Inhoudsopgave
Hoorcollege 1 Dieetleer: Urinewegstenen.................................................................................2
Hoorcollege 1 Pathologie:...........................................................................................................7
Hoorcollege 2 dieetleer: nierschade.........................................................................................11
Hoorcollege 2: pathologie. Nier pathologie..............................................................................19
Hoorcollege 3 pathologie: ouderdom komt met gebreken......................................................27
Hoorcollege 3 dieetleer: De geriatrische patiënt voeding........................................................31
Nefrologie wc 5:........................................................................................................................35
Gastcollege:...............................................................................................................................37
HC week 6 dialyse:....................................................................................................................39
,Hoorcollege 1 Dieetleer: Urinewegstenen
Urinewegstenen komen voor bij 2-3% van de West-Europese bevolking. 2x vaker bij mannen
als bij vrouwen. De kans is 2 a 3 keer groter als 1e graadfamilie er last van heeft. 50% krijgt
een recidief binnen 7-8 jaar. En het wordt vaak pas ontdekt bij klachten (zurend gevoel,
bloedplassen, recidiverende urineweginfecties).
Teveel oplosbare stoffen (zouten en mineralen) in de urine die neerslaan in kristallen in de
urinewegen. Kunnen voorkomen in nierbekken, urineafvoerwegen en blaas. Kunnen voor
obstructies zorgen.
Oorzaken:
- Te kort urineproductie -> vocht is belangrijk om afvalstoffen af te voeren. Hoe langer
de urine blijft staan hoe groter de kans is op neerslag van mineralen.
- Voeding
o Veel dierlijk eiwit en kcal
o Weinig vocht
- De zuurgraad van de urine -> veel vit C verhoogd de zuurgraad en dat is niet goed
- Tekort aan citraat en magnesium (kristalgroei remmend)
- Gebruik van zout -> natrium trekt weer andere mineralen aan
- Gebruik van bepaalde medicatie
- Afwijkingen urine wegen/ urineweginfecties
- Familiaar
Daarnaast spelen de volgende factoren mee: geografie, drink- en leefgewoonten, zittend
beroep, mobiliteit, familiair, etnisch
De verschillende nierstenen
- Calciumstenen (85%)
- Struvietstenen of infectiestenen (ammonium-magnesiumfosfaatstenen 10-15%)
- Urinezuurstenen (5%)
- Cystinestenen (1%)
Voedingsadviezen bij diverse nierstenen
Algemeen:
- Vocht: 2,5 tot 3 liter per dag. Urineproductie van 2 liter per dag
- Vocht goed verdelen over de dag
- Bij eten ook drinken
- Voor het slapen gaan drinken
- Eventueel nog ‘nachts wat drinken
Doel: afvalstofconcentratie in de urine verlagen
Calciumoxalaatstenen:
- Calcium: 950 mg
- Oxaalzuurrijke producten zoals spinazie en rabarber vermijden
- 0,8 tot 1,0 gram eiwit per kg per dag. Voorkomen grote hoeveelheden dierlijk eiwit
, o Mensen met nierstenen eten vaak 1,5 – 2 gram
- Maximaal 6 gram NaCI per dag. 5 g bij thiazide gebruik (bloeddrukverlager)
- Kalium > 2000 mg per dag
- Vezels 25- 30 gram per dag
- Citraat: dmv citrusproducten bij hypocitraturie
- Vitamine C en D volgens aanbeveling
- BMI <25
Advies struvietstenen:
- Richtlijnen goede voeding
Advies urinezuurstenen:
- Purinerijke producten beperken (vette vis, orgaansvlees, gelatine, bleekselderij, mais,
peulvruchten, pinda en rozijnen)
- Vit C: ADH <10000 mg
- Richtlijnen goede voeding
Advies cystinestenen:
- Zout max. 6g/dag
- Richtlijnen goede voeding
Wat is nierschade?
Het wordt niet zo snel ontdekt, bij diabetes en hart en vaatziekten heb je er vaak mee te
maken. Hoe ouder je wordt hoe meer de nierfunctie afneemt.
- 10,6% van de Nederlandse bevolking heeft chronische nierschade.
- Tot 1945 was nierschade dodelijk, sinds 1980 dialyse
Dieet bij nierschade voor 1990:
- Sterk eiwitbeperkt
o Tot 20 gram per dag
o Mensen raken ondervoed
- Veel vet voor energielevering
- Lang wachten met nierfunctie vervangende therapie, gevolg is een slechte
voedingstoestand
Huidige dieet bij nierschade:
- Minder strenge eiwitbeperking
o 0,8 gram per kg per dag om normale lichaamsfuncties te behouden
- Zorgen voor een goede voedingstoestand van belang
o Mensen hebben veel afvalstoffen in hun bloed, hierdoor verminderd de
eetlust
- Preventie complicaties
o Mensen vallen vaak sterk af
Acute nierschade:
Nier kan plotseling niet meer voldoende afvalstoffen uit het lichaam verwijderen via urine
- Stuwing in de nier van urine
, o Door verstopte afvoerwegen door nierstenen
o Tumor
- Infectie
- Auto immuunziekte
- Groot bloedverlies waardoor druk in nierfilters verlaagt en werking afneemt
Klachten:
Moeheid, jeuk, eetlust en gewichtsvermindering
Chronische nierschade:
Acute nierschade kan hierin overgaan.
Chronische nierschade: CNF (chronisch nier falen) of CNI (chronische nier insufficiëntie)
- Nier kan steeds minder goed voldoende afvalstoffen uit het lichaam verwijderen via
urine
- Vaak geen klachten, sluimerend proces
Oorzaken:
- Ziekte van de nier zelf
- Of morbiditeit: hypertensie, hart en vaatziekten, diabetes mellitus, analgetica
nefropathie gebruikt bij pijn.
Klachten:
- Ten gevolge van ophoping afvalstoffen: verminderde eetlust, misselijk,
gewichtsverlies, jeuk, kramp, verhoogde infectiekans
- Vochtbalans: vooral vocht ophopingen, ook uitdroging mogelijk
- Hormonale stoornissen waardoor: de bloeddruk stijgt, bloedarmoede ontstaat,
eventuele botontkalking.
Behandeling:
- Dieet: natrium en eiwit beperkt
- Medicatie: diuretica, bloeddrukverlagers, fosfaatbinders (bij veel dierlijke eiwitten),
EPO, middelen tegen de jeuk (door het verhoogde ureum krijg je jeuk)
Hemodialyse: er wordt niet meer geplast. Dan moet er een vochtbeperking gegeven worden.
Bij nierschade op zich moet er juist heel veel vocht gegeven worden.