Hoofdstuk 10 zonnestelsel en heelal
Formules:
Baansnelheid: s 2 πrr Vbaan = baansnelheid in m/s
Vbaan = =
t T s = afgelegde afstand in m
r = baanstraal in m
T = omlooptijd in s
Middelpuntzoekende mxv2 Fmpz = middelpuntzoekende
Fmpz =
kracht: r kracht in N
m = massa in kg
v = baansnelheid in m/s
r = baanstraal in m
Gravitatiewet: mxM Fg = gravitatieconstante N
Fg = G x
r2 m2 kg-2
m/M = massa in kg
Valversnelling Maarde r = de afstand tussen de
g=Gx
r2 zwaartepunten in m
Baansnelheid planeet
4 πr 2 x r 3
T2 =
G x Mzon
Derde wet van Kepler: r 3 G x Maarde m/M = massa in kg
=
T2 4 πrr r = de afstand tussen de
zwaartepunten in m
T = omlooptijd in s
Wet van Wien Kw λmax = golflengte bij
λmax =
T stralingsmaximum in m
kw = constante van wien in m
K
T = absolute temperatuur in
K
Energie van een foton: Ef = h x f Ef = energie van een foton in
J
h = de constante van Planck
in J/s
f = frequentie in Hz.
Golfsnelheid V=fxλ
elektromagnetische golven
Planeet = een hemellichaam dat om een ster beweegt.
Ster = gasbol die licht uitzend.
Zonnestelsel = een klein deel van het heelal waarin de zon het middelpunt is.
Maan = hemellichaam dat om een planeet draait.
Komeet = hemellichaam met een staartvormig uiteinde.
Vallende ster = een rotsblok dat in de nacht te zien is als een lichtspoor.
Meteoor = een te groot rotsblok om helemaal te sublimeren waarvan een stukje op de aarde
valt.
In ons zonnestelsel bewegen acht planeten om de zon: Mercurius, Venus, Aarde, Mars,
Jupiter, Uranus en Neptunus. Vrijwel alle planeten behalve Mercurius en Venus hebben een
of meer manen. Er bewegen ook veel rotsblokken in de ruimte. Komt een rotsblok te dicht in
de buurt van de zon, dan kan een komeet ontstaan. Komt een rotsblok in de atmosfeer van
de aarde, dan kan het als meteoriet op de aarde terechtkomen.
De zon is een ster die licht uitzendt. Planeten en manen zenden geen licht uit. Je ziet ze
alleen als ze licht van de zon weerkaatsen richting je ogen.
De aarde draait niet alleen om de zon, maar ook om haar eigen as. Deze as staat niet
loodrecht op het aardvlak om de zon, maar onder een hoek. Daardoor duren dag en nacht
niet even lang en ontstaan er seizoenen.
Schijngestalten = het zichtbare gedeelte van de maan vanaf aarde.
Nieuwe maan = de maan staat dan tussen de aarde en de zon in. Dan weerkaatst er geen
zonlicht richting de aarde en zie je de maan niet.
Eerste kwartier = de schijngestalte na een week vanaf de nieuwe maan.
Volle maan = de aarde staat tussen de zon en de maan in. Je ziet hierdoor de volledige
maan.
Laatste kwartier = de schijngestalte na 3 weken vanaf de nieuwe maan.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper hugoarntz. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,48. Je zit daarna nergens aan vast.