Dit is een samenvatting van alle verplichte hoofdstukken voor het vak Inleiding recht voor niet-juristen van het boek 'Inleiding in het Nederlandse recht' van Verheugt, 21 druk (dus van 2023). De verplichte hoofdstukken zijn: hoofdstuk 1, hoofdstuk 2, hoofdstuk 3, hoofdstuk 4 (afdeling 1, 2 en 4), ...
Het recht hee. de taak om conflicten te voorkomen en bestaande conflicten op te lossen; ze
probeert de vrede in de samenleving te bewaren door de belangen van de gemeenschap en de
belangen van de individuele leden van de samenleving te beschermen waarbij de overheid een
belangrijke rol speelt
Mensen maken deel uit van een samenleving met anderen wat betekent dat ze rekening met die
anderen moeten houden en daarmee zich in hun eigen gedrag moeten beperken à in het streven
naar de bevrediging van behoe.en is een botsing met de belangen van anderen vaak onvermijdelijk
waarbij het recht (door rechtsregels) kan helpen
Rechtsregels: zijn bedoeld om menselijke gedragingen te ordenen en daarmee te uniformeren,
doordat ze voor iedereen op dezelfde manier gelden; rechtsregels streven naar een maatschappelijke
ordening van menselijk gedrag door voorschri=en vast te stellen waarin gedragingen worden
benoemd in termen van bevoegdheden en verplich@ngen (vaak een gebod of een verbod) à de
inhoud van de meeste rechtsregels ontstaat uit algemeen aanvaarde opvaDngen over goed en kwaad
en uit de behoe.e aan een doelmaEge ordening van de maatschappij à de meeste rechtsregels
beogen door het voorschrijven van gedrag een zekere gerechEgheid te bevorderen (bescherming van
fundamentele menselijke waarden) en doelma@gheid speelt ook vaak een rol
Het recht bestaat grotendeels uit een verzameling van regels die betrekking hebben op het handelen
van mensen als leden van de samenleving en op de organisaEe van die samenleving à het recht
hee. 2 funcEes:
1. Het gedrag van mensen in hun onderlinge verkeer ordenen en uniformeren door het stellen
van regels, waarbij vanuit een perspecEef van een rechtvaardige samenleving ieders
belangen zoveel mogelijk worden gerespecteerd en veiliggesteld
2. Het handhaven van regels waarbij er toezicht wordt uitgeoefend op de niet-naleving ervan en
waarbij conflicten daarover aan een rechter kunnen worden voorgelegd à het recht kent
regels die betrekking hebben op het beslechten van deze geschillen
Verschillende soorten recht:
• Posi@ef recht: geheel van rechtsregels die op dit moment in Nederland gelden à door
mensen gemaakte recht, objecEef recht à hierbij horen geen voorschri.en die uit moraal of
godsdienst voortvloeien en fatsoenregels (omdat die vrijwel nooit rechtstreeks zijn
vastgelegd in rechtsregels) en hierbij horen ook geen rechtsregels die nog niet zijn ingevoerd
of zijn afgescha.
• Natuurrecht: recht dat voor iedereen geldt ongeacht plaats en Ejd omdat het door de
‘natuur’ is gegeven; het gaat om universele waarden en normen die zijn voortgekomen uit de
natuur zonder dat de mens daaraan te pas is gekomen à deze opvaDng was vele eeuwen
lang belangrijk en in de loop van de 19e eeuw begon men waarden, normen en beginselen uit
het natuurrecht vast te leggen in wetgeving waardoor deze onderdeel ging uitmaken van het
posiEeve recht (waardoor het natuurrecht steeds meer op de achtergrond raakte) à
tegenwoordig speelt het in het rechtsleven geen rol van betekenis meer
• Objec@ef recht: deze algemeen geldende en in abstracte bewoordingen gestelde regels
vormen geen doel op zichzelf; ze worden toegepast in de werkelijkheid zodra de situaEe uit
de regel zich voordoet en komen op die manier als het ware tot leven
, • Subjec@ef recht: bevoegdheid die iemand in een concreet geval aan een regel van objecEef
recht ontleent
Betekenissen van recht:
1. Geheel van geldende rechtsregels, algemene regel à law (objecEef recht)
2. Een aan het objecEeve recht ontleende, individuele bevoegdheid à right (subjecEef recht)
à Iedere individuele bevoegdheid die iemand tegenover een ander kan doen gelden, moet berusten
op een algemene regel (anders kan men juridisch niets doen)
Rechtsbronnen: hierin is te vinden uit welke rechtsregels het posiEeve recht bestaat; het zijn bronnen
waaruit het geldend recht als het ware voortvloeit à hierbij gaat het om de vorm waarin rechtsregels
zich voordoen en niet om de inhoud van de regels à soorten rechtsbronnen:
• Wet: elke algemeen geldende geschreven rechtsregel die aRomsEg is van een tot wetgeving
bevoegd overheidsorgaan à de wetgever maakt rechtsregels die tot ons geldend recht
behoren; ons posiEeve recht staat in de wet
• Jurispruden@e (rechtspraak): rechters worden soms geconfronteerd met weSen waarin
onduidelijke regels staan en soms ontbreekt een weSelijke regel; de rechter legt dan de
onduidelijke regel uit door het maken van een nadere regel of hij formuleert zelfstandig een
nieuwe regel à als andere rechters deze regel in latere geschillen ook toepassen, is er sprake
van jurispruden@e (rechtersrecht) à jurisprudenEe hee. de iure (strikt juridisch) niet
dezelfde rechtskracht als het weSelijke recht, maar de facto (in de prakEjk) wel; de rechter is
niet formeel aan de rechtspraak als rechtsbron gebonden (zoals hij dat wel is aan de wet),
maar in de prakEjk hanteert hij de rechtspraak wel als rechtsbron
• Gewoonte: in veel sectoren van het bedrijfsleven heersen gewoonten die niet in de wet zijn
vastgelegd, maar die daar wel als bindende rechtsregels worden beschouwd en nageleefd à
in een geschil kan de rechter de geldigheid van zo’n rechtsregel uit het gewoonterecht
beoordelen à als hij concludeert dat een bepaalde regel van gewoonterecht bestaat, kan hij
die in zijn vonnis verwoorden en hem toepassen in het geschil
• Verdragen en sommige besluiten van interna@onale organisa@es: deze zijn van toenemend
belang voor ons posiEeve recht; zij hebben in ons recht dezelfde werking als gewone weSen
• Algemene rechtsbeginselen: algemeen erkende basisprincipes die ten grondslag liggen aan
wet- en regelgeving en zo het fundament vormen van een rechtssysteem à de meeste zijn
niet met zoveel woorden in de wet neergelegd
• Gepubliceerde beleidsregels: beleidsregels zijn een soort (interne) instrucEenormen waarin
een bestuursorgaan bepaalt hoe het zijn bevoegdheden uitoefent à beleidsregels zijn een
bron van recht, mits zij op een behoorlijke manier zijn bekendgemaakt
Soevereiniteit: bevoegdheid van elk land om de eigen rechtsorde vast te stellen en te onderhouden
à binnen zijn grondgebied bepaalt elk land de omvang en inhoud van zijn naEonale rechtsstelsel: ze
mogen zelf hun wetgeving regelen en bepalen welke bevoegdheden het bestuur en de rechterlijke
macht toekomen à soevereiniteit geldt zowel naar buiten als naar binnen:
• Buiten: soevereine staten oefenen hun overheidsmacht in volledige onaUankelijkheid uit en
dulden daarbij geen inmenging van andere staten
• Binnen: de overheid bezit in elk land in beginsel de exclusieve bevoegdheid tot wetgeving,
bestuur en rechtspraak à het uitoefenen van die bevoegdheid leidt tot na@onaal recht
(recht van naEonale oorsprong) en dit hee. uit zichzelf alleen binnen een naEonale staat
rechtskracht à binnen staten geldt ook interna@onaal recht (recht van internaEonale
oorsprong) à in veel staten (ook in Nederland) is het verdrag een van de rechtsbronnen, dus
bevat het naEonale recht ook regels van internaEonale oorsprong
,De relaEes tussen staten worden beheerst door een stelsel van normen dat door gewoonte is
ontstaan of in verdragen onderling is vastgelegd à volkenrecht (interna@onaal publiekrecht): deel
van het internaEonaal recht dat rechtsregels bevat over het verkeer tussen staten onderling en het
verkeer tussen staten en internaEonale organisaEes à het interna@onaal publiekrecht bestaat
voornamelijk uit verdragen, besluiten van internaEonale organisaEes en regels van gewoonterecht
Verdrag: een schri.elijke, bindende regeling tussen staten onderling of tussen staten en
internaEonale organisaEes à soorten verdragen:
• Verdragen tussen staten waarbij alleen de betreffende autoriteiten wederzijds verplichEngen
aangaan
• Verdragen die ingrijpen in de soevereiniteit van de aangesloten staten à hierbij gaat het om
verdragen met rechtsregels die rechtstreeks binnen de naEonale rechtsorde van een staat
gelden; deze verdragen hebben rechtstreekse werking
• Een voorbeeld van een rechtstreeks werkend verdrag is het Europees Verdrag tot
bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM) à
deze bevat een aantal grondrechten die in Nederland onvoorwaardelijk gelden en de
grondrechten uit het verdrag hebben dezelfde gelding als rechtsregels van Nederlandse
herkomst
• Het EVRM is tot stand gekomen onder toezicht van de Raad van Europa en het hee.
tegenwoordig in vrijwel alle Europese staten rechtskracht à in het EVRM wordt
vastgelegd dat elk individu eigen, onvervreemdbare rechten hee. die de staat moet
respecteren: grondrechten à deze grondrechten hebben grote invloed op de rechtsorde
van de aangesloten lidstaten
• De grondrechten uit het EVRM werken rechtstreeks door in de Nederlandse rechtsorde
omdat Nederland hee. gekozen voor een systeem waarbij bijv. de grondrechten uit het
EVRM onvoorwaardelijk deel uitmaken van het naEonale recht à incorpora@esysteem:
rechtsregels uit een verdrag kunnen deel uitmaken van het naEonale recht zonder dat
eerst omzeDng in naEonaal recht nodig is à met het incorporaEesysteem hee.
Nederland gekozen voor een vrijwillige inperking van zijn soevereiniteit
• Verdragen waarbij bevoegdheden tot wetgeving, bestuur en rechtspraak zijn opgedragen aan
een internaEonale organisaEe; deze verdragen hebben een eigen rechtsorde
• Een voorbeeld van een verdrag met eigen rechtsorde is het Verdrag betreffende de
Europese Unie dat verder is uitgewerkt in het Verdrag betreffende de werking van de
Europese Unie à op grond van deze verdragen hee. de EU eigen organen die bevoegd
zijn tot wetgeving, rechtspraak en bestuur à de EU hee. ook een eigen rechtsorde die
deel uitmaakt van de rechtsorde van elke lidstaat à in Nederland gelden talloze
rechtsregels die aRomsEg zijn van de EU à zulke regels zijn ook te vinden in de Europese
verordeningen die een algemene strekking hebben en die verbindend zijn in al hun
onderdelen en die rechtstreeks toepasselijk zijn in elke lidstaat; ze kunnen zonder nadere
maatregel tot opneming in het naEonale recht in werking treden en worden toegepast à
Europees Unierecht (recht van de Europese Unie): het geheel van rechtsregels die
aRomsEg zijn van de EU
• Voorrangsregel: als blijkt dat een regel van naEonaal recht in strijd is met een regel of
een besluit van internaEonale herkomst, dan hee. een regel of besluit van internaEonale
herkomst voorrang boven de naEonale regel (daarbij geldt wel de voorwaarde dat de
regel of het besluit in Nederland iedereen naar zijn inhoud kan verbinden)
à Door de werking van het incorporaEesysteem en de voorrangsregel die op dat systeem berust,
speelt het internaEonaal recht een belangrijke rol bij de Nederlandse rechtsorde
Materieel recht: regels die betrekking hebben op de rechten en plichten van personen in hun
onderling verkeer; deze zijn gericht op de inhoud à iedereen hee. elke dag met regels van materieel
, recht te maken, vaak zonder het te beseffen à meestal ontstaan hierbij geen conflicten omdat beide
parEjen beseffen dat ze hun verplichEngen moeten nakomen
Formeel recht (procesrecht): hee. betrekking op de handhaving van regels van materieel recht in
procedures voor de rechter à pas als er moeilijkheden ontstaan, komt het procesrecht in beeld à
binnen het procesrecht is doorgaans een hiërarchie ingebouwd zodat slechts zelden een uitspraak
van één rechter definiEef is à vrijwel alEjd kan een uitspraak ter controle worden voorgelegd aan
een ‘hoger’ rechterlijk college: het hoger beroep
Grondwet: bevat een geschreven regeling met daarin hoofdlijnen van de organisaEe van onze staat
à het grootste deel van de Grondwet is gewijd aan de inrichEng van de staat en de bevoegdheden
van de belangrijkste overheidsorganen à op een aantal plaatsen in de Grondwet wordt aangegeven
dat over een bepaald onderwerp nadere regels moeten worden gemaakt in een wet: organieke wet
Staatsrecht: bevat grondrechten en regels die betrekking hebben op de organisaEe van de staat en
zijn organen en op de bevoegdheden van die organen; het omvat ook de verhouding van de burgers
tot de staat en de mogelijkheden die de burgers hebben om invloed uit te oefenen op het
funcEoneren van staatsorganen à het weSelijke fundament van het staatsrecht wordt gevormd door
de Grondwet à het staatsrecht bestaat uit de Grondwet, de organieke weSen en een aantal regels
die geleidelijk in het parlementaire leven zijn ontwikkeld en die niet in een weSelijke regeling zijn
vastgelegd à het gaat met name om de verhouding tussen regering en parlement en om de gang van
zaken bij de kabinetsformaEe à in ons staatsbestel zijn we aangewezen op de geneigdheid van
regering en parlement om zich op deze terreinen aan de ongeschreven regels te houden en eventuele
conflicten daarover zelf op te lossen; daarbij speelt het gewoonterecht een belangrijke rol
Grondrechten: op een aantal levensgebieden moet de mens autonoom en in vrijheid kunnen leven
zonder dat de staat zich daarmee bemoeit en tegen een inmenging op die gebieden door de staat
bieden de grondrechten bescherming à verschillende soorten grondrechten:
• Vrijheidsrechten: onder meer de vrijheid van godsdienst, de vrijheid van meningsuiEng en
het recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer
• Poli@eke rechten: geven de burger zeggenschap over de samenstelling van de
overheidsinstellingen à hiertoe behoren het kiesrecht en het recht om een openbaar ambt
te bekleden
• Sociale grondrechten: tegenhanger van vrijheidsrechten omdat ze de overheid verplichten
zich in te spannen voor het algemene welzijn (onderwijs, gezondheidszorg en sociale
zekerheid)
Bestuursrecht (administra@ef recht): hierin staat de rechtsverhouding tussen overheid en burger
centraal à de belangrijkste weSelijke regeling van het bestuursrecht is de Algemene wet
bestuursrecht (Awb) à oorspronkelijk werd het bestuursrecht beschouwd als een onderdeel van het
staatsrecht, maar later is een eigen rechtsgebied ontstaan met eigen regels over het optreden van de
bestuursorganen tegenover de burger en een eigen procesrecht voor de beslechEng van geschillen;
deze ontwikkeling vloeit voort uit de groei van de overheid en haar acEviteiten à beschikking: een
besluit van een bestuursorgaan in een individueel geval à beschikkingen zijn overheidsbesluiten die
slechts gelden voor één persoon (die bij naam wordt genoemd in de beschikking); er is sprake van
een individueel geval waarin een bestuursorgaan ten aanzien van een individuele burger een
beslissing neemt à beschikkingen verlenen vaak rechten, maar leggen soms ook verplichEngen op à
soorten bestuursrecht:
• Materieel bestuursrecht: houdt zich bezig met de bevoegdheid van bestuursorganen tot het
maken van beschikkingen en met de vereisten die aan een rechtsgeldige beschikking worden
gesteld à beschikkingen zijn alleen rechtsgeldig als ze in overeenstemming zijn met onder
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper LauraSociologie. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,96. Je zit daarna nergens aan vast.