Hoorcolleges Inkomsten- en
vennootschapsbelasting
College 1 Boxenstelsel, ondernemers- en
ondernemingsbegrip en resultaat overige
werkzaamheden
Uit de eerste vier weken hoef je de arresten niet bij naam of nummer te noemen. Uit
jurisprudentie is voldoende.
Inleiding
- Frits geeft zo’n drie keer per jaar een lezing over bijzondere vogelsoorten in
Nederland. Hij ontvangt €200 per lezing.
o Dit is niet duurzaam, dus geen onderneming. Het is echter wel een vorm van
arbeid, dus het is wel belast. In het geval van arbeid bij resultaat uit overige
werkzaamheden is de ondergrens vrij laag.
- Francien verhuurt een privépandje aan studenten. Zij doet zo min mogelijk.
o Er zijn geen arbeidswerkzaamheden, dus het valt in box 3.
- Quincy drijft sinds 2015 een kaaswinkel in de vorm van een eenmanszaak.
o Dit is een onderneming in box 1 en wordt dus belast als winst uit
onderneming.
1. Boxenstelsel
Het boxenstelsel van de Wet IB 2001
- Box 1 (eigen woning, actieve inkomstenbronnen, winst uit onderneming) 49,50%
o Progressief tarief. Het tarief loopt op. Het laagste tarief is ongeveer 37%.
- Box 2 33%
o Meer dan 5% van het aandelenkapitaal in een BV, dan word je belast in box 2.
Een vennootschap betaalt vennootschapsbelasting. Als de vennootschap
dividend uitkeert, word je belast in box 2.
- Box 3 36%
o Dit is eigenlijk belasting over je vermogen.
Persoonsgebonden aftrekposten worden in eerste instantie van het inkomen van box 1
afgetrokken. Is het inkomen niet toereikend, dan wordt het doorgeschoven naar box 3 en
dan box 2. Is het totaal van deze 3 inkomens kleiner dan de persoonsgebonden aftrek, dan
schuift het restant door naar volgende jaren (art. 6.1 lid 1 sub b).
Verzamelinkomen omvat het totaal van de drie inkomens uit een bepaald jaar zonder dat
eventuele verliezen uit andere jaren daarop in mindering zijn gebracht.
Stelsel Wet IB 2001
- Analytisch stelsel synthetisch stelsel
, o Analytisch systeem alles wordt apart belast. Elke vorm van inkomen wordt
apart belast. Deze kennen wij, want winst uit onderneming en vermogen
worden apart belast in andere boxen.
In box 1 zit inkomen uit eigen woning, maar ook winst uit
onderneming/loon, dus dan wordt het toch bij elkaar op een hoop
gegooid.
o Synthetisch stelsel al het inkomen wat je geniet, wordt op een hoop
gegooid en daaruit wordt belast.
- Individuele belasting (art. 1.1), maar fiscaal partnerschap kan relevant zijn (onder
andere art. 2.17).
o Lange tijd werd het inkomen van de vrouw toegerekend aan de man en dan
werd de man belast. Nu doen we dat niet meer. We kennen een individueel
belastingstelsel, dus iedereen wordt apart belast.
o Fiscaal partnerschap is relevant voor mensen met meer vermogen of
inkomen. Dan kan je bijvoorbeeld inkomen uit eigen woning toebedelen aan
een van de partners. In beginsel belasten we wel individueel.
- Elke box heeft zijn eigen belastinggrondslag en eigen belastingtarief (zie hfst. 2 van de
wet).
- Er geldt een rangorde (art. 2.14).
o Als iets belast is in een voorgaand hoofdstuk wordt het niet daarna nog een
keer belast. Als iets winst uit onderneming is, dan wordt het daar belast en
niet ergens anders.
o Een bate kan slechts een keer als inkomen worden aangemerkt. Wanneer
twee bepalingen beide van toepassing zouden kunnen zijn, gaat die welke als
eerste in de wet staat voor (art. 2.14 lid 1). Dit geldt ook als een bate in de
eerstgenoemde bepaling wordt vrijgesteld.
Actieve inkomensvormen
Eerst bij winst uit onderneming, dan loon uit
dienstbetrekking en dan resultaat uit overige
werkzaamheid.
Let op; er geldt een rangorderegeling (zowel binnen als
buiten de boxen).
Een verlies uit werk en inwoning wordt gecompenseerd met positieve belastbare inkomens
uit box 1 uit de drie voorafgaande jaren (‘carry-back’) en de negen volgende jaren (‘carry-
forward’) (art. 3.150 lid 1). Het verlies wordt eerst voor zover mogelijk terug gewenteld naar
het oudste jaar waarin sprake is van belastbaar inkomen (art. 3.150 lid 5).
2. Bronnenleer
Bron van inkomen
Is er een bron van inkomen?
1. Deelname aan economisch verkeer
2. Voordeel beogen
3. Voordeel verwachten
,Deelname aan het economische verkeer
- Dat wil zeggen privésfeer (hobbysfeer en familiesfeer).
- Oude jurisprudentie over hobbysfeer
o Hobbyboerderijtje (HR 4 december 1935) geen economische verkeer.
o Uit liefhebberij fokken van rashondjes (HR 10 oktober 1951) geen
economisch verkeer.
- Vaste jurisprudentie uit familiesfeer
o Blijven de werkzaamheden binnen het gebruikelijke kader van wederzijdse
hulp en bijstand?
o Als het buiten de familiesfeer is, dan is het bijna altijd al economisch verkeer.
o Als het binnen familiesfeer is, dan kan het nog economisch verkeer zijn als het
buiten de gebruikelijke kaders van wederzijdse hulp en bijstand is en dan word
je dus wel belast.
o Als het binnen familiesfeer is en het is gebruikelijk, dan is het niet belast.
Verzorgen zieke echtgenoot (HR 4 december 1985 & HR 12 mei 2017)
De werkzaamheden zijn gebleven binnen het kader van de tussen echtgenoten gebruikelijke
wederzijdse hulp en bijstand. De werkzaamheden zijn derhalve niet in het economische
verkeer verricht, en vormen daarom geen bron van inkomen.
- De echtgenoot is ziek en echtgenote gaat hem verzorgen en ze krijgt daarvoor €1.000.
Is dat belast? Is dat in het economisch verkeer of niet?
- HR dit is geen bron van inkomen, want het blijft binnen de gebruikelijke hulp en
bijstand van de familiesfeer. Het is gebruikelijk om voor je zieke echtgenoot te zorgen
en dus geen economische verkeer en niet belast.
Verzorgen gehandicapte zoon uit PGB (HR 8 juni 2007)
Het persoonsgebonden budget is uitsluitend bestemd om zorg in te kopen. Het door een
verzekerde inkopen van zorg door gecontracteerde hulpverleners die wordt gefinancierd
vanuit een aan die verzekerde toegekend persoonsgebonden budget, geschiedt derhalve in
het economische verkeer; dat geldt ongeacht of de gecontracteerde hulpverlener al dan niet
tevens in familie- of gezinsverband staat tot de verzekerde. Een en ander brengt mee dat ook
de werkzaamheden die door de aldus gecontracteerde hulpverlener worden verricht, steeds
worden verricht in het economische verkeer.
- PGB-houder kan zorg inkopen bij professionals of als ouder zelf. In dit geval koopt de
ouder zichzelf in. Dat is wel deelname aan het economisch verkeer, omdat het wordt
ingekocht van een verzekerd bedrag. Omdat er een tussenpersoon is waaruit je het
PGB krijgt, is het wel economisch verkeer.
Klussen in huurpanden ouders (HR 22 november 2000)
De enkele omstandigheid dat tussen de werkzaamheden en de ontvangsten een causaal
verband bestaat, en dat zij derhalve de vergoeding voor die werkzaamheden vormen, is
onvoldoende om die ontvangsten aan te merken als inkomsten uit arbeid. Daarvoor is voorts
nodig dat die werkzaamheden zijn verricht in het economische verkeer. In een geval als het
onderhavige, waarin de belastingplichtige werkzaamheden ten behoeve van zijn ouders
verricht, zijn de werkzaamheden slechts in het economische verkeer verricht als zij het kader
van de in familieverband gebruikelijke wederzijdse hulp en bijstand te buiten gaan.
, - Zoon kreeg €8.000 van ouders en de ouders verhuurden panden. Zoon moest
muurtjes slopen, verven en afval opruimen. Dat is buiten gebruikelijke hulp en
bijstand van familiesfeer en daarom wel economisch verkeer en dus belast.
Bankoverval (HR 24 juni 1992)
Het oordeel van het Hof dat het door belanghebbende met de diefstal behaalde voordeel
niet belastbaar is, steunt klaarblijkelijk op de opvatting dat in het economische verkeer
behaalde voordelen niet belastbaar zijn als zij niet de vergoeding vormen voor een jegens
een ander verrichte prestatie. Die opvatting kan niet als juist worden aanvaard, omdat tekst
noch geschiedenis noch stelsel van de Wet IB 1964 tot deze beperkte uitlegging van art. 22
noopt.
- Bankovervaller verleent geen dienst, want geen wederpartij. Dit is niet zo. Het hoeft
niet per se een prestatie te zijn jegens iemand anders. Ook een bank overvallen is ook
belast in de Wet IB. De Wet IB is amoreel. De kosten van een drugsonderneming zijn
daarom bijvoorbeeld ook aftrekbaar.
Voordeel beogen/redelijkerwijs verwachten
- Criterium is (in beginsel) niet van belang bij een dienst die in het economisch verkeer
is verricht met een positief resultaat.
o Positief resultaat = dat je er inkomen uit geniet.
o Zie Staatscommissie-arrest en Medische-proevenarrest
- Deze beslissingen vormden aanleiding voor twee leerstellige arresten (waarin de HR
college geeft);
o Receptenarrest
o Pyramidespelarrest (huidige leer)
Deelname staatscommissie (HR 14 januari 1981)
De onderwerpelijke beloning is terecht aangemerkt als een voordeel uit niet in
dienstbetrekking verrichte werkzaamheden. Dat hieraan niet in de weg staat dat over het
toekennen van een beloning van de werkzaamheden aanvankelijk onzekerheid heeft
bestaan, dat zulk een beloning niet door belanghebbende is beoogd.
Medische proeven (jaar 1) (HR 3 oktober 1990)
Voordelen uit niet in dienstbetrekking verrichte diensten worden, zo zij niet als winst uit
onderneming zijn aan te merken, aangemerkt als inkomsten uit andere arbeid, zonder dat
daardoor handelingen behoeven te zijn verricht of enige bijzondere deskundigheid of
hoedanigheid is vereist. Dat niet enig voordeel was beoogd of kan worden verwacht, is
daarvoor evenmin van belang.
Nasi-en-bami-arrest (HR 14 april 1993)
Het Hof heeft deze gevolgtrekking mede doen steunen op zijn oordeel dat het arrest
Medische proeven zou volgen dat voor de vraag of voordelen uit niet in dienstbetrekking
verrichte werkzaamheden en diensten zijn aan te merken als inkomsten, niet van belang is of
met die werkzaamheden of diensten een voordeel wordt beoogd en redelijkerwijs kan
worden verwacht. Zo algemeen gesteld is dit oordeel niet juist.