Samenvatting SWK1
Becker, Horst en Jooren en Smeyers
Hoofdstuk 6
Het empirisme en rationalisme in de zeventiende eeuw
Het empirisme en rationalisme zijn 2 pedagogische stromingen die opkwamen in de 17e
eeuw. Deze stromingen hebben een filosofische oorsprong. Beide stromingen zijn
voornamelijk gericht op reflectie over de aard van pedagogische kennis, en normen en
waarden over de opvoeding. Pedagogische reflectie is al veel ouder dan de pedagogische
wetenschap.
Wat betreft opvoeding en onderwijs ligt de nadruk op formele scholing en training van het
cognitief vermogen van de mens. Opvoeding en onderwijs is in deze tijd sterk gericht op
kinderen van rijken en van adel. Er is geen aandacht voor het volkskind.
Pedagogiek als academische wetenschap in Nederland
In de eerste helft van de 20e eeuw worden aan alle Nederlandse universiteiten hoogleraren
in de pedagogiek benoemd. De eerste was R. Casimir, hij werd in 1918 bijzonder hoogleraar
aan de universiteit van Leiden. Na de tweede wereldoorlog ontstaat er in de jaren 50 en 60
een pedagogiek die probeert aan objectieve, wetenschappelijke criteria te voldoen. De
bekendste naoorlogse pedagoog en hoogleraar is Martinus Johannes Langeveld. Stelt dat
opvoeding plaatsvindt tussen kinderen en volwassenen. Men oefent in die omgang invloed
uit, het is de bedoeling dat die invloed van de volwassenen uitgaat van de onvolwassenheid
van het kind. Niet elke invloed die een volwassene heeft, mag opvoeding heten. De
opvoeding van het kind stopt bij 18 jaar en gaat daarna over in vorming. Personaliteit is het
vermogen van de volwassene om verantwoordelijkheid op zich te nemen. Opvolger van
Langeveld is Micha de winter, hij is van mening dat opvoeden een individueel en
maatschappelijk belang dient. Hij vindt dat alle opvoeders een maatschappelijke taak
hebben. Hij stelt dat bij opvoeding tegenwoordig de volgende punten tellen;
- We leven in een tijd van onderhandelingshuishouding, maar dit moet niet verward
worden met alle ruimte geven.
- De confrontatiebereidheid van volwassenen is weinigzeggend
- Ongewenst gedrag wordt te weinig afgeremd.
Veel jeugdigen in jeugdgevangenissen hebben een lacunaire gewetensontwikkeling, een
gebrekkig ontwikkeld gevoel voor goed en fout.
Middeleeuwe 500-1500 God stond centraal, mensen leefde voor god.
n 5e-15e eeuw
Universiteit Karueein Marokko. Ootmoed was heel belangrijk, een soort zachtmoedigheid,
onderdanigheid. Tegengestelde is hoogmoed, 1 van de 7 zonden
Humanisme 1400-1650 Erasmus (mens van Een elitebeweging. Had als doel de vorming
15e tot 17e nature zondig) van een klassieke ‘homo universalis’. Gingen
, eeuw uit van vrijheid van de menselijke wil. Mens
diende door studie worden verheven.
Men kwam meer los van god, latijn was de voertaal, kennis werd steeds toegankelijker, doordat er
meer boeken gedrukt werden.
Empirisme 17e eeuw Een filosofische stroming waarin gesteld wordt
dat kennis voortkomt uit ervaring, het is
gebaseerd op waarneming.
Inductie – een veelvuldige en regelmatige observatie en waarneming. ‘alle raven zijn zwart’
Rationalisme 17e eeuw Rene Descartes Richt zich op theoretische kennis, de rede (het
denken) is de meest betrouwbare bron van
kennis.
Deductie – op basis van feiten, waar niet aan te twijfelen valt.
Verlichting 17e eeuw- John Locke, Jean- Gaat ervan uit dat men de waarheid alleen kan
19e eeuw jacques Rousseau bewijzen met behulp van theorie en het
(gaat van het goede verstand. Kind is een onbeschreven blad,
uit in ieder mens) tabula rasa. Mens kan worden gevormd.
Johann heinrich
Pestalozzi
(ontwikkelt een
nieuwe methodiek
voor
volksonderwijs),
vernieuwers van de
pedagogiek
(filantropijnen)
Opvoedbaarheid van het individu en de maakbaarheid van de samenleving. Ontwikkelde burger wil op
de hoogte blijven van nieuwe bevindingen en inzichten. Door de gevolgen van gedrag te ervaren, leert
het kind meer. ‘t nut; hoe meer kennis, hoe meer gedragingen je kunt bevorderen (burgelijk
beschavingsoffensief). Eerste dovenschool wordt opgezet in groningen.
Romantiek 1800-1850 Jean-jacques Mens is van nature goed. Specifieke interesse
19e eeuw Rousseau, in dimensies van het menselijk bestaan. Het
Pestalozzi, Friedrich onbewuste, legt de nadruk op de oorsprong
Frobel van verbeelding en fantasie. Gericht op de
wijze waarop mensen van elkaar verschillen.
Een geesteshouding. Het gevoelsleven staat
centraal.
Het eerste instituut voor blinden wordt opgezet in Amsterdam.
Reformpedago 19e eeuw Kindgerichtheid. Bekritiseerden het massale en
giek methodische volksonderwijs. 5
uitgangspunten; kindgericht, groot vertrouwen
in de natuurlijke ontwikkeling van het kind,
lichamelijke ontwikkeling en kunstzinnige
vorming erg belangrijk, beschouwen kinderen
als van nature creatief, moet rekening
gehouden worden met individuele aard en
belangstelling van kind.
Geestesweten 20e eeuw Martinus Johannes Kijkt naar emotie, gevoel en wil. Gaat ervan uit