100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting vwo5 biologie voor jou thema 7 €2,99   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting vwo5 biologie voor jou thema 7

 3 keer bekeken  0 keer verkocht

Een samenvatting van thema 7 (regeling) van het boek Biologie voor jou voor vwo5.

Voorbeeld 2 van de 6  pagina's

  • 16 oktober 2024
  • 6
  • 2024/2025
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (5497)
avatar-seller
isapeeters8
Thema 7 – Regeling
Basisstof 1 – Regeling en homeostase
Homeostase: het in stand houden van een dynamisch evenwicht in het inwendige milieu van
organismen.
 dynamisch evenwicht: waarden als zuurstofconcentratie en glucoseconcentratie schommelen rond
een bepaalde normwaarde
 inwendig milieu: weefselvloeistof en bloed
ten miste 1 cellaag tussen
 uitwendig milieu: de omgeving en inhoud van organen
Regelkring: houdt het dynamisch evenwicht en daarmee de concentraties in stand
 bestaat uit een sensor, een controlecentrum en een effector
 negatieve terugkoppeling: een toename van het resultaat veroorzaakt een remming van het proces
 positieve terugkoppeling: een toename van het resultaat versterkt het proces



Basisstof 2 – Hormonale regulatie
Communicatie tussen cellen vindt plaats via signaalstoffen, zoals hormonen die worden afgegeven
door hormoonklieren aan het bloed
 doelwitorgaan: het orgaan waaraan een bepaald hormoon kan binden  de cellen van dat orgaan
hebben de juiste receptoren
 de mate van reactie wordt bepaald door de hormoonconcentratie en het aantal receptoren
Endocriene klier: geeft direct af aan het bloed  zoals hormoonklieren
Exocriene klier: geeft af aan de buitenwereld via een afvoerbuis  zoals zweetklieren
Steroïdhormoon: vaak gemaakt van cholesterol en
dus in vet oplosbaar, kan door het celmembraan
heen, bindt aan een receptoreiwit, zet bepaalde
genen van het DNA uit of aan
Peptidehormoon: in water oplosbaar, dus kan niet
door het celmembraan, bindt aan een receptor in het
celmembraan en wordt daarna doorgegeven via een
second messenger  een signaalcascade
Hormoonstelsel: bestaat uit hormoonklieren  o.a.
hypofyse, hypothalamus, schildklier, bijnieren, alvleesklier, eierstokken, teelballen
 hypofyse: bestaat uit een voor- en achterkwab  produceert veel hormonen en stimuleert daarmee
andere hormoonklieren
 hypothalamus: regelt secretie van hypofyse  produceert neurohormonen via neurosecretie:
wanneer hormonen door neuronen worden gemaakt:
- IH: inhibiting hormoon, stopt productie hypofyse
- RH: releasing hormoon, activeert productie hypofyse
Je schildklier maakt schildklierhormoon (thyroxine) en wordt gestimuleerd door TSH
 te veel: te hoge stofwisseling, vermoeid, koud, gewichtstoename
 te weinig: te lage stofwisseling, dwerggroei

, Eilandjes van Langerhans: groepjes cellen die glucagon en insuline produceren
 houden de glucoseconcentratie oftewel de bloedsuikerspiegel constant  5,0 mmol/L
 koolhydraten uit je eten zorgen voor een hogere glucoseconcentratie:




Bijnieren produceren adrenaline  bevordert de stofwisseling, glucoseconcentratie, hartfrequentie,
ademhalingsfrequentie en het verwijden van bloedvaten  stressvolle situatie
Bijnierschors produceert cortisol  komt vrij bij stress, onderdrukt de werking van het afweersysteem



Basisstof 3 – Het zenuwstelsel
Centrale zenuwstelsel: grote en kleine hersenen, hersenstam, ruggenmerg
Perifere zenuwstelsel: zenuwen die het centrale zenuwstelsel verbinden met de rest van het lichaam
Animale zenuwstelsel: bewuste reacties, houding, beweging, reflexen
Autonome zenuwstelsel: inwendige organen, onbewuste reacties
Onder invloed van prikkels ontstaan impulsen (elektrische signalen) via signaalverwerking:
- Zintuigen vangen prikkels op en zetten deze om in impulsen
- Zenuwcellen geleiden impulsen naar het centrale zenuwstelsel
- Centrale zenuwstelsel stuurt impulsen naar spieren en klieren
- Spieren en klieren reageren door samen te trekken of stoffen af te scheiden
Zintuigen = receptoren, neuronen = conductoren, spieren en klieren = effectoren
Neuronen geven neurotransmitters af
De axonen zijn omgeven door myelineschedes
bestaande uit cellen van Schwann, daartussen
zit een onderbreking  insnoering
De axon eindigt in synapsen, die geven
impulsen door: blaasjes met neurotransmitters
versmelten in het celmembraan,
neurotransmitters komen in de synaptische
spleet, binden aan receptoren en worden dan weer opgenomen door het axon

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper isapeeters8. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 83637 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€2,99
  • (0)
  Kopen