van de cliënt.
Opdrachtgever: de persoon die met een wettelijk-professionele bevoegdheid de opdracht heeft gegeven tot het
uitvoeren van een diagnostisch onderzoek.
Overige betrokkenen: alle overige instanties en personen die zodanig bij de aanmelding en het vervolgtraject
betrokken zijn dat ze op de hoogte moeten worden gesteld van de uitkomsten van het onderzoek.
Aanmeldingstraject: de gang van zaken die heeft geleid tot de feitelijke aanmelding.
Vervolgtraject: de gang van zaken bij voortzetting van het contact.
Hulpverleningstraject: de opdrachtgever valt samen met de cliënt of diens wettelijke vertegenwoordiger. De
aanmelding is op initiatief of met vrije instemming van de cliënt tot stand gekomen.
Dienstverleningstraject: de opdrachtgever is iemand anders dan de cliënt zelf of diens wettelijke
vertegenwoordiger.
Procedurele vrijheid: vooraf worden geen stappen van de diagnostische cyclus uitgesloten.
Inhoudelijke vrijheid: de beslisvrijheid qua inhoud van wat onderzocht wordt.
Relationele voorwaarden: de diagnosticus moet in staat zijn tot een luisterende, empathische, ondersteunende
en integere houding.
Zakelijke voorwaarden: de diagnosticus moet in staat zijn om correcte informatie te vertrekken over wat de
cliënt en/of de opdrachtgever wel en niet kunnen verwachten en wat de mogelijke alternatieven zijn als er geen
vervolgtraject plaatsvindt.
H5:
Ethische reden: persoonsgerichte benadering = cliënt is een volwaardige partner
Professionele reden: samenwerkingsrelatie staat centraal
Klinische-methodische reden: hulpverlening dient in te gaan op de hulpvragen van de cliënt
Klacht: gebeurtenis/gedrag/gevoel/gedachte/etc. wordt als negatief beleefd, uitspraken van de cliënt, subjectief
Klachtenanalyse: het proces van het verhelderen van klachten en het hierna formuleren van hulpvragen.
Hulpvraag: een vraag naar een soort hulp waar de cliënt of zijn omgeving behoefte aan heeft.
Implicerende hulpvraag: verwijst naar de onuitgesproken, maar aanwezige veronderstelde hulpvraag
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper sannerenkema1410. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,16. Je zit daarna nergens aan vast.