100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting - Syntaxis 1 (Zinsleer) (LTX020P05) €5,84   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting - Syntaxis 1 (Zinsleer) (LTX020P05)

 3 keer bekeken  0 keer verkocht

Dit is een uitgebreide samenvatting van Syntaxis 1 (LTX020P05) van de Rijksuniversiteit Groningen. Dit overzicht is gebaseerd op de hoofdstukken uit de reader Zinsleer van prof. dr. Jan-Wouter Zwart. Het vak is een verplicht onderdeel van het bachelor-programma Nederlands en Taalwetenschap aan de ...

[Meer zien]

Voorbeeld 4 van de 54  pagina's

  • 3 november 2024
  • 54
  • 2024/2025
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (6)
avatar-seller
aniekweer
Week 1
Woorden < woordgroepen < deelzinnen < zinnen
Recursie: elke taal kan oneindig lange zinnen hebben.
Taal en zinsleer is ambigu, het kan verschillende betekenissen hebben:




Door te schuiven met de woordgroepen kun je de ambiguïteit opheffen:
How many men with a wooden leg do you think there are named Smith
A wooden leg named Smith is something you don’t expect to see many men
with


Lexicale woordklassen:
 Naamwoord (Noun, nomen) = entiteit
 Werkwoord (Verb, verbum) = gebeurtenis/toestand
 Adjectief (bijvoeglijk naamwoord (Adjective) = kwaliteit
 Voorzetsel (Adpositie: pre/post/circumpositie) = relatie
Op intuïtie weet je het volgende:
Een zin (propositie) Subject Predikaat
bevat:
Betekenis: Ding (entiteit) Gebeurtenis
(handeling/toestand)
Woordklasse: Naamwoord (N) Werkwoord (V)

De soorten woordklassen kunnen we niet onderscheiden door de betekenis
(want, ambiguïteit), maar via tests  distributie en vorm. Hierover later meer.

Een woordklasse is productief (ook wel: open klassen) als er onbeperkt
nieuwe leden bijgemaakt kunnen worden zoals bij naamwoorden en
werkwoorden (en vaak adjectieven).

Nieuwe woorden ontstaan door:
• Nieuwvorming (pin)
• Derivatie (bijpinnen)
• Ontlening (e-mail)
Tegenovergesteld is een niet-productieve, of gesloten klasse:
 Preposities (in, op, onder, boven)
 Lidwoorden, zoals de, het, een in het Nederlands
 Conjuncties (ook wel: nevenschikkende voegwoorden) zoals en, of, maar
 Voornaamwoorden (pronomina), zoals hij, zij, het, enz.Graadaanduiders
erg, te, nogal

,
,INTRANSITIEVE werkwoorden: één participant
Ik schrik /schreeuw / val
 Predicaat (ww) met een argument (subject).
TRANSITIEVE werkwoorden: predikaten die twee participanten hebben
(+direct object).
Ik zie je / Ik verzon een leugen / Ik vermeed je / Ik lust dat
DITRANSITIEVE werkwoorden: hebben drie participanten
Ik geef (aan) jou een cadeau
 Het houdt in dat ze gevolgd moeten worden door een naamwoordgroep (+
indirect object)


Het werkwoord is het enige element in het Nederlands dat (dit zijn test voor
ww’s):
 Direct voor het subject (bij vraagzinnen)
 Direct na het subject (bij onafhankelijke zinnen)
 Helemaal achterin kan (bij bijzinnen)


In veel talen Subject/Verb inversion bij vragen/ mededelingen (tests voor ww
en Subject):
 Vous voulez quelque chose  Voulez vous quelque chose?


Determinatoren komen alleen maar met naamwoorden voor (een test voor N):
 de krant, het tijdschrift, een artikel LIDWOORDEN
 deze krant, dat tijdschrift AANWIJZEND VOORNAAMWOORDEN
 welk artikel VRAGEND VOORNAAMWOORDEN
 mijn schuld BEZITTELIJK VOORNAAMWOORDEN
 beide deelnemers, alle mensen KWANTOREN
Verschil in determinatoren en adjectieven als woordklassen blijkt vooral uit
hun verschil in distributie:
- Distributie/Plaats: determinatoren staan (in het Nederlands) vóór
adjectieven — determinatoren staan namelijk (bijna) altijd aan het begin van de
naamwoordgroep.
- Adjectieven kunnen (in principe) eindeloos aan elkaar geregen worden, maar
determinatoren niet.
- Morfologie van adjectieven (we kunnen wel zeggen nieuwer, grootste maar niet
*jouwer, *datste)
Eigenschappen determinatoren:
 Determinatoren staan typisch aan het begin van een naamwoordgroep,
zoals in het Nederlands en het Japans, of aan het eind
 Veel talen hebben geen lidwoorden (overbodig)
 Determinatoren hebben vaak een vorm die varieert in overeenstemming met
bepaalde kenmerken van het naamwoord (Agreement met geslacht of
naamval)

, Soorten semantische rollen van NP’s:
Agens Hoeft niet subject te zijn. Ik zag hem opruimen  levend wezen dat handeling
verricht
Theme/patiens: Ik stuur een kaartje, bloemen verwelken, appels zijn verkocht  niet
verantwoordelijk
Goal: Ik stuur haar een kaartje.
Instrument: de pen schrijft lekker  geen levend wezen
Experiencer (ervaarder): Ik haat je, Ik geniet van appels


Grammaticale relaties/functies:
- Subject (onderwerp)
- (Direct) Object (lijdend voorwerp)
 Indirect object (meewerkend voorwerp)
Identificeren van Subject:
 Agreement (enkelvoud/meervoud i.c.m. persoonsvorm)
 Naamval (in pronomen: Ik zie haar, zij ziet mij)
Naamval houdt in dat de vorm van een naamwoordgroep (of van een
persoonlijk voornaamwoord) veranderingen ondergaat in overeenstemming
met zijn grammaticale functie.
Predikaat-NPs bestaan ook: Ik ben een kind (werkwoord zijn is
copula/koppelwerkwoord)
Adjectiefgroepen (APs) kunnen ook predikaten zijn: Ik vind het gek.
Ze kunnen op twee manieren gebruikt worden:
- Attributieve gebruik: modificeert naamwoord. Rode auto, mooie vrouw
- Predicatieve gebruik: De man was alleen. Ik voel me goed,
Talen in plaats van (sommige of alle) adjectieven ook werkwoorden mogen
gebruiken of ook naamwoorden, bijvoorbeeld door te zeggen ‘Kim heeft rijkdom’ in
plaats van ‘Kim is rijk’.
Een conclusie: adjectieven zijn niet essentiële woordklasse, maar ze komen wel in
zeer veel talen voor.
Prepositiegroep (PP)
De term die zowel preposities als postposities (achterzetsels) dekt is adpositie
(bijzetsel).
CIRCUMPOSITIES (omzetsels): Hij liep voor mijn neus langs
Zij sprak op hoge toon  adverbiaal gebruikt
Hij kwam binnen  binnen is partikel (onderdeel van werkwoord). Ook
adverbiaal gebruikt.
Adjectieven modificeren naamwoorden
an unusual song ‘een ongewoon lied’
Adverbia (bijwoorden) modificeren adjectieven, andere adverbia, en
werkwoorden.
An unusually [A happy] song

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper aniekweer. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,84. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 83637 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€5,84
  • (0)
  Kopen