Samenvatting judgement and decision-making
Hoofdstuk 1 introduction
Het begrijpen van oordelen en beslissingen nemen
Persoonlijke beslissingen spelen een grote bijdrage bij vele doodsoorzaken, zoals roken, eetgewoonte
en gebrek aan beweging leiden tot grotere kans op medische ziekten. Keeney concludeert dat de
nummer één oorzaak van vroege dood in de US kan worden geïdentificeerd als persoonlijke keuzes
(66% bij kanker en 46% bij hartziekten). De persoonlijke beslissingen hebben dus invloed op tijd van
overlijden. Het onderzoeken hoe en waarom mensen beslissingen maken is daarom belangrijk voor
het welzijn, dit gaat o.a. om schoolkeuzes, carrière, partners etc.
- Onderzoek in cognitieve, sociale, cross-culturele en affectieve wetenschap helpen bij
onderzoeken hoe we keuzes maken.
- Toegepast onderzoek in domeinen als economie en gezondheid helpt bij onderzoek naar
beslissingen in de complexe context van het dagelijks leven. Toegepaste problemen laten
zien welke problemen belangrijk zijn voor mensen.
Enkele baanbrekende benaderingen voor het begrijpen van oordelen en beslissen
Tversky en Kahneman identificeren cognitieve illusies waarin mensen fouten maken in subjectieve
beoordelingen. Visuele illusies interfereren met typische percepties, zoals een 3D tekening op een
doek. Cognitieve illusies zijn een voorbeeld van hoe mensen beslissingen maken en oordelen.
Daarom kan het leiden tot verkeerde oordelen.
Voorbeeld cognitieve illusie: als mensen tussen twee banen moeten kiezen, kan een
persoon zich positiever voelen over een baan en dit beïnvloed de keuze. In dit opzicht kan
iemand de keuze dus manipuleren door een positief gevoel aan te sporen die mensen
gebruiken om een keuze te maken.
Gigerenzer en co. komen tot een fast-and-frugal approach en hebben hiermee een aantal shortcuts
en regels geïdentificeerd waarmee mensen keuzes maken. Hierdoor maken mensen complexe keuzes
met weinig mentale moeite (minimaliseren moeite en maximaliseren nauwkeurigheid keuze).
Veel keuzes die we maken hebben geen identificeerbaar goed antwoord op dat moment, dat
kan alleen de toekomst zeggen door te zien wat de uitkomst is (zelfs de keuze voor het
avondeten). We hebben cognitieve beperkingen in de hoeveelheid informatie die we kunnen
verwerken in een bepaalde tijd.
Dual-process models
Dual-process models zijn een grote groep van theorieën die suggereren dat oordelen en beslissingen
via twee verschillende soorten mentale processen gaan.
1. Snel, intuïtief, parallel, automatisch, emotie-gedreven proces. Dit kan worden gedreven door
impliciete, automatische positieve/ negatieve assumpties en gebrek aan vriendelijke
gevoelens tegenover iets of iemand. (mentale shortcuts). Dit proces is associatief, dus
gebaseerd op gelijkheid en statische informatie. Ook is dit systeem gekoppeld aan basic
affect, dus positief of negatief gevoel.
Bv. deze vogel is een mus want die lijkt op een mus.
2. Cognitief belastend, opzettelijk, serieel, gecontroleerd, geredeneerd proces. Dit proces
overschrijft proces 1 van negatieve, automatische assumpties en denkt na. Dit proces is regels
gebaseerd, hangt af van logische regels van sociale wereld of natuur. Daarnaast bevat dit
systeem complexe vormen van gevoel, zoals schuld, angst etc.
Bv. deze vogel is een mus, want deze vogel voldoet aan 6 regels voor een mus.
Sloman vindt dat mensen beide processen hebben en dat ze beide op dezelfde uitkomst
kunnen komen (hoeft niet zo te zijn).
, Dual-process models zijn ook bekritiseerd voor het relatief vaag en weinig verklaard te
zijn.
Cognitive Reflection Test (CRT) is ontworpen om individuele verschillen in systemen 1 en 2 in
redeneren te testen.
Verfijnde aanpak dual-process models.
1. Het is onwaarschijnlijk dat er daadwerkelijk twee aparte, algemene systemen zijn. Het is
mogelijk om opzettelijk en intuïtief te verwerken.
Evans stelt een ander framework voor, namelijk met twee types. Waarbij type 1 slaat op systeem 1 en
type 2 voor systeem 2. Hierbij is type 2 alleen gebonden aan het werkgeheugen en heeft daarom
cognitieve belasting.
Later kwam er nog een verfijning, namelijk type 1 is meer intuïtief en type 2 meer reflectief.
Daarnaast zou type 1 meer automatisch zijn.
Belangrijkste typen van beslissingsmodellen
Er zijn drie soorten modellen van beslissingen.
1. Descriptieve modellen: beschrijven hoe mensen eigenlijk oordelen en beslissen, zonder te
zeggen wat we doen goed of slecht is (hieronder valt dual-process models beschrijven
alleen de info dat mensen vaak shortcuts gebruiken voor beslissingen).
2. Normatieve modellen: reflecteren optimale of ideale beslissingen. Een normatief
beslissingsproces zou logisch, consistent met vroegere beslissingen zijn en moeten alle
relevante data mee moeten nemen. Daarnaast moet het de persoon het dichtst bij zijn of
haar doel brengen (bv. gezond leven).
3. Prescriptieve modellen: bevelen een bijzondere manier van beslissen en oordelen aan. Het
moet een verbetering zijn van wat de persoon momentele welzijn (bv. alcohol gebaseerde
zeep tegen pathogenen overbrengen van handen op eten). Dit model kan vaak een
compromis van normatieve en descriptieve model vormen.
Normatieve modellen zeggen wat het beste is, descriptieve modellen zeggen wat mensen
daadwerkelijk doen en prescriptieve modellen probeert een redelijke en realistische
aanbeveling te geven voor actie.
Deel I Making likelihood judgements
Hoofdstuk 2: availability and representativeness
Heuristiek= snelle en makkelijke vuistregels die we gebruiken bij het oordelen bij condities
van onzekerheid. Het is efficiënter dan numerieke berekeningen van waarschijnlijkheid.
(vallen onder type 1 redenering, soms type 2)
The availability heuristiek
‘Availability heuristic’ is een heuristiek voor het beoordelen van frequentie en waarschijnlijkheid. Bij
een persoon gebeurt dit op basis van het gemak waarmee gevallen of associaties in gedachten
kunnen worden gemaakt. Bv. hoe waarschijnlijk is een uitspraak waar. Dit kan door het herinneren
van voorbeelden en daarna maken we een inferentiële sprong we infereren dat hoe makkelijker
het is om voorbeelden te herinneren, hoe waarschijnlijker het is dat de gebeurtenis waar is. Hierdoor
denk je dat een persoon op werk je nieuwe baas is als je recent een film met eenhetzelfde hebt
gezien.
De naam is alleen verkeerd, want de term availibility wordt traditioneel gebruik om te
verwijzen naar geheugensporen die in de geest bestaan, terwijl accessibility verwijst naar hoe
, gemakkelijk men geheugensporen kan ophalen voor de bewuste geest. Daarom is
accessibility het cognitieve proces ten grondslag aan availibility heuristic.
- Frequentieoordelen van mensen blijken gebaseerd te zijn op het gemak of frequentie
waarin ze namen kunnen herinneren.
- De relative frequency-of-occurrence judgement is hoevaak een gebeurtenis plaatsvindt
gezien een andere gebeurtenis (bv. welk woord wordt vaker gezegd). Mensen zouden
antwoorden op basis van hoe makkelijk ze kunnen denken aan woorden die met een
bepaalde letter beginnen of dat die als 3 e voorkomt in het woord. 69% van de mensen
dacht dat de 5 medeklinkers vaker aan het begin van woorden staan.
- Een positieve of negatieve houding maakt het makkelijk voor mensen om positieve of
negatieve herinneringen op te halen. Hoe meer ‘beschikbaar’ de herinnering is, hoe
waarschijnlijker mensen denken dat het binnenkort gebeurt.
Availibility by speed hypothese is het feit dat we frequentieoordelen baseren op hoe snel
we voorbeelden kunnen herinneren. Sneller antwoord voorspeld een hogere
frequentieoordeel.
De availability heuristic beïnvloedt ook mensen hun beoordeling over hun personaliteit. Een studie
toonde dat mensen die net 6 assertieve situaties hadden beschreven zichzelf meer assertief
inschatten dan mensen die net 6 onassertieve situaties hadden beschreven.
The availability heuristic: alternative views
Er zijn ook kritieken die alternatieve benaderingen bieden. Zo waren de letters die waren gebruikt in
de studie atypisch en zouden vaker voorkomen als 3 e letter dan als 1e letter. De letters die werden
gebruikt in het onderzoek waren niet representatief. Daarnaast kunnen mensen wel redeneren dat in
het Engels en Duits woorden vaker beginnen met een medeklinker dan een klinker (letter-class
hypothese 70% gebruikt).
Daarnaast zegt de regressed-frequencies hypothesis dan mensen bijhouden bij het lezen
waar letters in woorden staan en dit onthouden (80%).
The availability heuristic in gezondheidsgerelateerde beslissingen
The avaiability heuristic kan ervoor zorgen dat professionals sneller oordelen, maar dit hoeft niet
altijd ideaal te zijn. Zo kan een arts die vaak blindedarmontsteking dit sneller diagnosticeren, terwijl
dit niet bij iedereen het geval is. Onderzoek toont daarnaast dat tweedejaars geneeskunde studenten
afhankelijk zijn van availability heuristic en dat ze verkeerde diagnoses stellen op basis van
overlappingen met diagnoses die ze eerder hebben gezien (1 e jaars doen dit niet).
Onderzoek toont dat het gebruiken van availabiliy heuristic al vroeg in het leven wordt
gedaan. Het blijkt zelfs van grotere invloed te zijn op 7-jarigen dan 10-jarigen.
> Onderzoek toont dat het gebruik van facebook ervoor zorgt dat mensen denken dat
anderen gelukkiger zijn dan henzelf. Het zien van positieve gebeurtenissen bij anderen
zorgt er dus voor dat mensen oordelen dat het leven van anderen beter is dan die van
henzelf.
The representativeness heuristic
Voor het voorbeeld met een nieuw persoon op het werk kun je ook met mentale representatie
denken aan een typische baas. Je kan denken aan een soort label (oud, in pak, netjes) en dit kan
ervoor zorgen dat je denkt dat de nieuwe persoon de nieuwe baas is. Dit is de representativeness
heuristic waarbij een gebeurtenis A wordt beoordeeld als meer waarschijnlijk dan gebeurtenis B,
omdat gebeurtenis A meer representatief lijkt. Representativiteit kan in dit geval betekenen hoe
bekend een voorbeeld lijkt (uniek per persoon), maar het kan ook een reflectie zijn van wat mensen
aannemen hoe willekeur eruitziet.
Bv als je vraagt aan mensen om een willekeurige volgorde van muntworp (kop of munt) te
doen, denken ze dat er geen herhaalde patronen moeten zijn en dan beide uitkomsten even
, vaak voorkomen law of small numbers. Ook al is elke muntworp onafhankelijk van de
vorige, kan alle patronen wel voorkomen. Bij the law of large numbers zijn er veel uitkomsten
mogelijk.
The Tom W. problem
Dit is een experiment waarbij een groep studenten is gevraagd om 9 gebieden van specialisatie te
overwegen. Ze moesten het percentage 1e jaars studenten schatten die zich hiervoor zouden
inschrijven (base rate). Een tweede groep studenten was een beschrijving gegeven van een student
genaamd Tom W en die groep moest de 9 gebieden ranken voor hoe vergelijkbaar ze dachten Tom W
was met een prototypische student in elk van die gebieden (representativiteit). Een derde groep
studenten hebben dezelfde beschrijving van Tom gelezen en moesten ranken in welke gebieden ze
dachten dat Tom zich zou inschrijven (waarschijnlijkheid).
Resultaten: er was bijna perfecte correlatie met de oordelen van waarschijnlijk en
representativiteit. De base rate was niet positief gecorreleerd met
waarschijnlijkheidsoordelen. Dit kan betekenen dat mensen hun kennis van base rates in
waarschijnlijkheidsoordelen negeren en dit dus baseren op representativiteit.
The Linda problem
Bij een andere test voor representativeness heurstic werd er een beschrijving gegeven van Linda en
studenten moesten kiezen tussen twee opties welke meer waarschijnlijk is: Linda is a bank teller of
Linda is a bank teller and is active in the feminist movement. Tversky en Kahneman vinden eerste
optie meer waarschijnlijk door de conjunction rule: de waarschijnlijkheid van twee dingen in
samenhang kan niet hoger zijn dan de waarschijnlijkheid van één ding.
Conjunction fallacy is wanneer de studenten toch de tweede optie kiezen.
De conjunction rule is niet toepasbaar als mensen de eerste optie interpreteren als Linda is a bank
teller and NOT active in feminist movement.
The representativeness heuristic: alternative views
Hertwig en Gigerenzer kwamen met een alternatief en de sleutelvraag hierbij is het interpreteren van
het woord waarschijnlijk. Tversky en Kahneman bedoelden het in de wiskundige manier (frequentie)
maar hun denken van veel mensen het interpreteren als niet-wiskundig (waarschijnlijkheid,
correspondentie etc). Hun onderzoek toonde dat 18% van de antwoorden bij vraag of ‘probability’
wiskundig werden geïnterpreteerd. Van de 15 personen die bij Linda problem eerste optie kozen,
interpreteerden 12 niet-wiskundig representativeness heuristic geredeneerd door niet-wiskundige
betekenis van ‘probable’.
The representativeness heuristic and stereotypes
Stereotypen werken heuristic door vuistregels. Stereotypen werken als initiële basis voor mensen hun
oordelen.
Algemene idee is dat een persoon zijn representatie van een groep wordt gebruikt voor het
oordelen hoe groot de kans is dat een persoon zich gedraagt als die groep.
The representativeness heuristic and WEIRD psychology research
In veel onderzoek over menselijk gedrag en cognitie is de assumptie of een prototypische mens,
namelijk de WEIRD (Westers, educatie, industrieel, rijk, democratisch etc). Maar de resultaten van
onderzoek kan verschillen per populatie. Daarom zijn de meeste studies niet representatief voor de
wereld.