Samenvatting GS H3
• Aan begin 19e eeuw waren Berlijn, Londen, Parijs , Sint-Petersburg en Wenen
centra val politieke macht.
o Vanuit paleizen heersten koningen en keizers over miljoenen inwoners.
o Adel speelde nog steeds belangrijke rol in landbestuur.
§ Ook rijke fabrikanten, handelaren, bankiers eisten hun plaats op.
• Deze vormden toplaag van middenklasse
• Er waren nog steeds veel arbeiders arm, maar hun situatie was verbeterd.
o Arbeiders sloten zich aan bij sociale politieke stromingen, die voor hogere
lonen wilde zorgden.
• In 1870-1871 voerden 30 Duitse staatjes onder leiding Pruisen oorlog tegen
Frankrijk.
o Deze samenwerking leidde tot uitroepen Duitse Keizerrijk. Wilhelm 1 was
eerste keizer.
o Fransen werden verslagen. Elzas-Lotharingen (gebied in Frankrijk met veel
mijnbouw) werd Duits.
• Waar nationalisme in Duitsland tot eenheid leidde in de Balkan vielen staten uit
een.
o Oostenrijk-Hongarije, Turkse rijk: veelvolkerenstaten.
§ Volken hier werden ook nationalistisch, verlangen naar
onafhankelijkheid groeide.
§ In Oostenrijk-Hongarije hadden Hongaren in 1867 al grote mate
van zelfbestuur gekregen.
o In 1830 Griekenland onafhankelijk, Serviërs en Roemenen in 1878 en
Bulgaren in 1908.
§ Turkse rijk zwakte af, maar Oostenrijk-Hongarije werd sterker, die
breidde hun macht uit naar Bosnië-Herzegovina.
• Dit had zich vrijgevochten van Turkse rijk
• Werd in 1908 oXicieel overgenomen door Oostenrijk-
Hongarije.
• Rond 1900 was Duitsland grote macht, keizer Wilhelm II was echter niet
tevreden. Wilde dat Duitsland koloniale macht werd, hiervoor liet hij oorlogsvloot
vergroten.
o Bij Frankrijk en Groot-Brittannië stress hierover groter, en gingen ook meer
wapens maken er ontstond een wapenwedloop
o Militarisme: enthousiasme voor alles wat te maken heeft met leger.
• Vanwege spanningen gingen landen bondgenootschappen sluiten
o Driebond: Oostenrijk-Hongarije, Duitsland en Italië
o Triple Entente: Rusland, Groot-Brittannië, Frankrijk
, • Duitsers bang voor tweefrontenoorlog, Von SchlieXen bedacht plan om dit te
voorkomen. (Eerst Frankrijk aanvallen via België daarna pas naar Rusland)
• Rond 1910 verwacht iedereen in EU-oorlog.
o Waren al oorlogen in 1912/1913 geweest in Balkan
o Spanning moest tot ontlading komen
• Op 28 Juni 1914 ging Franz Ferdinand (Kroonprins Oostenrijk-Hongarije) naar
Sarajevo (Hoofdstad Bosnië-Herzegovina)
o Hier leefden ook Serviërs, waaronder ook terroristische organisatie De
Zwarte Hand.
§ Gavrilo Princip schoot op Franz Ferdinand/vrouw, die kwamen
allebei om.
§ Moest levenslang de gevangenis in
• Oostenrijk-Hongarije wilde onderzoek in Servië met 2000 militairen.
o Servië wilde dit niet, Rusland, Frankrijk steunde Servië
o Oostenrijk werd gesteund door Duitsland
o Nadat er een definitieve nee kwam, verklaarde Oostenrijk oorlog aan
Servië.
§ Duitsland, Frankrijk, Rusland allemaal gelijk betrokken
o Rusland ging mobiliseren bij Servië
o Duitsland ging volgens SchlieXenplan door België/Luxemburg.
§ Omdat Duitsland inbreuk deed op neutraliteit België ging Groot-
Brittannië ook meedoen.
• Mensen dachten dat oorlog snel voorbijging zijn door nieuwe technologieën.
o Door spoorwegen, vrachtauto’s, telefoon
o In realiteit viel het tegen, door Belgische smalle wegen was het vervoer
moeilijk, en de telefoon was kwetsbaar.
§ Soms was communicatie zo traag dat soldaten door eigen legers
werden aangevallen.
§ Belgische dorpen werden geplunderd, en veel mensen gedood.
• Voor Duitsers werd het steeds moeilijker, België was sterker dan gedacht,
Frankrijk mobiliseerden snel, Groot-Brittannië was snel ter plaatse, Rusland was
snel bij grens
o Door Rusland moesten ze ook soldaten naar oosten verplaatsen.
o Oorlog liep in Frankrijk vast bij rivier de Marne/Rivier de ijzer.
§ Hier schoten soldaten zo lang op elkaar, dat ze zich moesten
ingraven.
• Bewegingsoorlog veranderde naar loopgravenoorlog
o Generaals Hindenburg/LudendorX slaagden erin in oosten Russen terug
te dringen, hier was het front in de beweging.
§ Wel was het een zware oorlog