Luister je wel naar mij?
Gespreksvoering met kinderen tussen vier en twaalf jaar
Inhoud
Hoofdstuk 1. Inleiding; Luister je wel naar mij? ...................................................................................3
1.1 De dominantie van taal .............................................................................................................3
1.2 Leercapaciteit en leerbereidheid van kinderen ..........................................................................3
1.3 Betrouwbaarheid en suggestibiliteit ..........................................................................................4
1.4 Fantasie en werkelijkheid ..........................................................................................................4
1.5 Verschillen tussen jongens en meisjes .......................................................................................4
1.6 Vraaggericht werken .................................................................................................................5
1.7 Het gesprekskader.....................................................................................................................5
1.8 Het virtuele milieu.....................................................................................................................6
Hoofdstuk 2. De ontwikkeling van kinderen van vier tot twaalf jaar ....................................................7
2.1 Het kind als kleine volwassene ..................................................................................................7
2.2 De psychosociale ontwikkeling van kinderen vier tot zes jaar ....................................................8
2.3 De psychosociale ontwikkeling van kinderen van zes tot acht jaar .............................................9
2.4 De psychosociale ontwikkeling van kinderen van acht tot tien jaar ............................................9
2.5 De psychosociale ontwikkeling van kinderen van tien tot twaalf jaar ....................................... 10
Hoofdstuk 3. De gespreksvoering ...................................................................................................... 12
3.1 Invullen ................................................................................................................................... 12
3.2 Kwaliteit van een gesprek ........................................................................................................ 13
3.3 Communicatievoorwaarden .................................................................................................... 13
3.3.1 Ga op dezelfde (oog)hoogte zitten als het kind ................................................................. 13
3.3.2 Kijk naar een kind terwijl je spreekt .................................................................................. 14
3.3.3 Alterneer het wel en niet maken van oogcontact met een kind terwijl je spreekt.............. 14
3.3.4 Stel het kind op zijn of haar gemak ................................................................................... 14
3.3.5 Luister naar wat een kind zegt .......................................................................................... 14
3.3.6 Laat met behulp van voorbeelden zien dat wat het kind zegt, effect heeft ........................ 15
3.3.7 Vertel het kind dat het je moet zeggen wat het vindt of wil, omdat je het anders niet weet
als het kind het je niet vertelt .................................................................................................... 15
3.3.8 Probeer spelen en praten te combineren .......................................................................... 15
3.3.9 Signaleer dat je het gesprek afbreekt en later zal voortzetten wanneer je merkt dat het
kind afhaakt .............................................................................................................................. 15
1
,3.3.10 Wanneer je een moeilijk gesprek hebt gehad, zorg dan dat het kind daarna tot zichzelf
kan komen ................................................................................................................................ 15
2
, Hoofdstuk 1. Inleiding; Luister je wel naar mij?
Luister je wel naar mij? Kinderen hebben het vaak gehoord. Maar van binnen denken ze zo vaak:
maar luister je wel naar mij?
1.1 De dominantie van taal
Volwassenen voelen zich ongemakkelijk in gesprekken met (vooral jonge) kinderen.
De taalvaardigheid van een kind begint al als baby. Dan kan een kind bepaalde klanken en ook
verschillende talen groeperen zodat het deze zich uiteindelijk eigen kan maken.
Bij meisjes verloopt de taalontwikkeling sneller dan bij jongens. Voorniet-westerse kinderen is het
een extra barrière om de Nederlandse grammatica onder de knie te krijgen.
We kennen de sensitieve periode voor taal bij een kind (0-7 jaar). In deze periode leert het kind de
taal vloeiend te beheersen. Hierop volgend; de sensitieve periode voor het verfijnen van de taal (7-
10 jaar). In deze periode leert het kind grammaticaal verfijnen en lezen en schrijven. De
mogelijkheden om talig te worden zijn er, maar de gelegenheid ontbreekt soms nog. Wanneer
leerlingen de taal niet voldoende beheersen, ontstaat de kans dat ze repeteervragen gaan stellen,
dus het herhalen van de vraag. Dit kan door de volwassene als ongeïnteresseerdheid en niet
luisteren worden opgevat terwijl het kind ook een antwoord op de vraag kan proberen te
achterhalen.
Vaak zorgen volwassenen voor het beëindigen van de intentie tot gesprek vanuit een kind..
Communicatie met kinderen vraagt speelsheid en het loskomen van vaste patronen.
Peuters begrijpen al een stuk meer dan zij kunnen uitdrukken. Hun passieve woordenschat is groot in
vergelijking met hun actieve woordenschat. De combinatie van het kunnen begrijpen maar niet goed
kunnen vertellen wat zij willen, kan voor frustratie zorgen bij het kind.
1.2 Leercapaciteit en leerbereidheid van kinderen
De leerbereidheid van kinderen is groot. Jonge kinderen zijn vooral bereid om nieuwe dingen te
leren, zij zitten nog niet vast in structuren. Het leren van de taal tot het leren schommelen of zindelijk
worden. Wanneer kinderen een vaardigheid beheersen, treedt er normalisatie op. Het gevoel van
weer helemaal tot zich zelf te komen.
Het jonge kind neemt waar met zijn of haar zintuigen, met name de geurzin en de tastzin. Ervaringen
uit de kindertijd zullen eerder door middel van geur of tast opgeroepen kunnen worden.
Volwassenen zijn veel taliger ingesteld. Het rijpingsproces loopt door totdat de hersenen net zo in
hun werk gaan als bij een volwassene.
Het rijpingsproces: nog geen sprake van een geïntegreerde vorm van waarnemen, zoals bij
volwassenen. Tot zon 7 jaar werken de linker en rechter hersenhelft nog los van elkaar.
Doordat de volwassene het kind zo talig benadert, zal het kind dit voorbeeld willen volgen en zich zo
talig mogelijk proberen uit te drukken. Naarmate het kind ouder wordt, zal de druk om talig te
kunnen presteren groter worden.
Pedagogen en kunstenaars werken in de stad Reggio Emilia samen om kinderen te begeleiden in hun
uitdrukkingswijze. Zij hebben een onderwijsconcept; Reggio Emilia, hierbij worden kinderen
gestimuleerd om dingen duidelijk te maken door middel van creativiteit. Samenwerking en interactie
met andere kinderen speelt hierbij een belangrijke rol.
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper tessaboode. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.