Basiskennis Geschiedenis
Tijdlijn → Jagers en Boeren
Prehistorie > 3000 v. Chr
Tijd waar geschreven bronnen ontbreken, gebaseerd op archeologisch
onderzoke en andere wetenschappen.
Jager-Verzamelaar
De eerste mensen leefden als jager-verzamelaar die zich regelmatig moesten
aanpassen aan het klimaat door grote veranderingen.
Migraties Afrika: 4,4 miljoen jaar geleden kwam in Afrika het eerst menssoorten voor.
Homo Erectus (rechtoplopende mens) → 1,7 mil jaar geleden vertrok ze
van Afrika naar Azië en Europa. Hieruit ontwikkelde zich nieuwe
mensensoorten, zoals Neandertalers in EU. Zij hebben zich zo aangepasrt dat
ze tegen het koude klimaat kon.
Homo Sapiens (verstandige mens) → 150.000 jaar geleden ontstaan, die
later over de wereld verspreid is, behalve Antartica. 40.000 jaar geleden ook
verspreid in de EU. Dit soort kan zich sneller aanpassen aan omstandigheden
en bleef als enige soort over.
In Zuid-Amerika leefden jager-verzamelaars een nomadisch bestaan, ze
trokken rond opzoek naar voedsel. In europa moest er rekening gehouden
worden met trekgedrag van prooidieren en wisselende seizoenen.
Ijstijd → Periode van extreme kou.
Rendierjagers: Leefde 13.000 jaar geleden.
Leefde in de toendraklimaat dit was na de laatste ijstijd, waarbij de
tempratuur in de zomer max 10 graden werd.
Toendra → gebied zonder bomen, begroeid met gras/mos en struiken.
Nomadische leefwijze, in zomer bij de lage lander om trekkende kuddes
rendieren op te vangen. De gevangen dieren gebruikte ze voor het eten,
kleding en andere voorwerpen. Ze vingen ze met pijl en boog.
Jagers en vissers:
Tempratuur veranderde waardoor Toendra een bosrijk gebied werd. Er kwamen
nu ook vissen voor.
7.000 v. Chr. hoefde jager-verzamelaars niet veel rond te trekken. Er was
genoeg eten in een gebied.
Trijntje → skelet van vrou gevonden uit +- 5.000 v. Chr.
De overgang van jagen en verzamelen naar Landbouw
Eerste boeren leefde tussen 10.000 en 9.000 v. Chr in het Midden-Oosten, in het
gebied Vruchtbare Halvemaan.
Vruchtbare Halvemaan → Heuvelachtig gebied (Turkije, Irak, Libanon, Israël en
Syrië)
, Basiskennis Geschiedenis
De agrarische revolutie: 9.000 v. Chr. eerste agrarische samenlevingen ontstaan.
De overgang van jager-verzamelaar naar landbouw (agrarische evolutie). Had
langdurige ontwikkeling met grote gevolgen:
1. Natuur werd naar de hand gezet door boeren. (bemesten)
2. Bevolking nam toe, er was meer eten.
3. Mensen kregen vrijspraak. Zo konden ze zich specialiseren door nieuwe
technieken te ontwikkelen. (pottenbakker)
4. Er ontstond een hiërarchie.
Landbouw ontwikkeling was niet alleen positief er waren ook negatievere
gevolgen:
1. Het koste meer tijd dan het jagen deed.
2. Vroege vormen leidde regelmatig tot erosie (slijten) in de bodem.
3. Een bron van ziekten (de griepvirus, pest of pokken),
Eerste boeren in West-Europa: rond 5.300 v. Chr.
Bandkeramiekcultuur → vestigd op Lössgrond. Opvallende versiering op
aardewerk, wat werd gevonden in de grafkuilen.
Trechterbekercultuur → 3.500 en 2.700 v. Chr. kregen hun naam door de
trechtervormige potten, bekers en schalen.
Hunebedden → Bouwsel van stenen in Noordwest-Europa. Die werden
gebruikt als grafkelders.
Er werd ook wel over de steentijd gesproken, doordat ze veel stenen wapens
en gereedschap gebruikte!
Daarna werden voorwerpen gemaakt van puur koper, die niet te gebruikbaar
waren door de buigzaam en zachtheid. Ze gingen koper en tin mengen om
brons te krijgen (mengsel van metaal). Wat rond 2.100 v. Chr voor het eerst
uitkwam, bronze sieraden, bijlen en speren werden gemaakt dmv een gietmal.
Ijzer werd pas gebruikt vanaf 700 v. Chr. Daar waren nieuwe technologische
inzichte en hoge tempratuur voor nodig.
Archeologie → wetenschap over het in kaart brengen van bodemsporen, doen
van opgravingen en daarbij rapporteren en interpreten over de vondst.
, Basiskennis Geschiedenis
Tijdlijn → Grieken en Romeinen
Oudheid: 3.00 v. Chr - 500 na Chr.
Bepaalde gebieden groeide uit tot stadstaten soms tot grote rijken. Waar schrift werd
gebruikt, hierdoor weten we hoe mensen dachten.
De eerste beschavingen: het ontstaan van stadsstaten
Op plekken waar genoeg voedsel was ontstonden daarnaast nieuwe
specialismen en beroepen!
Stadstaten in Midden-Oosten: +- 3.000 - 600 v. Chr
De stadstaten hier zijn in Mesopotamië begonnen (ligt tussen de riviren Eufraat
en Tigris, het huidige Irak en de Nijl, Egypte).
Irrigatie → landbouw was afhankelijk hiervan. Ze lieten door kleinen
kanalen rivierwater lopen.
Om te zorgen voor een goede oogst werden tempels gebouwd, waar de
priesters zich bezig hield met de goden!
Er waren soldaten nodig om het grond te beschermen → ambachtslieden voor
hun wapens → ambtenaren die dit organiseerde en leidden → die weer werden
geleid door de koning.
Belastingambtenaren hielden de administratie bij, zo onstond het eerste
schrift gemaakt van kleitabletten met tekening.
Griekse stadstaten: +- 800 - 300 v. Chr.
Begonnen in Athene, Sparta en Thebe. Doordat er in deze steden weinig
vruchtbare grond was, stichtte ze de middellandse zeegebied koloniën op. Die
waren in het begin voornamelijk bedoeld voor landbouw, maar later ook
gebruikt voor handel en schepvaart.
Athena → hier werden nieuwe ideeen ontwikkeld, bijvoorbeeld filosofie of
democratie. Filosoof; Socrates, Plate Aristoteles.
Het Romeinse rijk
Stadstaar Rome groeide door verovering van het Romeins rijk (+- 270 v. Chr tot
476 n. Chr). De griekse culltuur werd in veel zaken overgenomen, daarom
spreken we van een Grieks-Romeinse cultuur.
Rome middelpunt van een rijk: Onstaan rond 750 v. Chr uit nederzettingen.
Rond 270 v. Chr was geheel italië veroverd en werd het middelandse zeegied
samengevoegd tot 1 rijk. De romeinen trokken daarna verden en kwamen rond
50 v. Chr in de lage landen terecht.
Het leger werd toen geleid door Julius Caesar. De opvolger werd de eerste
keizer Caesar Augustus (27. v. Chr tot 14 n. Chr).
Door de eerste keizer kwam er stabiliteit en welvaart (dit duurde tot +- 250. n.
Chr) → de Pax Romana!
De organisatie van het Romeinse Rijk:
Romeinen waren naast succesvolle veroveraars ook goed in organiseren. In elk
gebied waren dezelfde wetten!