SAMENVATTING CAPITA SELECTA (H6 EN H7 Ondernemingsrecht en H1, H2, H3, H4, H5, H6, H11 Sociaal
recht)
HOOFDSTUK 6: FAILLISSEMENTSRECHT (ONDERNEMINGSRECHT)
De schuldeiser kan procederen als de rekening niet wordt betaald. Wint hij de procedure, dan kan hij beslag
leggen op bepaalde vermogensbestanddelen van de schuldenaar.
‘bijzonder beslag’
De vermogensbestanddelen worden t.b.v. de schuldeiser verkocht en hij mag na voldoening van de kosten zich
op de opbrengst verhalen. Dit geldt niet meer als er sprake is van meerdere schuldeisers van de schuldenaar.
Dan komt de faillissementswet aan de orde.
Faillissement algemeen beslag gelegd op het gehele vermogen van schuldenaar t.b.v. alle schuldeisers.
Bijzonder beslag – algemeen beslag
Een faillissement heeft tot gevolg dat schuldeisers samen moeten delen. Reeds gelegde bijzondere beslagen
van schuldeisers vervallen. Eén schuldeiser kan zich niet meer op bepaalde vermogensbestanddelen van de
schuldenaar verhalen, want deze moeten nu t.b.v. alle schuldeisers worden verkocht, zodat zij zich allemaal op
de opbrengst kunnen verhalen. Als een schuldenaar niet meer in staat is de vorderingen van zijn schuldeisers te
voldoen, kan er een aanleiding zijn het faillissement aan te vragen. Als een bedrijf failliet wordt verklaard dan
komt er een algemeen beslag op zijn vermogen te liggen. Eigenaar mag dan niet meer over zijn vermogen
beschikken. Het faillissement treft echter alleen zijn vermogen.
Gevolgen faillissement:
Schuldenaar:
wordt beschikkingsonbevoegd
wordt inningsonbevoegd
blijft handelingsbekwaam!
Als iemand beschikkingsonbevoegd is, kan hij niet meer vervreemden en bezwaren.
Vervreemden: eigendom overdragen
Bezwaren: beperkt recht zoals pand of hypotheek of vruchtgebruik vestigen.
Inningsonbevoegd bedrijf mag niet meer betalingen in ontvangst nemen.
Betalingen ontvangen betekent de prestatie van de schuldenaar in ontvangst nemen. Dit kan zowel de betaling
van een geldsom zijn als de overdracht van een bepaalde zaak. Zijn schuldenaren mogen niet meer aan hem
betalen, ook al is hij de schuldeiser. Zij moeten daarentegen betalen aan de door de rechtbank benoemde
curator, willen zij van hun schuld zijn bevrijd.
Curator iemand die door de rechter is aangewezen om het beheer te voeren over de bezittingen en
schulden van een natuurlijk persoon of van een rechtspersoon.
De failliete schuldenaar is beschikkings- en inningsonbevoegd, omdat het vermogen van de failliet onder een
algemeen beslag ligt. De boedel is als het ware bevroren.
De twee hoofdregels van faillissement zijn:
1. Schuldenaar staat met zijn gehele vermogen in voor zijn schulden
2. Schuldeisers worden voldaan naar evenredigheid van ieders vordering.
Met samen delen wordt er niet bedoeld dat het gehele vermogen gelijk wordt verdeeld over de schuldeisers.
Dat zou betekenen dat degene met de kleinste vordering zijn hele vordering betaald krijgt en degene met een
grotere vordering slechts een percentage. Dit is in strijd met de gelijkheid van schuldeisers.
Pre-pack als een bedrijf in financiële moeilijkheden verkeert en het waarschijnlijk is dat het failliet zal gaan.
1
,Op verzoek van de schuldenaar kan er in deze voorbereidingsfase al een beoogd curator (stille bewindvoerder)
worden aangesteld die de mogelijkheden van een eventuele voortzetting van het bedrijf of een doorstart van
bedrijfsonderdelen na faillissement moet onderzoeken. Ook een beoogd (stille) rechter-commissaris gaat
samen met de beoogde curator en de schuldenaar een eventuele doorstart voorbereiden. Voordeel voor
schuldenaar: hij blijft dan beschikkingsbevoegd.
6.2 faillissementsaanvraag
Wie kan een faillissement aanvragen?
Verzoek door:
de schuldenaar zelf (wie bij rechtspersoon?)
één of meerdere schuldeisers (incl. de fiscus)
het Openbaar Ministerie
Het faillissement wordt aangevraagd bij de rechtbank van de woonplaats van de schuldenaar. In de praktijk
wordt het faillissement meestal door een van de schuldeisers aangevraagd. En al hoeft zijn vordering nog niet
opeisbaar te zijn, hij moet toch kunnen aantonen een redelijk belang bij de faillissementsaanvraag te hebben.
Om aan te kunnen tonen dat er sprake is van meerdere schuldeisers, heeft de aanvrager een steunvordering
nodig.
Steunvordering vordering van een andere schuldeiser
Een schuldeiser die meer vorderingen heeft op 1 schuldenaar, kan dus niet het faillissement van de schuldenaar
aanvragen. Hij moet gebruik maken van de middelen die de Wet individuele schuldeisers ter beschikking stelt.
Wie kan failliet verklaard worden?
natuurlijke personen
privaatrechtelijke rechtspersonen (bv, nv, stichting, vereniging, coöperatie en onderlinge
waarborgmaatschappij)
openbare maatschappen met een afgescheiden vermogen
v.o.f. en c.v.
nalatenschappen
Publiekrechtelijke rechtspersonen kunnen ook failliet verklaard worden, alleen is dit in de praktijk nooit
voorgekomen. Gaat een vennoot failliet, dan heeft dit tot gevolg dat de vennootschap wordt ontbonden.
Hetzelfde geldt voor de beherende vennoot van een cv. Gevolg faillietverklaring: schuldenaar verliest beheer
en de beschikking over zijn vermogen. De rechtbank benoemt in het faillissementsvonnis een of meer
curatoren. De curator vertegenwoordigt de belangen van de gezamenlijke schuldeisers. Als er een stille
voorbereidingsfase heeft plaatsgevonden, is dat de beoogd curator of stille bewindvoerder.
De baten die de failliet na de faillietverklaring verwerft, vallen in het faillissement. Dus als de failliet bijv. een
prijs wint in de loterij. Dan valt deze prijs in de failliete boedel. Uitzondering: uitkeringen die dienen om in het
levensonderhoud van de failliet te voorzien, kunnen afhankelijk van de hoogte ervan met toestemming van de
rechter-commissaris buiten het faillissement blijven. Men kan dan denken aan een beslagvrije voet. Als de
failliet is getrouwd in algehele gemeenschap van goederen of een geregistreerd partnerschap is aangegaan,
dan valt de gehele huwelijksgemeenschap respectievelijk gemeenschap van geregistreerd partnerschap in de
failliete boedel. Haar privévermogen valt niet in het faillissement.
6.3 twee fases in faillissement
De faillissementsprocedure kan in twee fases verdeeld worden, namelijk:
1. de conservatoire fase
2. de executoriale fase
2
,Zodra de rechtbank het vonnis tot faillietverklaring heeft gewezen, breekt de conservatoire fase aan. De
curator zal zo spoedig mogelijk overgaan tot het opmaken van een boedelbeschrijving en een staat van baten
en schulden.
Boedelbeschrijving lijst met goederen die tot de boedel behoren. De waarde van de goederen moet ook
worden vermeld.
Staat van baten en schulden overzicht van de goederen zoals ze reeds in de boedelbeschrijving zijn
opgenomen en van de vorderingen van de schuldenaar.
De schuldeisers kunnen nu hun vorderingen bij de curator indienen. Dan vindt de verificatie van de vorderingen
plaats. De curator toetst de ingezonden rekeningen aan de administratie en opgaven van de gefailleerde.
Vervolgens zet de curator de vorderingen op de lijst van voorlopig erkende of op de lijst van betwiste
vorderingen onder vermelding van de reden van betwisting.
Betwiste vorderingen vorderingen waarvan de failliet de aanspraak van de hand wijst en die worden
doorverwezen naar de zitting bij de rechtbank. We spreken dan van renvooiprocedure.
De ingediende vorderingen worden besproken in aanwezigheid van de curator en de rechter-commissaris op
de verificatievergadering, de vergadering van de schuldeisers. De gefailleerde neemt op een door de rechter-
commissaris te bepalen wijze aan de verificatievergadering deel. Tijdens de vergadering worden de
schuldeisers door de rechter-commissaris geïnformeerd over de lijsten van voorlopig erkende en voorlopig
betwiste schuldvorderingen. Na de verificatievergadering breekt de staat van insolventie aan en kan de boedel
worden vereffend/afbetaald. Dit is het begin van de executoriale fase. Als er niet voldoende activa aanwezig is
waar de schuldeisers verhaal op kunnen zoeken, dan wordt het faillissement opgeheven wegens gebrek aan
baten/ toestand van de boedel. Verder bestaat de mogelijkheid van vereenvoudigde afwikkeling van het
faillissement. Als het namelijk aannemelijk is dat de beschikbare baten niet voldoende zijn om daaruit de
concurrente vorderingen te voldoen, kan de rechter-commissaris of om verzoek van de curator bepalen dat de
afhandeling van de concurrente vorderingen achterwege blijft en dat er dan ook geen verificatievergadering zal
worden gehouden.
In enkele gevallen kan een failliet zijn schuldeisers een faillissementsakkoord aanbieden
1. volledige voldoening van de faillissementskosten
2. volledige betaling van de bevoorrechte vorderingen
3. een percentage van voldoening van de concurrente vorderingen
Alleen de concurrente schuldeisers leveren iets in bij een akkoord. Het besluit moet genomen worden met een
gewone meerderheid van de ter vergadering aanwezige erkende en voorwaardelijk toegelaten concurrente
schuldeisers, die tezamen ten minste de helft van het bedrag van de schuldvorderingen vertegenwoordigen.
Ook tegenstemmers zijn aan het akkoord gebonden (dwangakkoord). Een schuldeiser met voorrang
(hypotheekhouder) die meestemt over het akkoord wordt geacht afstand te hebben gedaan van zijn voorrang.
Om het akkoord aan te bieden moet iemand bereid zijn om nog geld in de onderneming te stoppen. Er zijn
schuldeisers die dan denken dat ze dan meer krijgen dan zij bij de afwikkeling van het faillissement kregen. Als
het akkoord door de schuldeisers wordt aangenomen, kan homologatie plaatsvinden.
Homologatie goedkeuring van de bank van het akkoord.
Homologatie heeft tot gevolg dat het faillissement eindigt. Er vindt dan geen vereffening plaats. De failliet bindt
dan weer zelf de boedel. De rechtbank moet de homologatie van het akkoord onder meer weigeren:
als de baten van de boedel de som die bij het akkoord geboden is, aanmerkelijk overtreffen;
als de nakoming van akkoord niet voldoende is gewaarborgd;
als het akkoord door bedrog, door begunstiging van een of meer schuldeisers of m.b.v. andere
oneerlijke middelen tot stand is gekomen.
De rechtbank kan ook op andere gronden en ambtshalve de homologatie weigeren. De failliet kan geen tweede
akkoord aan zijn schuldeisers aanbieden in hetzelfde faillissement. Het voordeel van een akkoord voor de
failliet is dat de concurrente crediteuren voor het resterende deel van hun vordering hun vorderingsrecht
verliezen, want er blijft slechts een natuurlijke verbintenis over.
3
, Natuurlijke verbintenis een verbintenis waarbij de schuldeiser de schuldenaar niet meer tot nakoming kan
aanspreken.
Als de schuldenaar zijn verplichtingen uit het akkoord niet nakomt, dan kunnen zijn schuldeisers ontbinding van
het akkoord bij de rechtbank vorderen. Als het akkoord wordt ontbonden dan wordt het faillissement weer
heropend met benoeming van een curator, rechter-commissaris en een schuldeiserscommissie, indien er in het
faillissement reeds een is geweest.
Einde conservatoire fase
De conservatoire fase kan op 3 manieren eindigen:
1. de staat van insolventie
2. homologatie van een akkoord
3. opheffing wegens toestand van de boedel/gebrek aan baten
Het aanbreken van de staat van insolventie in het faillissement of de opheffing van het faillissement wegens de
toestand van de boedel heeft voor rechtspersonen tot gevolg dat zij worden ontbonden. Alleen als de
conservatoire fase eindigt in de staat van insolventie vindt de tweede fase plaats.
In de executoriale fase wordt:
1. de boedel wordt te gelde gemaakt/ spullen verkopen
2. opbrengst wordt verdeeld onder de schuldeisers
De curator stelt voor de verdeling uitdelingslijsten op. Uitdelingslijsten bevat de ontvangsten, uitgaven en
het honorarium van de curator, de namen van schuldeisers, het geverifieerde bedrag van hun vorderingen dan
wel het bedrag van de vorderingen. Einde faillissement door het verbindend worden van de slotuitdelingslijst.
6.4 schuldeisers met een bijzondere positie
Schuldeisers met bijzondere positie:
separatisten
boedelschuldeisers
bevoorrechte schuldeisers
schuldeisers met feitelijke voorrang:
- schuldverrekening/compensatie
- retentierecht
- recht van reclame
- eigendomsvoorbehoud
de fiscus → bodemrecht!
Hoewel de gelijkheid van schuldeisers het uitgangspunt voor de wet vormt, zijn er toch uitzonderingen op deze
hoofdregel. De hoofdregels m.b.t. voorrang zijn als volgt:
1. Bij absolute rechten (pand en hypotheek) gaat het oudste recht voor. (prioriteitsregel)
2. Pand en hypotheek gaan voor voorrechten.
3. Speciale voorrechten gaan voor algemene voorrechten. Rusten er twee speciale voorrechten op
eenzelfde goed, dan hebben zij gelijke rang.
4. De rangorde van de algemene voorrechten wordt bepaald door de volgorde van de wet.
Separatisten hebben niks te maken met de andere schuldeisers in faillissement. Separatisten hoeven hun
vorderingen dus niet te laten verifiëren. Separatist zijn de hypotheek- en pandhouders. Zij behouden hun
voorrang ook in faillissement en zij hebben ook dan het recht van parate executie.
Een batig gerangschikte hypotheek is een hypotheek die uit de opbrengst wordt betaald. De desbetreffende
schuldeisers moeten zich daarom voor het restant van hun vorderingen aanmelden als concurrent crediteur.
Alle vorderingen die door of na de faillietverklaring zijn ontstaan, zijn boedelschulden. Boedelschulden
ontstaan uit het beheer bij faillissement. Zij hoeven niet ter verificatie te worden aangemeld.
4