Tentamen (uitwerkingen)
BCH3025 Exam 2 Lollylolly with questions and answers (download to pass).
- Vak
- Instelling
BCH3025 Exam 2 Lollylolly with questions and answers (download to pass).
[Meer zien]Voorbeeld 4 van de 51 pagina's
Voorbeeld 4 van de 51 pagina's
In winkelwagen
In winkelwagen
gesponsord bericht van onze partner
Verkoper
Volgen
GUARANTEEDSUCCESS
Ontvangen beoordelingen
Voorbeeld van de inhoud
BCH3025 Exam 2 Lollylollywith questions and answers
(download to pass)
The compound that consists of ribose linked by an N-glycosidic bond to N-
9 of adenine is:
A) a deoxyribonucleoside.
B) a purine nucleotide.
C) a pyrimidine nucleotide.
D) adenosine monophosphate.
E) adenosine. - answer E
A major component of RNA but not of DNA is:
A) adenine.
B) cytosine.
C) guanine.
D) thymine.
E) uracil. - answer E
The difference between a ribonucleotide and a deoxyribonucleotide is:
A) a deoxyribonucleotide has an —H instead of an —OH at C-2.
B) a deoxyribonucleotide has configuration; ribonucleotide has the
configuration at C-1.
C) a ribonucleotide has an extra —OH at C-4.
D) a ribonucleotide has more structural flexibility than
deoxyribonucleotide.
,E) a ribonucleotide is a pyranose, deoxyribonucleotide is a furanose. -
answer A
Which one of the following is true of the pentoses found in nucleic acids?
A) C-5 and C-1 of the pentose are joined to phosphate groups.
B) C-5 of the pentose is joined to a nitrogenous base, and C-1 to a
phosphate group.
C) The bond that joins nitrogenous bases to pentoses is an O-glycosidic
bond.
D) The pentoses are always in the -furanose forms.
E) The straight-chain and ring forms undergo constant interconversion. -
answer D
The phosphodiester bonds that link adjacent nucleotides in both RNA and
DNA:
A) always link A with T and G with C.
B) are susceptible to alkaline hydrolysis.
C) are uncharged at neutral pH.
D) form between the planar rings of adjacent bases.
E) join the 3' hydroxyl of one nucleotide to the 5' hydroxyl of the next. -
answer E
The phosphodiester bond that joins adjacent nucleotides in DNA:
A) associates ionically with metal ions, polyamines, and proteins.
B) is positively charged.
C) is susceptible to alkaline hydrolysis.
D) Links C-2 of one base to C-3 of the next.
E) links C-3 of deoxyribose to N-1 of thymine or cytosine. - answer A
,The alkaline hydrolysis of RNA does not produce:
A) 2'- AMP.
B) 2',3'-cGMP.
C) 2'-CMP.
D) 3',5'-cAMP.
E) 3'-UMP. - answer D
The DNA oligonucleotide abbreviated pATCGAC:
A) has 7 phosphate groups.
B) has a hydroxyl at its 3' end.
C) has a phosphate on its 3' end.
D) has an A at its 3' end.
E) violates Chargaff's rules. - answer B
For the oligoribonucleotide pACGUAC:
A) the nucleotide at the 3' end has a phosphate at its 3' hydroxyl.
B) the nucleotide at the 3' end is a purine.
C) the nucleotide at the 5' end has a 5' hydroxyl.
D) the nucleotide at the 5' end has a phosphate on its 5' hydroxyl.
E) the nucleotide at the 5' end is a pyrimidine. - answer D
The nucleic acid bases:
A) absorb ultraviolet light maximally at 280 nm.
B) are all about the same size.
C) are relatively hydrophilic.
D) are roughly planar.
, E) can all stably base-pair with one another. - answer D
Which of the following statements concerning the tautomeric forms of
bases such as uracil is correct?
A) The all-lactim form contains a ketone group.
B) The lactam form contains an alcohol group.
C) The lactam form predominates at neutral pH.
D) They are geometric isomers.
E) They are stereoisomers. - answer C
In a double-stranded nucleic acid, cytosine typically base-pairs with:
A) adenosine.
B) guanine.
C) inosine.
D) thymine.
E) uracil. - answer B
In the Watson-Crick model for the DNA double helix (B form) the A-T and G-
C base pairs share which one of the following properties?
A) The distance between the two glycosidic (base-sugar) bonds is the
same in both base pairs, within a few tenths of an angstrom.
B) The molecular weights of the two base pairs are identical.
C) The number of hydrogen bonds formed between the two bases of the
base pair is the same.
D) The plane of neither base pair is perpendicular to the axis of the helix.
E) The proton-binding groups in both base pairs are in their charged or
ionized form. - answer A
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper GUARANTEEDSUCCESS. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €14,24. Je zit daarna nergens aan vast.
Is Stuvia te vertrouwen?
4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)
Afgelopen 30 dagen zijn er 67474 samenvattingen verkocht
Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen