College 4
Langdurige forensisch psychiatrische zorg
Forensische psychiatrie in Nederland
Er zijn 7 Forensisch Psychiatrische Centra (TBS-klinieken; van Mesdagkliniek Groningen e.o.,
Oostvaarderskliniek (Almere), Kijvelanden (Rhoon), Pompestichting (Nijmegen e.o.), Van der Hoevenkliniek
(Utrecht e.o.) en De Rooyse Wissel (Venray e.o.)). Binnen de TBS heb je de specialisatie Langdurige Forensisch
Psychiatrische Zorg (LFPZ).
LFPZ: er zijn 8 afdelingen in Zeeland (88 bedden) met verschillende
afdeling milieus (bv. autisme spectrum stoornis afdeling, een meer
zelfstandige afdeling of een psychotisch kwetsbare afdeling). LFPZ
Zeeland is de enige in Nederland en kan dus het aanbod van patiënten
niet sturen. Er is sprake van allerlei soorten problematiek, uitsluitend
zeer complex. Er is 1 afdeling in de PI Vught (6 bedden) genaamd de
Zeer Intensieve en Specialistische Zorg (ZISZ); dit kost enorm veel geld
voor de overheid per jaar.
Filmpje ZISZ: de patiënten worden als totaal onhandelbaar omschreven; ze hebben hun straf uitgezeten,
maar zijn nog steeds gevaarlijk/gestoord. Deze mensen zijn zo manipulatief en agressief dat ze in andere
tbs-instellingen complete teams ontwrichten. Er wordt met pictogrammen op de deuren aangegeven
hoeveel beveiligers nodig zijn, en welke gevaarlijke spullen patiënten op hun kamer hebben. De patiënten
gaan snel over in een vorm van agressie, zo kunnen sommige erg berekend zijn, omdat zij vaak achter de
deur zitten en hier plannen kunnen bedenken. De Pompenstichting koopt plekken in de gevangenis, omdat
het de enige plek is waar de juiste combinatie van zorg en beveiliging samenkomt. Een plaats op de afdeling
kost 560 euro per dag.
Doelen: in het figuur hieronder zijn de doelen te zien van de GGZ, de reguliere TBS en LFPZ.
GGZ Reguliere TBS LFPZ (TBS)
- Zo nodig beveiliging van de - Beveiliging van de maatschappij - Beveiliging van de maatschappij
maatschappij of de persoon zelf - Behandeling om recidive risico te - Behandeling ter stabilisering van
- Behandeling om welzijn en verminderen psychiatrisch/klinisch
gezondheid te vergroten - Resocialisatie naar een zo vrij toestandsbeeld
- Zo nodig terugkeer naar eigen mogelijke situatie - Optimalisering van kwaliteit van
omgeving leven, niet bezig met terugkeer
naar de maatschappij
Kwaliteit van leven – kernwaarden: er zijn een aantal punten die erg terugkomen. Zo onder andere
autonomie; hiervoor gebruiken ze het spreekwoord “ja, tenzij”, dus geen directe nee geven, maar kijken wat
er mogelijk is. Daarbij willen ze ook dat bewoners zoveel mogelijk verantwoordelijkheid nemen, bv. het
gebruiken van een zaag in de workshop. Daarbij zijn ze heel veel bezig met samenwerken, dus samen met
bewoners doelen stellen en kijken wat mogelijk is. Bovendien is er aandacht voor relationele veiligheid in
1
, het contact voor zowel personeel als voor bewoners. Er is focus op maatwerk, dus echt kijken naar het
individu. Je hoeft geen behandeling, maar iemand moet wel in beweging blijven, dus bv. dagbesteding of
sporten. Er is wel constante stimulering nodig. Als laatst is er sprake van regels naar afspreken; ze willen
dingen zoveel mogelijk in overleg doen met de bewoner zelf en niet gewoonweg een regel opplakken.
Hoe vormgeven: zoveel mogelijk individuele aandacht en programma’s; zo bespreken ze de
behandelplannen voor elke bewoner (eigen doelen en overleg). Daarbij is het bevorderen van
mogelijkheden belangrijk. Ze werken met mentorschappen bv. een sociotherapeut in de groep die ook kijkt
naar de doelen en als steun functioneert. Daarbij is er een bewonersraad, die soms meegenomen worden in
beslissingen van hoger af. Ook kunnen zij zelf ideeën benoemen. Een belangrijk aspect is Ruimte, Rust en
(zoveel mogelijk) Regelmaat. Ze zijn ook bezig met familie/verwantencontacten zoveel mogelijk stimuleren;
zo mogen ze langskomen, maar bewoners mogen ook op verlof. Ook proberen ze een gemeenschap te
stimuleren en te vormen (hechting).
Het tbs-systeem staat onder druk: het systeem heeft wel te maken met regels, ministerie en media. Zo
komt er bijvoorbeeld heel vaak in de media in beeld dat er iemand uit de tbs ontsnapt is, of vervolgens weer
een misdaad pleegt. Hierdoor staat het ministerie weer onder druk en dat heeft weer invloed op de tbs-
instellingen. Het werk van het personeel, maar ook de bewoners zelf merken hier gevolgen van (bv. op
kwaliteit van leven).
Veiligheid in de LFPZ:
- Materiële veiligheid: er is sprake met het hoogste beveiligingsniveau met sloten, hekken (dubbele met
stroom), pieper, cameratoezicht (niet op de cellen zelf, enkel als er een maatregel voor is),
metaaldetectie en ID-controles. Toch lukt het bewoners altijd om drugs binnen te krijgen.
- Relationele beveiliging: VOG voor personeel, Verlofbegeleidingstraining (“SUST”), Fysieke Agressie
Hantering, Bedrijfshulpverlening; door goede kennis van de bewoners, See-Think-Act methode,
Herstel Ondersteunende Zorg.
- Risicotaxatie: instrumenten, delict analyses, vroeg signalering. Deze moeten 1 keer per jaar gedaan
worden, en het risico wordt altijd ingeschat.
- Deskundigheid: in hoge mate van behandelend personeel.
- Kernwaarden: moeten duidelijk zijn.
Woongebouw in Zeeland
Wanneer en hoe worden patiënten hier geplaatst: je moet (minimaal) twee behandelpogingen gehad
hebben in verschillende klinieken waarna risico onverminderd aanwezig is. De vraag is of hierna nog andere
behandelmogelijkheden zijn. De duur van het verblijf verschilt enorm. De route naar de LFPZ is als volgt:
1. Kliniek schrijft een aanvraag voor LFPZ-indicatie; hier moet alles instaan van het leven van de patiënt
(bv. jeugd, school, strafblad, behandeling, risicotaxatie).
2. PJ-rapporteurs (onafhankelijke GZ-psycholoog en psychiater) adviseren. Deze komen ook naar de
kliniek om de patiënt te spreken, en hierna wordt een verslag gemaakt, welke naar het LAP gaat.
3. LAP (Landelijke Adviescommissie Plaatsing) beoordeeld op basis van adviezen, hoort de bewoner op
locatie en adviseert het ministerie.
4. Ministerie van Veiligheid en Justitie doet uitspraak.
5. Iedere twee jaar wordt LFPZ-indicatie opnieuw getoetst, waarbij bovenstaande stappen zich herhalen.
2