03/02/2020 HC 01: Introductie + chapter 2
Toetsvragen zijn gebaseerd op het boek en presentaties.Hoofdstukken 2-6, 10-13, 15, 19 en
23. De hoorcolleges alleen zijn niet voldoende.
- Exam 1 > hoofdstukken 2-6
- Exam 2 > hoofdstukken 10-13, 15, 19 en 23
Lees de hoofdstukken en leer deze samen met voorbeelden van verschillende ziektes
(summary is het belangrijkst).
Voor de praktische opdracht 2 papers insturen in pdf > welke je de assignment over moet
doen (presentatie). De paper moet een impact factor van minstens 4 en niet ouder dan 5
jaar. Ook moet het een primary paper zijn en één van de auteurs moet aangesloten zijn bij
de VU/Amsterdam UMC. De presentatie duurt 8 minuten. 13 februari moeten de artikelen
ingeleverd worden.
Critical Assessment Task:
- Content
- Structure
- Presentation techniques
- Visual
- Discussion
Macro Practical:
Je moet de ziekte identificeren aan de hand van menselijke preparaten die een ziekte
hebben. 3 of 4 maart in het ziekenhuis, maar 5 maart is het in het nieuwe
universiteitsgebouw. De digital microscope practical zal gemaakt moeten worden in de
daarvoor bestemde weken.
Inhoudelijk deel chapter 2
Pathologie = study of disease.
Disease = iets dat zorgt voor het verliezen van de normale gezondheid van een individu >
combinatie van verschillende features zoals signs (kan je zien dat iemand ziek is), symptom
(je kan dit niet zien aan de patiënt, bijvoorbeeld misselijkheid), morphological en functional
(hoe de ziekte het weefsel/orgaan verandert + bloed in lichaam).
Normal = most frequent state in de populatie bepaald door leeftijd, distributie en gender. Het
is de meest common feature in de humane populatie.
Systematic description:
- Epidemiologie > frequency of disease (belangrijk). Meest belangrijke risicofactor voor
cranial bleeding, dat is hypertensie
- Cause > tumoren die geassocieerd zijn met abnormaliteiten in moleculaire pathways
> erfelijkheid wordt zo verklaard voor sommige tumoren.
- Pathogenesis (disease mechanisms) > je zult zo de disease mechanismen beter
begrijpen. Je kan deze kennis toepassen in de moleculaire pathway, op basis van
waar het mis zal gaan
- Symptoms, manifestations > tumoren hebben veel bloedvaten en dit kun je zien
- Complications and sequelae > longen bestaan uit prolifererende fibroblasten, veel
minder plaats voor lucht en uiteindelijk zal dit ook van invloed zijn op het hart > heart
, failure (complicatie). De resultaten van de ziekte (brain bleeding door hypertensie >
bloed weghalen, maar tijdens de bleeding is het breinweefsel toch beschadigd
geraakt door een tekort aan zuurstof > disturbance in language) en dit noemen we
sequelae
- Prognosis > wat zijn de kansen voor de patiënt en hoe lang zal de patiënt kunnen
overleven en welke problemen zullen ontstaan
- Mortality > 3 opties: patiënt gaat dood, patiënt geneest, patiënt blijft in leven maar
geneest niet en deze opties moet je voorspellen.
Terminology:
- Prefixes (voorzetsel die iets zeggen over de ziekte)
- Moduleren van het woord aan het einde (suffixes
- Eponyms > ziektes die benoemd worden aan de hand van de persoon die ze heeft
ontdekt
Pathology gaat van operatie naar diagnose en bestudeerd de disease mechanisms en de
evaluatie van de behandeling van de ziekte. Bijvoorbeeld die fibroblasten die zorgde voor
straffe longen > we kijken naar de longen na het overlijden en we beoordelen of de
behandeling heeft gewerkt of niet. Totaal doen we ongeveer 40.000 diagnoses op basis van
weefsels, maar ook body fluids.
- Histologie > biopsies, resecties etc.
- Cytology > fine needle aspirations (lymfeknoop), brushes (galblaas), fluids, smears,
urine en CSF
- Autopsies > body/brain waarbij vanuit macroscopie naar microscopie gegaan wordt
en de reden waarom is niet alleen vanwege dood, maar kan ook zorgen voor de
bevestiging van de diagnose en of de behandeling werkt of niet en of een operatie
gecompliceerd is door iets anders.
We willen zoveel mogelijk informatie over de cellen en weefsels weten (moleculaire
diagnostiek/moleculaire fingerprint), omdat we dan beter ziektes kunnen indelen + prognose
geven. Als tyrosine kinase te hard werkt kan dit in de moleculaire pathway zorgen voor de
groei van de tumor > repressor voor deze kinase toevoegen.
Welke informatie is relevant voor het leren over een ziekte:
- Diagnose: benign vs malignant en type of tumor
- Prognosis: TNM kwalificatie (de ernst van de tumor aan de hand van de metastasen)
en radicaliteit
- Prediction: response op de behandeling
HeLa cellen komen van cervicale kanker, maar worden tegenwoordig gebruikt als
stamcellen voor verschillende testen. Ziekte heeft dus altijd twee kanten, een negatieve,
maar ook een positieve. Bij een missense mutatie zien we een verandering van een
nucleotide en daardoor zien we dat het codeert voor een ander eiwit > soms kent dit
gevolgen (proline verandert de plek van bending van een eiwit en heeft dus wel invloed).
Wat ook kan gebeuren is een deletie, waardoor de triplet volgorde ook wordt veranderd >
nonsense protein of dat een vervroegd stopcodon wordt ingebouwd. Sickle cell anemia is
het gevolg van de verandering van één aminozuur, dus deze kleine verandering kan soms
een ziekte tot gevolg hebben.
,Etiology en pathogenesis zijn verschillende woorden. Cholera is een bacteriële ziekte die
een toxine aanmaakt die schadelijk is voor je gut cells. De toxine zorgt voor diarree,
waardoor je veel fluids verliest en als je niets doet, zal je overlijden. Etiology > bacterial
infection. Pathogenesis > toxine die de diarree veroorzaakt en de weg die de toxine aflegt
om uiteindelijk de ziekte te veroorzaken.
Het DNA is georganiseerd in chromosomen (46 chromosomen) die enorm compact zijn. Dit
is bewerkstelligd door histonen waar het DNA omheen is gewonden
(heterochromatin/euchromatine). Via het strakker winden/losser winden van het DNA kan
DNA expressed/silenced worden.
Schleiden, Schwann en Virchow waren de eersten die keken naar cellen. Schwann ontdekte
de zenuwen en zag dat op het moment dat iets mis was dit een gevolg had. Virchow
ontdekte dat disfunctioneren teruggeleid kan worden naar bepaalde cellen. In totaal maken
alle cellen samen een organisme. Je kan op steeds grotere schaal een community
definiëren: cellen, mieren en mensen. Een schimmel overleefd met weinig voedsel en zorgt
voor de vorming van een community van cellen wat dit multicellulair organisme oplevert.
Multicellular individuals: a niche in nature, with its own possibilities, but also its problems.
Het interne milieu is geoptimaliseerd voor bepaalde functies van het organisme (verstoppen
voor predators en zorgt voor overleving), maar als het interne milieu goed is voor jou trek je
ook intruders aan die profiteren van jouw interne milieu > infectieziekten en daarom heb je
beschermingsmechanisme nodig.
Organisatie en clear division van taken is nodig en daarvoor moet je ze wel weer aanvullen
via proliferatie (sommige cellen, zoals stamcellen), maar dat kan kanker tot gevolg hebben
op het moment wanneer de proliferatie uit de hand loopt. Je hebt dus een soort van
discipline nodig vanuit cellen om deze proliferatie onder controle te houden.
De meeste cellen in ons lichaam gaan niet ons hele leven mee en moeten worden
vervangen. In totaal heeft het humane lichaam 3.720 biljoen cellen.
In de meeste gevallen kunnen de cellen adapteren wanneer de schade niet te erg is. Op het
moment van hoge bloeddruk/veel high strength activiteiten, dan vraag je meer van je
hartcellen en zij zullen groeien (hypertrofie) om zo aan te passen aan de omstandigheid.
Adaptatie is reversibel > bijvoorbeeld daling van de bloeddruk. Wanneer cellen niet meer
kunnen adapteren, zullen ze dood gaan en dit heet celdood. Het witgele gebied duidt op een
infarct > tekort bloedtoevoer naar dat deel door blokkade van de bloedtoevoer of er wordt
gewoon teveel bloed gevraagd en aan deze vraag kon niet worden voldoen.
Hypertrofie = increase in the size of cells, NO zorgt voor deze increase in het aantal cellen.
We zien dus niet dat het AANTAL cellen toeneemt (BELANGRIJK). De uterus en hart zijn
goede voorbeelden, aangezien spiercellen niet in aantallen kunnen toenemen.
Myocardial hypertrophy:
- Mechanical stretch > samentrekken met meer kracht, maar er is een maximum.
Overschrijding van het maximum zorgt voor het verlies van werking (cardiac failure)
- Agonists
- Groeifactoren
Al deze signalen signaleren naar de cel en deze reageert door verschillende factoren aan te
, maken en mechanical performance stijgt tot het optimum.
Hyperplasia = het aantal cellen neemt toe en NIET een toename in grootte. Ductal
hyperplasia > melkklier in aantal cellen neemt toe bij de vrouw. Sommige van deze condities
kunnen zich ontwikkelen tot borstkanker (1 op de 8 vrouwen in NL). Deze lesions worden
vaak gevonden en we zijn nog niet in staat om te voorspellen welke wel schadelijk zullen zijn
en welke niet. Wanneer de vraag naar melk groter wordt > hyperplasia van de ductal
epithelial cells.
Atrofie = decrease of tissue by decrease of cell size and/or number. In het gezonde brein
zien we meerdere windingen, maar in het zieke brein (Alzheimer) zien we dat neuronen zijn
overleden en het brein veel grotere sulci kent en gekrompen is.
- Autophagy > cellen onder slechte omstandigheden (tekort voeding) eet het zichzelf
op. Organellen worden gedegradeerd door fusie met lysosomen. Zo krimpen cellen
en behouden ze energie voor wanneer de tijden beter zijn. Het is reversibel op het
moment dat de cel genoeg nutriënten krijgt en nieuwe organellen gaat maken.
Wanneer de cel to far gaat, dan zal het overlijden. (Alzheimer)
- Proteasomal degradation > eiwitten krijgen een ubiquitine tag en dit wordt herkend
door het proteasoom en afgebroken.
- Apoptose > geprogrammeerde celdood, op het moment dat de cel bijvoorbeeld een
kankercel dreigt te worden, zal het zichzelf doden. Uiteindelijk zullen de
afbraakproducten snel opgeruimd worden en binnen een half uur is de cel weg >
heel snel. Dit gebeurt wanneer je de cel niet meer nodig hebt (embryo met vliezen
tussen de vingers).
Metaplasia = replacement of one tissue by a (normal) other tissue (vorm van adaptation). In
de longen hebben we op ons membraan de cilia die deeltjes wegvangen en deze uit de
luchtwegen verwijderen. Het epithelium wordt vervangen door iets dikkers op het moment
dat je rookt en deze biedt meer resistentie tegen de rook. Het is niet erg, maar het hoort
daar niet te zitten en zal uiteindelijk een vergrote kans geven op maligniteiten. Het
columnaire epitheel (zit ook in de maag) en is beter bestand tegen zuren.
Celdood gebeurt niet plotseling, aangezien de cel iets van reserve heeft. Oxygen
depletion/shortage is belangrijk, aangezien veel processen in de cel zijn afhankelijk van
energie en hiervoor is zuurstof nodig. Wanneer er onvoldoende zuurstof is, zal de cel
opzwellen > Na/K pomp die actief natrium uit de cel pompt en kalium in en zal gaan
disfunctioneren en stoppen > natrium stroomt de cel in en zorgt voor waterstroom en zorgt
voor zwelling. Dit is reversibel > zuurstoftoevoer en de pomp gaat weer werken en herstelt
het.
Wanneer dit niet snel genoeg gebeurt, dan zal binnen 4-5 minuten het weefsel necrotisch
worden en dood gaan.
- We zien dat de tubuli geen nuclei meer hebben en daaraan kan je zien dat het
weefsel dood is (necrotisch), maar de structuur blijft intact > coagulation necrosis.
- In het brein zien we ook necrotisch weefsel (ook triangular in shape, dat is meestal
zo) en het dode weefsel coaguleert niet, maar lost op en uiteindelijk krijg je een gat >
colliquative necrosis.
- Longen met tuberculose > caseous necrosis
- Inflatie in de pancreas en lipase wordt vrijgegeven en eet de pancreas op. De