Cellular and Molecular Immunology, 10th ed. Abbas,
Lichtman Pillai:
Chapter 2 Cells and Tissues of the Immune System
De cellen die een rol spelen bij aangeboren en verworven immuniteit stammen af van
hematopoëtische stamcellen in het beenmerg. Deze worden opgesplitst in de myeloïde cellen;
fagocyten en dendritische cellen en de lymfoïde cellen waaronder alle lymfocyten. De expressie
van verschillende membraaneiwitten wordt gebruikt om verschillende populaties cellen in het
immuunsysteem te onderscheiden. Zo zit CD4 op helper T-cel en CD8 op cytotoxische T-cel.
Deze eiwitten noemen we markers.
Fagocyten
Waaronder neutrofielen en macrofagen hun primaire functie is het opnemen en vernietigen van
microben en beschadigd weefsel te verwijderen. De respons gaat in stappen. Op de juiste plek,
herkenning/activatie, fagocytose, vernietiging. Neutrofielen zijn snel en kort, macrofagen
langzaam en lang.
Neutrofielen
De meest voorkomende populatie witte bloedcellen en het belangrijkste celtype bij
ontstekingsreacties. De nucleus is verdeeld is 3 tot 5 lobules. Het cytoplasma bevat 2 types
membraangebonden granules. De meeste hiervan zijn gevuld met enzymen; lysozym,
collagenase. Deze korrels vlekken niet sterk met basische of zure kleurstoffen. De rest bevat
enzymen en microbiële substances. Ze worden gevormd in beenmerg oiv G-CSF. Ze leven
enkele uren tot 5 dagen. In weefsels leven ze 1 tot 2 dagen. Hun hoofdfunctie is fagocytose.
Mononuclear
Het mononucleaire systeem bevat circulerende monocyten die macrofagen worden wanneer ze
het weefsel ingaan en uit weefsel resistente macrofagen. Ze ontstaan in beenmerg oiv M-CSF.
Ze rijpen in het bloed en leven daar 1 tot 7 dagen. Ze worden gerecruteerd door weefsel met
schade of infectie. De weefsel resistente ontstaan uit de yolk sac of foetale lever en hebben
hernieuwing capaciteit. Monocyten hebben boonvormige nuclei en cytoplasma met lysosomen.
Alle menselijke monocyten uiten MHCII, CD11b en CD86.
Macrofagen spelen een cruciale rol
● Opname en fagocytose van microben
● Weefsel resistente macrofagen dienen als waarnemers die microben waarnemen en
daarop reageren door cytokinen af te geven die de immuunrespons starten.
● Macrofagen die microben overspoelen kan worden geïnduceerd door microbiële
moleculen om ontsteking dood te ondergaan genaamd pyroptosis.
● Ze zorgen voor efferocytose. Hierbij worden een cel die apoptose gaat plegen verwerkt
voordat er eventuele cytokinen kunnen vrijkomen.
● Ze dienen als APC’s voor T-lymfocyten.
● Ze promoten angiogenese en fibrosis
Ze worden geactiveerd door de herkenning van vele microben en moleculen. Deze binden aan
receptoren zoals de TLR’s. Fagocytose van gezonde cellen wordt voorkomen door SIRPa en
,CD47. CD47 werkt als een “eet mij niet eiwit”. Afhankelijk van het type stimuli kan de functie
veranderen.
Mestcellen
Zijn beenmergcellen die vooral aanwezig zijn in de huid en slijmepitheel. Bij activering geven ze
krachtige ontstekingsmediatoren af die beschermen tegen infectie. c-KIT stimuleert de
ontwikkeling. Hun cytoplasma bevat vele granulen met O.A. histamine. Bij activatie geven ze de
granules af waardoor veranderingen in de bloedvaten plaats vindt.
Basofielen
Ze ontstaan ook uit hematopoietische stamcellen, rijpen in beenmerg en circuleren in het bloed.
Ze vormen slechts 1% maar kunnen naar ontstekingslocaties gaan. Ze uiten IgE receptoren,
binden IgE en worden getriggerd door de binding.
Eosinofielen
Bevatten granules met enzymen die naast de parasieten ook schadelijk is voor de cel zelf. Het
bevat voor basische eiwitten die zure binden. Cytokine GM-CSF, IL-3 en IL-5 promoten de
rijping. Fc-receptoren, TLR en IL-5 receptoren geven signalen die zorgen dat de cel zijn granule
inhoud afgeeft.
DC’s
Weefsel Resistente circulerende cellen die microben waarnemen en daarmee aangeboren en
verworven immuniteit activeren. Er bestaan verschillende soorten:
● Klassieke DC’s zijn de grootste groep betrokken bij het vangen van antigenen. Ze
ontstaan uit hematopoëtische stamcellen in het beenmerg. Ze splitsen is CD1 en CD2.
● Plasmacytoïde DC’s produceren IFN als reactie op virussen en vangen soms bloed
gedragen microben en dragen hun antigenen naar de milt voor T-cel presentatie.
● Langerhans Cellen
● Follicular dendritic cells welke geen antigenen presenteren aan T-cellen. Ze zorgen
namelijk voor B-cel activatie.
Lymfocyten
Ze bestaan uit verschillende klassen met verschillende functies.
- B-lymfocyten (antilichamen productie)
- Folliculair B-cellen
- Marginal zone B-cellen
- B-1 Cellen
- T-lymfocyten (cellulaire immuniteit)
- CD4+ T-cellen
- CD8+ T-cellen
Beide T-lymfocyten uiten ab TCR’s.
Naive lymfocyten rijpen in het beenmerg waarna ze naar secundaire lymfoide organen gaan om
daar geactiveerd te worden. Bij B lymfocyten gebeurd dit in de milt. Naast effectorcellen
ontstaan er ook geheugencellen.
Naieve lymfocyten vertonen weinig onderscheidt. Ze zijn voornamelijk van oxidatieve
fosforylering en vetzuuroxidatie afhankelijk voor hun energie. Zonder activatie leven ze 1 tot 3
maand. Cytokines zijn essentieel voor de overleving van naieve lymfocyten, daarom hebben ze
er receptoren voor. Vooral IL-7 en BAFF zijn belangrijk.
, Als reactie op stimulatie door antigenen gaan ze de G1 fase in. Ze zijn groter, hebben meer
cytoplasma en organellen en toegenomen hoeveelheid cytoplasma RNA. Ze zijn meer energie
nodig dmv aerobe glycolyse en de TCA cycle voor producten voor synthese. Een deel wordt
effector lymfocyt:
- CD4+ helpter T-cel: Activeren B-lymfocyten, macrofagen, en DC’s door cytokinen af te
scheiden. Deze binden aan oppervlakte moleculen zoals CD40 ligand, die CD40 op
andere cellen inschakelt.
- CD8+ CTL: Hebben granules die cellen die de CTL herkent doodt als ze vrijkomen.
Beide uiten CD25
NK’s en CLIS
Het aangeboren immuunsysteem omvat verschillende ontwikkelingsgerelateerde subsets van
beenmerg-afgeleide cellen met lymfoïde morfologie en effectorfuncties die vergelijkbaar zijn met
die van T-cellen, maar geen T-celantigeenreceptoren hebben. De voornaamste functie van
deze cellen is vroege afweer tegen pathogenen en het herkennen van gestresste en
beschadigde cellen. De functie van NK’s komt overeen met die van CD8+. De ILC’s produceren
cytokines die overeenkomen met die van CD4+. Ze komen weinig voor in het bloed, vooral in
weefsels.
Anatomie en functies van lymfoïde weefsels
De primaire lymfoïde organen zijn het beenmerg en de thymus en zijn de plekken waar
lymfocyten als eerste antigeenreceptoren uiten en functioneel worden. B lymfocyten rijpen in t
beenmerg, gaan naar de milt, worden geactiveerd en gaan in secundaire lymfoïde organen
zitten. Secundaire lymfoïde organen waaronder de lymfeknopen, milt en het slijmvlies is de plek
waar lymfocyten reacties op antigenen worden geïnitieerd.
Beenmerg
Dit is de plek waar circulerende bloedcellen worden gevormd en de plek van B-cel rijping. De
vorming van de bloedcellen noemen we hematopoiese. Allemaal ontstaan ze uit een HSC.
HSC’s zijn multipotent en zelfvernieuwend omdat bij elke deling één cel stamcel wordt. De
proliferatie en rijping van voorlopercellen in het beenmerg worden gestimuleerd door de
cytokinen. Deze noemen we dan ook kolonie-stimulerende factoren. Deze cellen worden
gegenereerd in secundaire lymfoïde organen als gevolg van stimulatie van B-cellen door
antigenen waarna ze naar het beenmerg gaan.
Thymus
Dit is de plek van de T-cel rijping. Het licht onder het strottenhoofd en krimpt na de puberteit.
Elke lob bestaat uit meerdere lobules welke bestaan uit een buitenste cortex en een binnenste
medulla. Thymische corticale epitheelcellen produceren IL-7, wat nodig is bij vroege T-lymf
ontwikkeling. Ook zijn er medulaire thymische epitheelcellen welke belangrijk zijn bij de
antigeenpresentatie. Bij DiGeorge syndroom is er sprake van falen van de ontwikkeling van de
thymus met een erfelijke aandoening van T-cel immuniteit. Lymfocyten in de thymus noemen
we thymocyten. Ze komen binnen in de cortex, wanneer ze rijp zijn gaan ze naar de medulla.
Het lymfestelsel
Het bestaat uit gespecialiseerde vaten, lymfevaten, die vloeistof uit weefsel afvoeren en
lymfeknopen. Ze zijn essentieel voor weefselvloeistof homeostase en immuunreacties. Overal
bevinden ze lymfatische capillairen die de vloeistof tussen cellen opnemen. Die vloeistof
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper stijsche. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,56. Je zit daarna nergens aan vast.