Het effect van tijdelijke onthouding versus tijdelijke vermindering op het gewoontegebruik van de
smartphone
Naam:
Studentnummer:
Cursus: Onderzoekspracticum Experimenteel Onderzoek (PB0422)
Examinatoren: Dr. Ron Pat-El en Dr. Natascha de Hoog
Inleverdatum:
, Abstract
Smartphones zijn tegenwoordig een essentieel onderdeel van het dagelijks leven voor veel
mensen. Toch ervaart een groeiende groep gebruikers hun smartphonegebruik als problematisch
(Radtke et al., 2022). Recente literatuur benadrukt het belang van zogenaamde ‘sweet spot’-
interventies bij het verminderen van smartphonegebruik (Brailovskaia et al., 2023).
Het doel van dit onderzoek was om dieper in te gaan op het effect van tijdelijke vermindering
van smartphonegebruik, zoals beoogd in ‘sweet spot’-interventies, te vergelijken met tijdelijke
onthouding. Daarnaast werd de invloed van het gebruik van alternatieve digitale apparatuur op deze
twee interventies onderzocht, met inachtneming van het persoonlijkheidskenmerk zelfcontrole. De
verwachting was dat tijdelijke vermindering effectiever is dan tijdelijke onthouding, en dat gelijktijdig
gebruik van alternatieve digitale apparatuur het effect van de interventie verzwakt.
Het onderzoek volgde een volledig gerandomiseerd experimenteel post-test-only ontwerp,
waarbij 540 deelnemers van 18 jaar en ouder willekeurig over 3x2 condities werden verdeeld. Het
gemiddeld aantal ontgrendelingen van de smartphone werd gemeten met behulp van een SDU
Device Tracker, waarna statistische analyses werden uitgevoerd.
De bevindingen suggereren een verband tussen zelfcontrole en het gemiddeld aantal
ontgrendelingen van de smartphone. Bovendien wezen de resultaten uit dat interventies gericht op
vermindering van smartphonegebruik en onthouding van alternatieve digitale apparatuur, effectiever
zijn in het doorbreken van problematisch gewoontegedrag van smartphonegebruikers, in vergelijking
met interventies gericht op tijdelijke onthouding van smartphonegebruik.
Deze resultaten dragen bij aan bestaande literatuur en bieden waardevolle inzichten voor de
ontwikkeling van ‘sweet spot’-interventies, gecombineerd met onthouding van alternatieve digitale
apparaten.
, Het effect van tijdelijke onthouding versus tijdelijke vermindering op het gewoontegebruik van de
smartphone
Smartphones zijn tegenwoordig voor veel mensen een essentieel onderdeel van het dagelijks
leven. In 2019 gebruikte 82,5% van de Nederlanders van 12 jaar en ouder een smartphone om te
internetten en in 2022 verstuurde meer dan 88% van diezelfde bevolkingsgroep berichten via
Whatsapp (CBS, 2019, 2022). De toegang tot mobiel internet heeft geleid tot de ontwikkeling van
verschillende applicaties en functies voor mobiele telefoons. Naast bellen, kun je met smartphones
foto’s en video’s maken, e-mails verzenden, bankzaken regelen en het nieuws bekijken. Mensen
hebben via hun smartphone toegang tot sociale media en kunnen er spellen op spelen. Ondanks de
positieve aspecten van smartphones is er een groeiende groep gebruikers die hun eigen gebruik als
storend, ongezond, overmatig en/of problematisch ervaart (Radtke et al., 2022). Om een gezonde
balans te vinden tussen smartphonegebruik en het offline leven, zoeken sommige gebruikers naar
strategieën en hulpmiddelen om hun smartphonegebruik te minderen. Deze strategieën variëren van
het gebruik van mobiele applicaties die helpen bij het controleren van gebruik en zelfhulpboeken tot
de jaarlijkse ‘National Day of Unplugging’ en zelfs digitale detoxreizen (Radtke et al., 2022; Syvertsen,
2017).
De vraag naar initiatieven om smartphonegebruik te minderen, suggereert dat het gedrag
moeilijk te veranderen is. Dit is in lijn met de bevinding dat overmatig gebruik zichzelf lijkt te
versterken (Montag et al., 2015). Een ander, gerelateerd perspectief op overmatig
smartphonegebruik stelt dat het een vorm van gewoontegedrag is dat vrijwel automatisch en
onbewust wordt uitgevoerd (Shaw et al., 2018). Dit wordt verder ondersteund door de observatie
dat bepaalde gedragingen, zoals automatisch naar de telefoon grijpen of meldingen controleren,
deels onbewust van aard lijken te zijn (Billieux et al., 2008; Brailovskaia et al., 2023). Als
smartphonegebruik inderdaad voornamelijk gewoontegedrag is, dan ondersteunt de
wetenschappelijke literatuur indirect de stelling dat het niet gemakkelijk te veranderen is. Het is
algemeen aanvaard dat onbewuste gedragspatronen die voortkomen uit gewoonte niet eenvoudig te
doorbreken zijn (Montag et al., 2015).
Op basis van dit uitgangspunt is er onderzoek gedaan naar interventies om
smartphonegebruik aanhoudend te verminderen. Veel van deze interventies zijn gedragsgericht en
behelzen een tijdelijke onderbreking van het smartphonegebruik (Radtke et al., 2022). Hoewel
gedragsgerichte interventies over het algemeen potentie hebben om smartphonegebruik te
veranderen, is het de vraag welke interventievorm het meest effectief is (Elhai et al., 2016; Kent et