Goederenrecht samenvatting alles slides en extra notities
4 keer bekeken 0 keer verkocht
Vak
Goederenrecht
Instelling
Hogeschool Gent (HoGent)
Deze samenvatting uit 2024 geeft een duidelijk overzicht van de leerstof. Het is gebaseerd op slides en notities, waardoor de belangrijkste punten makkelijk te begrijpen en te onthouden zijn. Ik was geslaagd enkel door deze samenvatting te leren
GOEDERENRECHT
= De regels die betrekking hebben op rechten die personen kunnen hebben op goederen
= vermogensrecht patrimoniaal/ op geld waarneembaar
ZAKELIJKE RECHTEN – SOORTEN
= juridische relaties ontstaan tussen een persoon en een zaak
Zakelijke HOOFDRECHTEN Zakelijke ZEKERHEDEN
=> hebben betrekking op het goed zelf => hebben betrekking op geldwaarde goed
Eigendomsrecht, mede-eigendom, Voorrechten, pand, hypotheek, retentierecht
zakelijke gebruiksrechten zie art 3.3 BW zie art 3.3 BW
BELANG VAN HET GOEDERENRECHT
-Goede juridische regeling vd toekenning v zakelijke rechten => maatschappelijke welvaart
-Cruciaal: publiciteitssysteem
- Weten wie welk vermogen heeft Nuttig voor medeburgers en overheid
- In België: uitgewerkt publiciteitssysteem voor ORG goederen (art. 3.30-3.34 BW)
- Bv. een huis
Personen (= ‘rechtssubjecten’): natuurlijke personen ( ‘van vlees en bloed’) + rechtspersonen
Vermogen: juridische algemeenheid die geheel bestaande en toekomstige goederen en
verbintenissen omvat
INDELING VAN DE GOEDEREN
1) GOEDEREN VOLGENS HUN GRAAD VAN TOE-EIGENING
Belang: bepaalt of een goed het voorwerp kan uitmaken van zakelijke rechten
,GOEDEREN IN VS. BUITEN DE HANDEL (ART.5.48 BW)
In handel: voorwerp van private toe-eigening en verhandeling tussen burgers
Buiten handel: in aanmerking voor private toe-eigening en verhandeling, maar niet in rechte
bv verdovende middelen
GEMENE GOEDEREN (RES COMMUNES) (ART.3.43,EERSTE LID BW)
Niet vatbaar voor private toe-eigening in hun totaliteit, eventueel wel voor deel vb zee, lucht
GEVONDEN GOEDEREN (=GOEDEREN ZONDER EIGENAAR) (ART.3.58-3.59BW)
Res nullius (art. 3.43, tweede lid BW)
Verloren goederen: hebben een eigenaar maar die is (momenteel) onbekend
Schatten: goederen die werden verborgen en dus een eigenaar hadden maar die kan zijn
eigendomsrecht niet (meer) aantonen
2) GOEDEREN VOLGENS HUN GEBRUIK
VERVANGBARE VS.NIET-VERVANGBARE GOEDEREN (ART.3.44,EERSTE LID BW)
Vervangbare G: bv pc
Niet vervangbare G: kunstwerk
VERBRUIKBARE (ART. 3.44, TWEEDE LID BW) VS. NIET-VERBRUIKBARE GOEDEREN
Verbruikbare goederen = gaan verloren bij 1ste gebruik dat men ervan maakt bv eten,geld
Niet-verbruikbare (of gebruiksgoederen) = meer dan éénmalig gebruik mogelijk bv auto
SOORT GOEDEREN (GENERA) VS. BEPAALDE GOEDEREN (SPECIES)
Bepaalde goederen = zijn individueel bepaald naar getal of gewicht vb. graan, koper
3) GOEDEREN VOLGENS HUN AARD: ROEREND VS. ONROEREND
Art. 3.46 BW: “Alle goederen zijn roerend of onroerend.”
- Alle goederen behoren tot één v deze twee categorieën, Geen 3de categorie mogelijk
- Nooit tegelijk én roerend én onroerend
- Rechten zijn ook goederen => zullen ofwel roerend ofwel onroerend zijn
- Niet alle goederen die beweeglijk/ verplaatsbaar zijn, zijn per definitie roerend
Onroerende goederen (art. 3.47-3.49 BW)
- Niet verplaatsbaar, minstens niet bestemd om te worden verplaatst
- Sommige goederen die verplaatsbaar zijn zullen als OR worden beschouwd
- 4 categorieën ( zie apart doc)
ROEREND GOEDEREN
,- Restcategorie art. 3.46 BW
- Twee soorten
1) RG uit hun aard = goederen die verplaatsbaar zijn, het zij uit eigen kracht (bv.dieren)
hetzij door werking van een vreemde kracht (bv. kledij) en die niet onroerend zijn
2) RG door voorwerp waarop ze betrekking hebben= rechten/rechtsvorderingen
waarvan het voorwerp roerend is
• R zakelijke rechten bv.pand….
• R schuldvorderingen: meestal R bv. vorderen v geldsom (iets (niet) doen is altijd R)
• Aandelen in een vennootschap
• Intellectuele rechten
Vervroegde roerend making (art.3.48,eerste lid BW)
OG door incorporatie of bestemming Bv. Verkoop v fruitoogst alvorens deze gerijpt en
geplukt is, verkoop van materialen (bakstenen) uit gebouw dat nog gesloopt moet worden
- Belangrijk in handelsverkeer: alle rechtsgevolgen die gelden voor RG zijn van toepassing:
• Geen registratierechten
• Geen overschrijving op het kantoor Rechtszekerheid (AAPD)
<> Element dat tijdelijk is losgemaakt van een OG (art.3.48,tweede lid BW)
Belang van het onderscheid tussen roerend en onroerend?
• bezit vs.publiciteit
• Zekerheidsrechten: hypotheek vs.pand
• Eigendomsverkrijging door verjaring
• Beslagprocedures (gerechtelijk privaatrecht)
• Schenkingsrecht (verbintenissenrecht)
PUBLICITEIT
ONROERENDE GOEDEREN
Uitgewerkt publiciteitssysteem voor (rechten op) ORG (art. 3.30-3.34 BW)
• Register waarin verschillende rechtshandelingen en feiten m.b.t. (rechten op) ORG
worden overgeschreven in het register van de overschrijvingen Bv. akten tot overdracht
(verkoop/schenking) van het eigendomsrecht op een huis
• Voorrechten op OG en hypotheken: worden ingeschreven in het register van de
inschrijvingen (Hyp.W.) Alleen authentieke akten kunnen worden overgeschreven (bv.
rechterlijke uitspraak, notariële akte)
, • Belang:
• Anterioriteitsbeginsel, bv. A vestigt achtereenvolgens hypotheek op zijn huis t.v.v.
bank B en bank C => wie kan als 1ste aanspraak maken op opbrengst vd verkoop vh
huis i.g.v. onvermogen van A? Criteria: datum van inschrijving
• Kenbaarheid en tegenstelbaarheid aan derden, bv. dubbele verkoop ve huis door A
aan B en vervolgens aan C => wie is de nieuwe eigenaar van het huis? Criteria:
datum van overschrijving + goede/kwade trouw van latere verkrijger (C)
• ‘goede trouw’: C had geen kennis en behoorde geen kennis te hebben vd eerdere verkoop aan B
ROERENDE GOEDEREN
Geen uitgewerkt publiciteitssysteem
-Bescherming vd derde-verkrijger te goeder trouw via art. 3.28, §1 BW
-bv. dubbele verkoop auto door A aan B en vervolgens aan C => wie is nieuwe eigenaar vd
auto? Criteria: overdracht onder bezwarende titel + ongestoorde en ondubbelzinnige
bezit + goede/kwade trouw
• Vestiging pandrecht
• Hetzij publiciteit in het pandregister (art. 15, eerste lid Pandwet)
• Hetzij buitenbezitstelling (art. 39 Pandwet)
ZAKELIJKE RECHTEN GEMEENSCHAPPELIJKE PRINCIPES EN KENMERKEN
GEMEENSCHAPPELIJKE PRINCIPES
- Zakelijke rechten geven aan titularis rechtstreekse zeggenschap over een goed
- Zakelijke rechten gelden erga omnes en hebben absolute werking
Numerus clausus-beginsel (art. 3.3 BW) = enkel de wetgever kan zakelijke rechten creëren
Wilsautonomie
Flexibele invulling mogelijk van de inhoud van de zakelijke rechten door partijen
Art. 3.1 BW: Boek 3 heeft een aanvullend karakter (partijen kunnen afwijken) Uitgz.
definities en wanneer de wet het bepaalt
GEMEENSCHAPPELIJKE KENMERKEN
ANTERIORITEITSBEGINSEL (ART. 3.4, EERSTE LID BW)
Criterium om uit te maken welk recht voorrang heeft: datum ontstaan zakelijk recht
• Bij OG = datum publiciteit
Voorbeeld
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper erjonaqoli. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,99. Je zit daarna nergens aan vast.