1
Financieel Familierecht
Inhoud
Financieel Familierecht.................................................................................1
Introductie.................................................................................................2
Arresten Week 1..................................................................................18
Vergoedingsrechten................................................................................20
Arresten Week 2..................................................................................24
Gemeenschap van goederen..................................................................26
Arresten Week 3..................................................................................33
Huwelijkse voorwaarden.........................................................................34
Arresten week 4...................................................................................38
Informeel samenleven............................................................................42
Arresten...............................................................................................45
Alimentatieverplichtingen.......................................................................46
Arresten...............................................................................................49
Kinderalimentatie....................................................................................51
Arresten...............................................................................................55
Partneralimentatie..................................................................................56
Arresten...............................................................................................58
Partneralimentatie
, 2
Introductie
Vermogensrecht in relaties
Een van de belangrijkste aspecten binnen het relatie- en
huwelijksvermogensrecht is het vermogen. De centrale vragen hierbij zijn:
Van wie is het vermogen? En Wat moet ermee gebeuren? Deze
vragen zijn cruciaal omdat ze de basis vormen voor de verdeling van
eigendommen, zowel tijdens als na een relatie. De antwoorden op deze
vragen zijn afhankelijk van verschillende factoren, waaronder wettelijke
bepalingen en eventuele afspraken die de partners onderling hebben
gemaakt.
Wettelijke regelingen en afspraken
De wet speelt een essentiële rol in het bepalen van de
vermogensrechtelijke situatie van partners. In Nederland worden deze
regels voornamelijk gevonden in het Burgerlijk Wetboek (BW). Daarnaast
kunnen partners zelf afspraken maken over hun vermogen, bijvoorbeeld
via huwelijkse voorwaarden of samenlevingscontracten. Deze afspraken
kunnen bepaalde wettelijke bepalingen aanvullen of zelfs vervangen,
afhankelijk van wat wettelijk is toegestaan.
Relatievormen en hun vermogensrechtelijke gevolgen
Er bestaan verschillende relatievormen, elk met hun eigen
vermogensrechtelijke consequenties. Het is belangrijk om onderscheid te
maken tussen deze relatievormen omdat de juridische gevolgen
aanzienlijk kunnen verschillen. De belangrijkste relatievormen zijn:
Huwelijk
Het wettelijk huwelijk, zoals gedefinieerd in art. 1:68 BW, is de meest
formele relatievorm en wordt om die reden uitgebreid gereguleerd in de
wet. In het kader van het vermogensrecht heeft het huwelijk specifieke
gevolgen die grotendeels overeenkomen met die van het geregistreerd
partnerschap.
Geregistreerd partnerschap
Het geregistreerd partnerschap is een wettelijk erkende relatievorm die in
veel opzichten vergelijkbaar is met het huwelijk. De wetgever heeft ervoor
gezorgd dat de vermogensrechtelijke gevolgen voor gehuwden en
geregistreerd partners vrijwel identiek zijn. Dit is vastgelegd in de
schakelbepaling van art. 1:80b BW. Deze bepaling stelt dat de titels 6, 7
en 8 van Boek 1 BW op overeenkomstige wijze van toepassing zijn op het
geregistreerd partnerschap, met als enige uitzondering de regelingen
omtrent de scheiding van tafel en bed. Dit laatste concept bestaat
namelijk niet voor geregistreerd partners.
Samenwonenden
Samenwonen is een informelere relatievorm en wordt in Nederland niet op
dezelfde manier wettelijk geregeld als het huwelijk of het geregistreerd
partnerschap. Hierdoor zijn de vermogensrechtelijke gevolgen van
Partneralimentatie
, 3
samenwonen sterk afhankelijk van de onderlinge afspraken die de
partners maken. Zonder dergelijke afspraken gelden er beperkte wettelijke
regels, wat kan leiden tot onzekerheid over de verdeling van het vermogen
bij het einde van de relatie.
Rechten en verplichtingen van echtgenoten
Binnen het Nederlandse huwelijksvermogensrecht is een uitgebreide set
aan regels en verplichtingen opgenomen die van toepassing zijn op
echtgenoten. Deze regels, vastgelegd in Titel 6 van Boek 1 van het BW,
bepalen hoe echtgenoten met elkaar en met derden dienen om te gaan op
zowel financieel als persoonlijk vlak. Hieronder wordt een uitgebreide
bespreking gegeven van de belangrijkste bepalingen die de rechten en
verplichtingen van echtgenoten reguleren, maar let op, want deze worden
iets verderop nog dieper behandeld.
Art. 1:81 BW – Elkaar het noodzakelijke verschaffen
Een van de fundamentele verplichtingen binnen het huwelijk is vastgelegd
in art. 1:81 BW, dat bepaalt dat echtgenoten elkaar het nodige moeten
verschaffen. Dit houdt in dat zij verplicht zijn om in elkaars behoeften te
voorzien, zowel materieel als immaterieel. Deze bepaling vormt de basis
van de wederzijdse zorgplicht die binnen het huwelijk bestaat. Het gaat
hierbij niet alleen om het leveren van financiële middelen, maar ook om
het bieden van emotionele ondersteuning en zorg. De verplichting om
elkaar het nodige te verschaffen is dus zowel praktisch als moreel van
aard.
Art. 1:82 BW – Verzorging en opvoeding van kinderen
Art. 1:82 BW legt een bijzondere verantwoordelijkheid op echtgenoten
met betrekking tot hun kinderen. Echtgenoten zijn gezamenlijk verplicht
om hun kinderen te verzorgen en op te voeden. Dit houdt in dat zij samen
zorgdragen voor het fysieke welzijn, de opvoeding en de ontwikkeling van
hun kinderen. Deze verplichting is van groot belang omdat het de
gezamenlijke verantwoordelijkheid van ouders benadrukt, ongeacht de
interne verdeling van de taken binnen het huwelijk. Deze zorgplicht strekt
zich uit over alle aspecten van het ouderlijk gezag, inclusief het nemen
van beslissingen die het leven van de kinderen aangaan.
Art. 1:83 BW – Inlichtingenplicht
Naast de zorgplicht hebben echtgenoten ook een inlichtingenplicht jegens
elkaar, zoals vastgelegd in art. 1:83 BW. Dit artikel verplicht echtgenoten
om elkaar te informeren over zaken die van belang zijn voor de
gezamenlijke huishouding en het vermogen. De inlichtingenplicht
bevordert transparantie en wederzijds vertrouwen binnen het huwelijk. Het
niet nakomen van deze plicht kan leiden tot misverstanden en conflicten,
en kan in extreme gevallen zelfs juridische consequenties hebben,
bijvoorbeeld bij geschillen over het beheer van gezamenlijk vermogen of
bij echtscheiding.
Art. 1:84 BW – Kosten van de huishouding
Partneralimentatie
, 4
Een ander cruciaal aspect van het huwelijksvermogensrecht is de bepaling
over de kosten van de huishouding in art. 1:84 BW. Volgens dit artikel
zijn echtgenoten gezamenlijk verantwoordelijk voor het dragen van de
kosten van de huishouding, inclusief de verzorging en opvoeding van de
kinderen. De wet gaat ervan uit dat beide echtgenoten naar evenredigheid
van hun inkomen en vermogen bijdragen aan deze kosten. Dit betekent
dat, indien een van de echtgenoten aanzienlijk meer verdient, deze
echtgenoot ook een groter deel van de kosten op zich dient te nemen.
Deze bepaling is bedoeld om een eerlijke verdeling van de financiële
lasten binnen het huwelijk te waarborgen.
Art. 1:85 BW – Aansprakelijkheid voor schulden
De aansprakelijkheid voor schulden binnen het huwelijk wordt geregeld in
art. 1:85 BW. Dit artikel bepaalt dat echtgenoten in beginsel hoofdelijk
aansprakelijk zijn voor schulden die verband houden met de kosten van de
huishouding. Dit betekent dat schuldeisers zich tot beide echtgenoten
kunnen wenden voor de volledige voldoening van de schuld. Deze
hoofdelijkheid kan verstrekkende gevolgen hebben, vooral in situaties
waarin een van de echtgenoten onverantwoordelijk financieel gedrag
vertoont. Het artikel is bedoeld om schuldeisers te beschermen en
tegelijkertijd de interne verantwoordelijkheid binnen het huwelijk te
beschermen.
Art. 1:87 BW – Vergoedingsrechten
In art. 1:87 BW wordt het recht op vergoeding tussen echtgenoten
geregeld. Dit recht speelt een rol wanneer een echtgenoot met eigen
middelen heeft bijgedragen aan het vermogen van de ander, bijvoorbeeld
door het betalen van een schuld van de ander of door een investering in
een goed dat tot het vermogen van de ander behoort. Dit artikel voorziet
in de mogelijkheid dat de echtgenoot die deze betaling of investering
heeft gedaan, recht heeft op vergoeding van de waarde daarvan. Het
vergoedingsrecht is van groot belang in het kader van de
vermogensrechtelijke afwikkeling bij echtscheiding, maar kan ook tijdens
het huwelijk al tot discussie leiden als er aanzienlijke verschillen zijn in de
bijdragen van de echtgenoten.
Artt. 1:88 en 1:89 BW – Toestemming voor rechtshandelingen
Een van de meest beschermende bepalingen binnen het
huwelijksvermogensrecht is de toestemmingseis voor bepaalde
rechtshandelingen, zoals neergelegd in de artt. 1:88 en 1:89 BW. Art.
1:88 BW bepaalt dat voor bepaalde belangrijke rechtshandelingen, zoals
de verkoop van de echtelijke woning, de schenking van goederen of het
aangaan van bepaalde leningen, de toestemming van de andere
echtgenoot vereist is. Art. 1:89 BW biedt vervolgens een sanctie voor het
ontbreken van deze toestemming: de rechtshandeling kan door de
echtgenoot wiens toestemming vereist was, worden vernietigd. Deze
bepalingen zijn erop gericht om de belangen van de andere echtgenoot te
beschermen en om te voorkomen dat een echtgenoot zonder medeweten
van de ander belangrijke financiële beslissingen neemt die negatieve
Partneralimentatie