Alle stof die je moet weten voor het halen van je vaarbewijs in één duidelijk en overzichtelijk document. Ik heb zelf een score van 77/80 punten gehaald met deze samenvatting! Zet hem op!!!
ALGEMENE INFORMATIE ............................................................................................................................ 2
LES 1 - DE REGELEMENTEN......................................................................................................................... 3
LES 1.1 – BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN ..................................................................................................................... 3
LES 1.2 – HET BPR .............................................................................................................................................. 7
LES 1.3 – DE NAVIGATIELICHTEN ......................................................................................................................... 9
LES 1.4 – DE GELUIDSEINEN .............................................................................................................................. 16
LES 1.5 – MARIFOON EN RADAR........................................................................................................................ 17
LES 2 - DE REGELEMENTEN - VERVOLG.................................................................................................. 18
LES 2.1 – DE VAARREGELS ................................................................................................................................. 18
LES 2.2 – MEDEWERKING VERLANGEN EN BLAUW VAREN ................................................................................ 24
LES 2.3 – ENGTE ................................................................................................................................................ 28
LES 2.4 – AANVULLENDE BEPALINGEN .............................................................................................................. 33
LES 2.5 – HET RPR EN OVERIGE REGELEMENTEN ............................................................................................. 37
LES 3 - MANOEUVREER EIGENSCHAPPEN ............................................................................................. 43
LES 3.1 – HET WIELEFFECT ................................................................................................................................ 43
LES 3.2 – DE BOEGSCHROEF ............................................................................................................................. 49
LES 3.3 – TROSSEN EN SPRINGEN ..................................................................................................................... 51
LES 3.4 – ANKEREN........................................................................................................................................... 56
LES 4 - BETONNING/OEVER EFFECT EN RETOURSTROOM ................................................................. 58
LES 4.1 – BOEIEN EN TONNEN ........................................................................................................................... 59
LES 4.2 – RETOURSTROOM ............................................................................................................................... 62
LES 4.3 – MOB (MAN OVER BOORD) ............................................................................................................... 64
LES 5 – BRUGHOOGTES/VEILIGHEID ..................................................................................................... 68
LES 5.1 – BRUGHOOGTE/DIEPTE ........................................................................................................................ 70
LES 5.2 – BRANDEN/GAS .................................................................................................................................. 71
LES 5.3 – MOTOR/SMERING/ACCU ................................................................................................................... 74
LES 6 – METEOROLOGIE/BORDEN OP HET WATER............................................................................. 78
LES 6.1 – BORDEN OP HET WATER ..................................................................................................................... 81
LES 6.2 – LAATSTE LES ...................................................................................................................................... 82
EXTRA – VIDEO SAMENVATTINGEN ............................................. FOUT! BLADWIJZER NIET GEDEFINIEERD.
LES 1.1 – 1.5 .................................................................................................... FOUT! BLADWIJZER NIET GEDEFINIEERD.
, Algemene Informatie
Voor het examen vaarbewijs deel 1 (KVB1) moet u grondige kennis hebben van:
• De reglementen BPR en RPR.
• Linkse- en rechtse schroef / manoeuvreer eigenschappen
• Betonning / oever effect en retourstroom
• Brughoogtes/ veiligheid/ meteorologie
Klein Vaarbewijs deel 1 is geldig op alle binnenwateren in Nederland, met
uitzondering van:
• Westerschelde;
• Oosterschelde;
• IJsselmeer (Markermeer);
• Waddenzee;
• Eems;
• Dollard;
Het BPR (Binnenvaart Politie Reglement) is overal in Nederland van kracht.
Niet alleen op alle rivieren, kanalen, meertjes en binnenwateren, maar ook op het
IJsselmeer, de Waddenzee en de Oosterschelde.
Elk schip, met uitzondering van een klein open schip, moet het BPR reglement aan
boord hebben.
Dit reglement staat onder andere in de wateralmanak deel 1.
Uiteraard mag je het reglement ook digitaal kunnen raadplegen.
Ga ook geen vragen uit je hoofd leren, als je namelijk weet hoe het in elkaar steekt
kan je de meeste vragen ook wel oplossen.
Vaarbewijs deel 1 (KVB1) is geldig op alle rivieren, kanalen en meren.
2
, Les 1 - De Regelementen
Les 1.1 – Begripsomschrijvingen
• Schip: Alles wat gemaakt is om te varen, met of zonder waterverplaatsing.
De draagvleugelboot, hovercraft, watervliegtuig (geland) zijn enkele
voorbeelden van schepen.
• Motorschip: Schip met motor.
• Passagiersschip: Een schip dat meer dan twaalf passagiers mag vervoeren.
o Iemand is een passagier zodra diegene een “kaartje” koopt.
o Omdat je meer dan 12 passagiers mag meenemen word je automatisch
een groot schip.
o Stel een boot is 14 meter lang en mag 16 passagiers meenemen. Je valt
dan onder de categorie groot schip, maar je
kan niet zien dat er 16 passagiers mee
kunnen/aan boord mogen zijn.
o Hier hebben ze iets voor bedacht, namelijk
een gele ruit (zie afbeelding rechts)
o Qua lengte is het een klein schip, maar
omdat hij die passagiers mee mag nemen
kwalificeert het als een groot schip. Dan
krijg je die gele ruit.
o Grote schepen gaan altijd voor.
• Zeilschip (belangrijk): Dit is een schip wat uitsluitend door zijn zeilen wordt
voortbewogen. Maakt een zeilschip ook gebruik van zijn motor, dan is het
een motorschip.
o Door het aanzetten van de motor verandert alles (voorrang, lampen,
lichten, navigatieverlichting, etc.)
o Op elk examen krijg je op de een of andere manier een vraag over dit
begrip (3 punten waard).
• Snel schip: Dit is een groot schip wat sneller dan 40 km/uur vaart (zoals een
draagvleugelboot of hoovercraft).Je kunt zien of het schip sneller dan 40
km/uur vaart, door twee krachtige flikkerlichten die deze boot laat zien.
• Duwboot: Grote vierkante bak, die blijft maar doorvaren. 8 of 10 meter breed,
en 10 meter lang. Deze neemt meerdere bakken mee (80 a 90 meter lengte),
dit noem je duwbakken.
• Duwstel: Duwboot met één of meerdere duwbakken.
Duwstel 2 bakken breed Gekoppeld samenstel
3
, • Gekoppeld samenstel: Dit zijn twee schepen die
aan elkaar vast zijn gemaakt.
• Drijvend werktuig: Drijvende bak met
bijvoorbeeld een baggermolen of een heistelling
erop.
• Vissersschip (belangrijk): Een schip dat vist. Vaart
hij naar een visstek toe, dan is het een gewoon
schip.
• Klein schip: Een schip waarvan de lengte niet
meer is dan 20 meter. Uitgezonderd:
o Een sleepboot die een groot schip sleept (In het RPR wijkt dat af, komt
later aan bod);
o Een veerpont;
o Een vissersschip (let op of hij vist);
o Passagiersschip.
§ Dit zijn altijd “grote schepen”, ook al zijn ze (veel) kleiner dan 20
meter.
• Groot schip: Een schip groter dan 20 meter.
o Dus bijvoorbeeld een schip van 17 meter, hier moet je wel een
vaarbewijs voor hebben (want groter dan 15 meter), maar is nog steeds
een klein schip.
o Een beroepsschip is altijd een groot schip (sleepboot, vissersschip,
pond (ook al maar 3 meter))
• Stilliggend schip: Een schip dat geankerd, vastgemaakt aan een ander schip
of gemeerd ligt.
o Ook al ligt het schip geankerd en gaat het zwaar heen en weer door
harde wind, is het nog steeds een stilliggend schip omdat hij contact
heeft met de grond.
• Varend schip: Een schip dat niet geankerd of gemeerd ligt.
o Bijvoorbeeld een zeilschip dat beide zeilen uit heeft, maar geen meter
vooruitkomt. Nog steeds een varend schip.
• Vast gevaren schip: Dit schip is vastgevaren, er zit geen beweging meer in à
maakt dus contact met wal of bodem.
• Snelle motorboot: Een schip dat via zijn mechanische middelen
sneller kan varen dan 20 kilometer per uur.
o Bijvoorbeeld speedboot, waterscooter, jetski.
o Vaarbewijs nodig
• Korte stoot: Geluidsein met de toeter. Duur is ongeveer 1 seconde.
• Lange stoot: Geluidsein met de toeter. Duur is ongeveer 4 a 5 seconden.
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper nk18092. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,59. Je zit daarna nergens aan vast.