Er zijn verschillende soorten steden, grote wereldsteden, maar ook kleine steden. Er zijn grote verschillen tussen deze twee en maak kennis met de begrippen rondom dit thema
1. Een bepaald aantal inwoners (per land verschillend)
2. Een hoge bevolkings- en bebouwingsdichtheid, vaak met hoogbouw
3. Een beroepsbevolking die vrijwel uitsluitend werkt in de secundaire en tertiaire sector
4. Een groot aantal voorzieningen (winkels, werk, onderwijs, bestuurd) voor het gebied rond de
stad.
Je kan steden indelen in
• Megasteden
• Wereldsteden
• Hoofdsteden
Megastad: telt meer dan tien miljoen inwoners
Wereldstad (global city): bijv: new York, Tokyo en Londen, heeft veel inwoners en is voor een groot
deel van de wereld een belangrijk centrum, op het gebied van economie, cultuur en politiek. Hier
worden belangrijke politieke besluiten genomen, komen de nieuwste snufjes van de mode, muziek
en film vandaan. Wereldsteden zijn verbonden met andere wereldsteden.
Hoofdsteden: is in een land de belangrijkste stad
Soms valt één stad tot alle drie de typen, zoals Tokyo
Als kind van arme ouders is de kans op goed onderwijs zeer klein, vaak wordt je al jong van school
gehaald om mee te helpen met het huishouden of om geld te verdienen. Terwijl kinderen van rijke
ouders naar een goede school gaan, naar een universiteit en ze krijgen een goede baan.
Doordat je in de stad een grotere kans hebt om als kind een beter leven te krijgen, verhuizen veel
ouders naar de stad. Voor hun kinderen.
Het bbp van New York is groter dan dat van Rusland of India, in Tokyo wonen net zoveel mensen als
in heel Peru en Londen telt meer internationale kantoren en banken dan Canada.
2.2
In een rijk land zijn er meestal meerdere grote steden verspreid over het land. Die steden zijn op veel
manieren met elkaar verbonden en vormen dus een stedelijk netwerk.
Veel ontwikkelingslanden hebben vaak één megastad die veel groter en belangrijker is dan de
tweede stad van het land. Dat heet een primate city, de primate city licht vaak aan de kust.
, Maar een stad licht niet zomaar ergens, drie factoren spelen een rol:
1. Kenmerken van het gebied waarin een stad ligt, dus de absolute ligging. Steden liggen vaak in
vlakke, vruchtbare gebieden; op kruispunten van handelswegen, langs rivieren enz. bijv.
Parijs: die ligt aan de oevers van de Seine in een vruchtbaar, vlak gebied.
2. Kenmerken van de ligging van een plaats ten opzichte van andere plaatsen, dus de relatieve
ligging. Bijv. Parijs weer, ligt gunstig midden in het land en met verbindingen naar andere
steden. De relatieve ligging van een plaats kan veranderen.
3. Het koloniale verleden. In de (semi) periferie liggen opvallend veel steden aan de kust. Een
stad als Accra in Ghana is vooral gegroeid als exporthaven van tropisch hardhout en cacao
naar Engeland. Later trokken plattelanders vooral naar deze gunstig gelegen steden
waardoor sommige uitgroeiden tot megasteden.
Een koloniale stad herken je als je er rondloopt aan:
• Oude inlandse stadsdeel die nauwe, smalle en kronkelige straten heeft
Terwijl het straten patroon van het westerse deel bestaat uit brede en rechte straten. Dat nieuwe
deel is gebouwd door de Europeanen toen het land een kolonie werd en was bedoeld voor de
kolonisten. Een stad die zo uit twee delen is opgebouwd, heet een koloniale dubbelstad.
Verstedelijkingsgraad: hieraan kun je zien welk percentage van de bevolking van een land in steden
woont
Verstedelijkingstempo: percentage waarmee de verstedelijkingsgraad jaarlijks toeneemt
Vanaf 1970 trekken er miljoenen mensen van het platteland naar de stad (verstedelijking/
urbanisatie) met name jonge mensen zijn opzoek naar een betere toekomst in de stad. Daar stichten
ze een gezin.
Een stad groeit ook doordat zij uitbreidt over de stadsgrenzen heen en daarbij aangrenzende dorpen
en steden opslokt.
2.3
De grens tussen stad en platteland is nu een brede overgangszone. Dat is anders dan vroeger. De
stad waaiert uit over haar wijde omgeving met wegen, bedrijventerreinen en voorsteden. In
westerse steden is dit proces al langer aan de gang.
Steeds vaker is er aan de rand van de grote stad meestal bij een kruispunt van autowegen, ontstaat
er een compleet nieuwe stad waar je kunt wonen, werken en winkelen: de randstad (edge city)
Ook in arme landen zie je dat de bevolking in steden en stadjes in de randzone sneller groeit dan in
de megastad. De voordelen zijn:
• Je woont goedkoper
• Je hebt meer ruimte
• Je kunt er nog voedsel verbouwen
• De stad is toch dichtbij
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper 119989I. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,56. Je zit daarna nergens aan vast.