Gebiedsontwikkeling
Gebiedsontwikkeling van belang voor ruimtelijke ontwikkelaars:
1. Samenspel verschillende functies en gebruik (integraal karakter) op gebiedsniveau
2. Maatschappelijke opgaven (integraal karakter) zoals; woningbehoefte, duurzaamheid,
gezondheid, bereikbaarheid etc
3. Opgave vanuit het gebied zelf
1+2+3 = hoe om te gaan met (schaarse) ruimte op gebiedsniveau?
Gebiedsniveau = integrale opgave op het schaalniveau van een afgebakend gebied
Ruimtelijke Ontwikkeling
als continu proces
Veranderende samenleving & opgaven:
- Wat vroeger goed was, voldoet nu niet meer → mismatch in vraag en aanbod van functies +
bebouwing → gebiedsontwikkeling → gebiedstransformatie
- Bijvoorbeeld de woningbouwopgave vraagt ook om ontwikkeling van gebieden die nog een
agrarische functie hebben.
Ruimtelijke interventies zijn noodzakelijk om maatschappelijke, economische, sociale etc. doelen
te realiseren.
Doel van Ruimtelijke Ontwikkeling = zorg dragen voor een zo goed mogelijke leefomgeving,
waarbij afwegingen worden gemaakt welke activiteiten het beste waar kunnen plaatsvinden.
Wat is gebiedsontwikkeling
“Gebiedsontwikkeling is bij uitstek het vakgebied waar kokers worden doorbroken en met integrale
blik opgaven worden aangepakt.” Friso de Zeeuw
Gebiedsontwikkeling -> deze term pas rond 2006 o cieel geïntroduceerd.
Maar het ontwikkelen van gebieden is niet nieuw -> naoorlogs historische perspectief
- tijdgeest
- actie-reactie
- lessons learned
ffi
, Gebiedsontwikkeling in Nederland - Jaren 50-60
Stedelijke ontwikkeling NL jaren 50-60 (nog niet o cieel ‘gebiedsontwikkeling’)
Wederopbouw.
Binnenstad: saneringen, sloop, vernieuwing, binnenstad als economische centrum ofwel
cityvorming, opkomend autobezit.
Uitbreidingswijken, grootschaligheid, geen bewonersbetrokkenheid, planmatig,
maakbaarheidsgedachte, sterke overheidssturing. Kwantiteit voor kwaliteit.
Voorbeeld jaren 60: Utrecht, Hoog Catharijne: gebiedsontwikkeling avant-le-lettre
Ging niet altijd goed: Bijlmer werd alles gescheiden en veel buitenlanders gedumpt.
Vernieuwing Bijlmermeer (Amsterdam Zuid-Oost) = gebiedsontwikkeling.
Stedelijke ontwikkeling NL - Jaren 70
Nadruk op ‘volkshuisvesting’ van zittende bewoners (met lagere inkomens), ‘bouwen voor de
buurt’, aanpak vooroorlogse wijken, renovatie: de stadsvernieuwing komt op.
Groeikernen: spreiding van groei, menselijke maat (‘bloemkoolwijken’), waardering voor de
buurtsamenleving.
Ter illustratie jaren 70-80: Bloemkoolwijken
Stedelijke ontwikkeling NL - Jaren 80
(Kritiek op) stadsvernieuwing; ook sociale vernieuwing (PCG), hogere inkomens in de stad,
di erentiatie, compacte stad, stedenbouwkundige kwaliteit, architectuur, goede openbare ruimte,
economische positie stad, concurrentiepositie, uitstraling, imago, meer markt, ‘sleutelprojecten’
ontstaan. Gebiedstransformatie.
Ter illustratie: Rotterdam - Binnenhaven
Stedelijke ontwikkeling NL - Jaren 90
Einde stadsvernieuwing. GSB: meer integrale, programmatische en gebiedsgerichte aanpak.
ViNEX, grotere rol marktpartijen, samenwerking (PPS), verzelfstandiging, decentralisatie.
Uitvoering ‘sleutelprojecten’ met aandacht voor stedenbouw & architectuur.
Ter illustratie: ’Sleutelproject’ Maastricht – Céramique
Kenmerken: architectonische kwaliteit, aansluiting bij bestaand stedelijk weefsel, PPS, nationaal
belang, functiemening, diversiteit, cultuur.
Stedelijke ontwikkeling NL - 2000-2008
Nota Mensen, Wensen, Wonen: keuzevrijheid, zeggenschap, marktwerking. O.a. ook meer ruimte
voor ‘groene woonwensen’. Decentralisatie: Stedelijke Vernieuwing (ISV); minder kwantiteit, meer
maatwerk & kwaliteit.
Integrale wijkenaanpak → herstructurering van wijken, meer partijen, gebiedsgericht →
GEBIEDSONTWIKKELING (2006)
Ter illustratie: Rivierenwijk Deventer
ff ffi
, Gebiedsontwikkeling NL - vanaf 2006
GEBIEDSONTWIKKELING:
Geïntroduceerd in de Nota Ruimte (2004)
- Combinatie van beleidsurgenties en gebiedsurgenties
- Meervoudige opgaven in een afgebakend gebied + ruimtelijke vertaalslag
- Coproductie met brede groep partijen in een gebied
- Interdisciplinaire aanpak
- Risico en rendementen worden verdeeld over betrokken partijen
- Kwaliteit en karakteristieken van het gebied als uitgangspunt
- Het ‘gebied’ en de opgaven bepalen het programma van de gebiedsontwikkeling
→ ‘Integrale gebiedsontwikkeling’
Gebiedsontwikkeling NL - 2008 – 2014 (fin.-ec. crisis)
Financieringsproblemen, vraaguitval, bezuinigingen, vertraging, vastlopende projecten; en…
…verwarring alom……maar niets doen was geen optie,
want er blijven opgaven …
…’organische gebiedsontwikkeling’ ontstaat.
Dus, aanleidingen voor organische gebiedsontwikkeling:
1. De nancieel-economische crisis.
2. Maar de (stedelijke) opgaven blijven:
- (Kwalitatieve) woningvraag
- Transformatie van gebieden
- Herstructurering van wijken
- Klimaat, energie & water
Organische gebiedsontwikkeling
“Gebruik datgene wat je al hebt, doe dat op een duurzame manier en zorg dat het voldoet aan de
vraag van de gebruikers”
Kenmerken van organische gebiedsontwikkeling (2008 - 2014)
- Andere initiatiefnemers
- Leegstaande of braakliggende ruimte(s)
- Gebiedsurgentie + ‘iets’ willen doen + ‘energie’
- Vanuit tijdelijkheid
- Andere rollen
- ‘Regelvrije ruimte’ organiseren / exibiliteit
- Andere vorm van waardecreatie
- Experimenteel - ondernemerschap
- Identiteit creëren (gebiedsmarketing)
- Programmeren (met visie; gebiedsmarketing)
- Groei van maatschappelijke initiatieven
- Eerst geld verdienen, dan uitgeven
- Vraaggestuurd
- Open planproces (stap-voor-stap, kleinschalig ontwikkelen) (geen tekentafelplanning)
- Niet persé gekoppeld aan vastgoedontwikkeling
fi fl
, Enkele van vele praktijkvoorbeelden…
- Arnhem
- Amersfoort
- Nijmegen
- Rotterdam
- Deventer
Wat is organische
gebiedsontwikkeling…
vs Integrale GO?