100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
Eerder door jou gezocht
NSBED - Nederlandse samenvatting + oefententamenvragen van het boek 'The Student's Guide to Social Neuroscience, 3nd Edition, by Jamie Ward'.€13,49
In winkelwagen
Nederlandse samenvatting + oefententamenvragen van het boek 'The Student's Guide to Social Neuroscience, 3nd Edition, by Jamie Ward'. De samenvatting is geschreven in het Nederlands, maar de kernconcepten staan ook in het engels vertaald.
Lecture 1; Introduction & Methods Chapter 1 + Chapter 2
...
chapter 3 - the social brain
{Dit hoofdstuk richt zich op de hersengebieden die betrokken zijn bij sociaal gedrag en
sociale interacties. Het centrale idee is dat verschillende hersengebieden samenwerken om
complexe sociale processen zoals empathie, morele oordelen en sociale perceptie mogelijk te
maken}
Belangrijkste hersengebieden van het sociale brein:
1. Prefrontale Cortex (PFC):
○ Verantwoordelijk voor het plannen, beslissen en reguleren van sociaal gedrag.
○ Mediale PFC (mPFC): Betrokken bij zelfreflectie en het denken over anderen.
○ Ventromediale PFC (vmPFC): Speelt een rol bij het maken van morele en
sociale beslissingen.
2. Amygdala:
○ Speelt een cruciale rol bij emotieherkenning, vooral angst en dreiging.
○ Verbindt emotionele signalen met sociaal gedrag, bijvoorbeeld door
gevaarlijke situaties of mensen snel te identificeren.
3. Temporoparietale Junctie (TPJ):
○ Essentieel voor het begrijpen van andermans perspectief en het maken van
mentale representaties van hun gedachten en intenties (ook wel "theory of
mind" genoemd).
○ TPJ is cruciaal voor het sociaal leren en begrijpen van complex sociaal gedrag,
zoals bedrog en morele dilemma's.
4. Anterior Cingulate Cortex (ACC):
○ Verantwoordelijk voor het waarnemen van andermans emoties en pijn
(empathische processen).
○ Werkt samen met de PFC om sociaal gepast gedrag te reguleren en te
controleren.
Sociale cognitie en hersenfunctionaliteit:
● Empathie: Het vermogen om de emoties van anderen te voelen en te begrijpen. Dit
omvat een emotioneel component (de ervaring van de emotie van de ander) en een
cognitief component (het begrijpen waarom iemand zich op een bepaalde manier
voelt).
● Mentaliseren (Theory of Mind): Dit is het vermogen om je voor te stellen wat een
ander denkt of voelt. Het is cruciaal voor sociale interacties en wordt ondersteund
door de PFC en TPJ.
● Morele oordelen: Beslissingen over goed en kwaad worden beïnvloed door
emotionele en rationele processen in de hersenen. De vmPFC en ACC zijn hierbij
betrokken.
,Sociale beloning en het beloningssysteem:
● Sociale beloningen, zoals waardering, complimenten, of sociale acceptatie, activeren
hetzelfde beloningssysteem als primaire beloningen zoals eten en seks. De nucleus
accumbens speelt hierbij een belangrijke rol.
Definities:
● Sociale Cognitie: De mentale processen die mensen gebruiken om informatie over
zichzelf en anderen te begrijpen en te interpreteren.
● Empathie: Het vermogen om de gevoelens van anderen waar te nemen, te herkennen
en te begrijpen.
● Theory of Mind: Het vermogen om mentale toestanden aan jezelf en anderen toe te
schrijven en te begrijpen dat anderen overtuigingen, verlangens en intenties kunnen
hebben die verschillen van die van jezelf.
Oefenvragen chapter 3
Welke hersenstructuur is vooral betrokken bij de regulatie van sociale emoties?
A) Hippocampus
B) Amygdala
C) Thalamus
D) Cerebellum
Wat is de belangrijkste functie van de mediale prefrontale cortex in sociale interacties?
A) Verwerking van sensorische informatie
B) Regulatie van motorische functies
C) Evaluatie van sociale en morele informatie
D) Geheugenverwerking
Wat wordt verstaan onder 'neuroplasticiteit'?
A) De onomkeerbare schade aan neuronen
B) De capaciteit van het brein om zich aan te passen aan nieuwe ervaringen
C) De productie van neurotransmitters
D) De betrokkenheid van het brein bij reflexmatige reacties
Welke neurotransmitter wordt vaak geassocieerd met beloningssystemen in het brein?
A) Serotonine
B) Dopamine
C) Acetylcholine
D) GABA
, Welke van de volgende factoren heeft de grootste invloed op de ontwikkeling van sociale
cognitie?
A) Genetische predispositie
B) Omgevingsfactoren en ervaringen
C) Leeftijd
D) Geslacht
Welke hersenstructuur is vooral betrokken bij het reguleren van stressresponsen in
sociale situaties?
A) Hypothalamus
B) Hippocampus
C) Basale ganglia
D) Corpus callosum
Antwoorden:
B
B
B
B
B
A
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper anoukvergeer50. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €13,49. Je zit daarna nergens aan vast.