Week 1: eigendom van netwerken
Eigendom van kabels en leidingen
- Art. 5:20 BW, vanaf 1 februari 2007 ook een lid 2
- Portacabincriteria: inhoud geven aan 5:20 lid 1 onder e
o Duurzaam met de grond verenigd: naar aard en inrichting bestemd om duurzaam ter
plaatse te blijven
- Art. 3:3 BW: het object is een onroerende zaak behoort toe aan de eigenaar van de grond
- HR 6 juni 2003, BNB 2003/271: telecomkabels zijn naar aard en inrichting bestemd om
duurzaam ter plaatse te blijven, dus onroerende zaken
o Telecommunicatiewet: aanleg van een net heeft geen invloed op de eigendom van
het net
o Maar er zijn ook televisiekabels, gasleidingen, elektriciteitsnetten etc. die niet onder
de Telecommunicatiewet vallen hoe zit het met deze eigendom waar geen
bijzondere wet voor is?
Goederenrechtelijke status
- Hoofdregel is van toepassing: die leidingen etc. die niet onder de Telecommunicatiewet
vallen zijn eigendom van de grondeigenaar
- Horizontale natrekking: bestanddeelvorming over de erfgrens
o Eigenaar van een stuk grond waar een huis op staat betekent dat je eigenaar bent van
het hele huis, ook al staat een stukje van het huis op de grond van de buren
o Eenheid van de opstal blijft goederenrechtelijk tot stand, ook als in dat geval de
verticale natrekking opzij moet worden gezet hoe zit dat met kabels en leidingen?
o Paddenstoeltheorie: als je de eigendom hebt van de kavel/perceel waar de
elektriciteitshuisjes op staan, zijn dat de hoofdzaken of -percelen, dan ben je
eigenaar van de rest van de kabels en leidingen
- Opstalrecht op kabels en leidingen: grondeigenaar gaf rechten aan de beoogde aanlegger van
de kabel om die kabel in eigendom te houden
- Kadastrale verwerking is heel gecompliceerd: hoe zie je dat terug in de registers?
invoering art. 5:20 lid 2 BW op 1 februari 2007
Invoering van art. 5:20 lid 2 BW
- Eigendom van de bevoegde aanlegger
o Gaat om net in je eigen grond
o Gaat om net dat bevoegd is aangelegd
- Verandering van goederenrechtelijke status: iemand kan eigendom hebben van een
onroerende zaak die hij zelfstandig kan overdragen zelfstandige onroerende zaken
o Opstalrecht (5:101 BW) rust op een stuk grond: je hebt bij een net geen opstalrecht
meer nodig om eigenaar te zijn, omdat het net is aangelegd door een bevoegde
aanlegger
o De eigendom van de opstalgerechtigde is afhankelijk van het opstalrecht
- Netwerk is nu een zelfstandige onroerende zaak
o Staat los van de grond
o Staat ook los van eventuele opstalrechten: vaak worden er nog steeds opstalrechten
gevestigd, want art. 5:20 lid 2 regelt uitsluitend de eigendom maar geen lig- en
legrechten
Regelen van lig- en legrechten
- Lig- en legrechten: goederenrechtelijke bevoegdheid om jouw onroerende zaak aanwezig te
hebben in een grond
- Zelfstandige onroerende zaken kun je bezwaren met beperkte rechten
1
, - Erfdienstbaarheid met het net als heersend erf, kavel waarin het net aanwezig is als
dienende erf verschillen erfdienstbaarheid en opstalrecht:
o Als het net wordt overgedragen blijft de erfdienstbaarheid ten gunste van de
eigenaar van het net
o Een opstalrecht gaat niet automatisch mee, is niet afhankelijk van de eigendom van
de kabel
o Als je het net eruit haalt en een nieuwe kabel in de grond stopt, verdwijnt de
erfdienstbaarheid
o Als je het net eruit haalt en een nieuwe kabel in de grond stopt, blijft het opstalrecht
bestaan waardoor je de nieuwe eigendom van de kabel krijgt
- Uitgifte in erfpacht
- Kwalitatieve verplichting ten laste van de grond, ten gunste van de neteigenaar
o Voordeel ten opzichte van erfdienstbaarheid: erfdienstbaarheid heeft een heersend
erf en is gekoppeld aan de kabel, kwalitatieve verplichting heeft dat niet en is een
persoonlijk recht
Wat valt er onder dit regime (5:20 lid 2 BW)?
- “een net, bestaande uit een of meer kabels of leidingen, bestemd voor transport van vaste,
vloeibare of gasvormige stoffen, van energie of van informatie”
o Elektriciteitsnetten, gasnetten, waternetten, datakabels etc.
o WKO-installaties: voor één gebouw bestemd, bestaat uit leidingen en pompen, is ook
een net
o Art. 10.28 Omgevingswet: objecten die zijn aangelegd krachtens een
publiekrechtelijke gedoogplicht, vallen ook onder 5:20 lid 2 BW
Hoe is de totstandkoming gegaan: overheidslichaam moet eerst praten met
de grondeigenaar
o Als het ooit is aangelegd als net, maar in de tussentijd is veranderd, houdt het de
status van een net: goederenrechtelijke toestand blijft hetzelfde
Bestanddelen van het net
- Maken bijvoorbeeld mantelbuizen, transformatoren, pompen etc. in goederenrechtelijke zin
onderdeel uit van het net?
- Verkeersopvatting (art. 3:4 BW) en sectorale wetgeving
o HR 5 januari 2018, NJ 2018/420: als een net wordt beheerst door sectorale
wetgeving (gereguleerd net), is de definitie van die wet de goederenrechtelijke
omvang van het net, ook al komt dat niet overeen met de verkeersopvatting
Maakt ook uit of het een gereguleerd net is: als je bijvoorbeeld elektriciteit
doorlevert aan iemand anders dan wordt de goederenrechtelijke omvang
bepaalt door de sectorale wetgeving, anders de verkeersopvatting
o Sectorale wetgeving is belangrijk om te kijken waar een gereguleerd net eindigt
o Als een net niet gereguleerd is, val je terug op de verkeersopvatting
Wat maakt iemand bevoegde aanlegger?
- Iemand moet een bevoegde aanlegger zijn omdat het aanleggen van een net in andermans
grond uitsluitend tot eigendom leidt bij de aanlegger, als dat bevoegd gebeurt
- Bevoegde aanlegger: bevoegdheid ten opzichte van de grondeigenaar, grondeigenaar moet
dat accepteren dulden op grond van:
o Publiekrechtelijke gedoogplicht: eigenaren van grond zijn verplicht om kabels in hun
grond toe te laten wel bevoegde aanlegger
o Vergunning: net dat aangelegd wordt ligt in de grond van de gemeente
(publiekrechtelijk), maar nog geen bevoegde aanlegger (privaatrechtelijk)
vergunning staat los van de bevoegdheid om een net aan te leggen
o Toestemming: afspraken met elkaar maken wel bevoegde aanlegger
2