Hoe economische agenten (gezinnen, bedrijven, overheid) keuzes maken in de allocatie van schaarse
middelen (tijd en geld) om te voorzien in bepaalde behoeften Economische goederen (ec nut) ><
vrije goederen (niet schaars)
__________________________________________________________________________________
Macro-economie : bestudeert de invloed van menselijk gedrag op economische aggregaten inflatie,
werkloosheid, bbp
><
Micro-economie : bestudeert de individuele beslissingen
marktvormen, prijszettingen, effecten van belastingen en subsidies, effecten van minimumprijzen
__________________________________________________________________________________
Opportuniteitskost / schaduwprijs : waarde van het beste alternatief dat men opgeeft door een
bepaalde keuze te maken (kiezen is verliezen: men kan dezelfde middelen en tijd geen twee keer
inzetten)
3 beheersproblemen :
Allocatie probleem : toewijzing v schaarse middelen aan diverse aanwendingen
Distributie probleem : verdeling vd economische goederen en diensten over de bevolking
Stabilisatie probleem : volledige aanwending vd beschikbare middelen
productiefunctie X = f (L,N,K)
= technisch verband tussen de hoeveelheid inputs (productiefactoren) en de maximale output die
daarmee kan geproduceerd worden
X productie
Productiefactoren :
L arbeid (primair)
N natuur (primair)
K kapitaal (afgeleid)
↗ productie factor ↗output
consumptiegoederen >< kapitaalgoederen (investeren = uitstel van consumptie)
‘Marginaal product’
= invloed ve kleine verandering in een bepaalde variabel op een andere
Convex : toenemend MP
elke toename zorgt voor meer productie, maar productie stijgt steeds minder
Concaav : afnemend MP
elke toename zorgt voor meer productie, maar productie stijgt steeds minder
Linear : Cte MP
elke toename leidt tot dezelfde verhoging vd productie
∆ X ∂ X wijziging∈h oeveel h eid productie
MPl = of =
∆l ∂l wijziging∈h oeveel h eid arbeid
__________________________________________________________________________________
,productiemogelijkhedencurve
= stelt alle mogelijke combinaties van de productie van economische goederen voor die tot stand
komen bij volledige aanwending van de beschikbare productiefactoren.
punt Z : ec onhaalbare productiecombinatie door schaarste v middelen
punt U : ec inefficient want beschikbare prod factoren worden niet volledig benut
illustreert :
opp kosten v het ene meer produceren betekent minder produceren vh ander
(werkelijke kost)
schaarste we kunnen niet oneindig produceren, hoeveelheden arbeid is schaars
keuzeprobleem kiezen waar we op de productiecurve willen zitten
3 determinanten schuiven de curve naar rechts :
arbeidsverdeling: specialisatie in het productieproces verhoogt efficientie ! alienatie
nieuwe economische ordening/instituties: bv verandering eigendomsrecht, sluitingsdagen ..
technologische vooruitgang T
X = f ( L, N, K, T )
2 sturingsmechanismen om allocatie en distributieproblemen op te lossen :
1. centrale planning / centraal geleide eco
principe: centraal overheidsorgaan stelt plan op voor inputs en output
(hoeveel en wat produceren, inzet prod factoren)
interne consistentie :
balans : benodigde hoeveelheid mag beschikbare middelen niet overtreffen
productiequota moet bepaald en bereikt worden
stimuleren v prod v kapitaalgoederen ten koste v prod v consumptiegoederen
→ voor weinig ontwikkelde ec
informatie probleem: Het centrale orgaan moet beschikken over actuele en accurate info
motivatie probleem
rantsoenering probleem: minimumhoeveelheid aan schaarse goederen
principe: de markt werkt op basis van de beslissingen van individuele consumenten en producenten
prijsvorming is essentieel : signaalfunctie
sterk gedecentraliseerde organisatie
overgelaten aan individuele consumenten en bedrijven
‘invisible hand’
prijsmechanisme
vervult drievoudige rol in markteconomie :
Informatie functie : prijzen verschaffen info over relatieve schaarste + nut v goederen
Motivatie functie stuurt signaal naar consumenten/producenten die hun beslissingen hier op
baseren prijs ↗ : aanbod↗ vraag ↘ tot er een evenwicht is
Ratsoenerings functie : bepaalt (primaire) inkomensvorming
wat de vrager betaalt = inkomen vd aanbieder
! marktimperfecties :
sterke ec macht v sommige bedrijven beinvloedt de signaalfunctie vh prijsmechanisme
(bv monopolievorming)
publieke of collectieve goederen kunnen moeilijk aan de markt overgelaten worden
(bv zorg, politie, rechtsapparaat zijn noodzakelijk)
enkel de overheid kan via belastingen het aanbod v collectieve goederen financieren
externe effecten : neveneffecten v productie
milieuvervuiling ; wordt niet door de markt geprijsd dus overheidsinterventie is noodzakelijk
overheid kan inkomstenverdeling bijstellen door belastingen en sociale transfers (secundair)
__________________________________________________________________________________
3. gemengde economie :
= marktmechanisme met overheidsinterventie
publieke sector : budgetmechanisme als ordeningssysteem (collectieve goederen
financieren / onderprijsde merit goods consumptie aanmoedigen…)
tussenkomst in marktmechanisme
concurrentiebevordende maatregelen voor een efficiente werking vd markt
ec analyse : 3 hypothesen
1. mensen reageren op prikkels en passen hun gedrag aan (homo economicus)
prikkels zijn bv aanpassingen in prijzen, inkomen, overheidsingrepen
2. men kan het geobserveerd gedrag voorspellen door ervan uit te gaan dat dit gedrag het gevolg is v
optimaliserend gedrag
bv producenten willen produceren tegen laagste kosten, consument beslist beste alternatief
3. ceteris paribus-assumptie : samenhang tss enkele economische variabelen met bewuste uitsluiting
v andere invloeden (partiele analyse)
gevolgen en implicaties ve beleidsmaatregel beschrijven en analyseren
normatieve analyse :
obv die analyse beslist men of die beleidsmaatregel wenselijk is vanuit maatschappelijk
oogpunt (waardeoordelen)
statische analyse :
bestuderen v economische verschijnselen (endogene variabelen) met als uitgangspunt dat de
relevante verklarende factoren (exogene variabelen) ongewijzigd blijven
comparatieve statica :
men bekijkt de initiele situatie en de finale uitkomst
maar het aanpassingsproces zelf wordt niet bestudeerd >< dynamische analyse
deductieve methode :
er wordt uitgegaan v bepaalde axioma’s waaruit nieuwe besluiten worden afgeleid
Marktvraag = de totale hoeveelheid die alle consumenten samen bereid zijn te kopen afh ve aantal
determinanten (prijs, inkomen)
Vraagfunctie
Xv = Xv (Px, Y, U, Pz, Pw, …n, a)
Xv : gevraagde hoeveelheid
Px : prijs van het goed
Y : inkomen
U : smaak of voorkeur of mode
Pz, Pw : prijs van andere goederen
n : aantal consumenten
a : andere factoren (stockering prijsstijging is verwacht, seizoen, reclame)
___________________________________________________________________________
Ceteris paribus :
↗ p ↘ Xv
↗ y ↗ Xv ↘inferieure goederen
Complementaire goederen : auto’s en benzine
↗ prijsverhoging ene goed = ↘vraag daalt vh andere goed
Substituten : prijs v elektriciteit stijgt, dus vraag naar aardgas stijgt want mensen schakelen over
↗ prijsverhoging ene goed = ↗ vraag vh andere goed
___________________________________________________________________________
Vraagcurve
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ma2. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €17,06. Je zit daarna nergens aan vast.