Samenvatting E-mental health-interventies
PM1012
1 E-mental health: een inleiding
2 Juridische aspecten van online
3 Ethisch kader voor het gebruik van technologie in de geestelijke gezondheidszorg. In
Therapie online: een praktische gids voor hulpverleners
4 De effectiviteit van online psychotherapeutische behandeling voor diverse psychische
aandoeningen en leeftijdsgroepen: een narratieve review
5 Klinische computerdiagnostiek. In F. Luteijn, D. Barelds, Psychologische diagnostiek in de
gezondheidszorg
6 Validation of online psychometric instruments for common mental health disorders: a
systematic review.
7 De experience sampling methode: Meerwaarde voor diagnostiek en behandeling na
hersenletsel.
8 Mobile cognitive testing using experience sampling.
,Reader 1
Achtergrond en effectiviteit
Tekst 1 E-mental health: een inleiding
Bijna driekwart van de Nederlanders gebruikt het internet om informatie te zoeken die te maken heeft met
gezondheid (tegenover 46 procent van de Belgen); het hoogste percentage van alle Europese landen.
‘e-health’ = het gebruik van ICT, en met name internettechnologie, om gezondheid en gezondheidszorg te
ondersteunen of te verbeteren.
Binnen de geestelijke gezondheidszorg (ggz) wordt er gesproken van e-mental health= het gebruik van ICT om
mensen met psychische klachten en/of aandoeningen te informeren en/of te ondersteunen met betrekking tot
hun psychische gezondheid om zo het herstelproces en daarmee hun kwaliteit van leven te verbeteren.
De definitie van e-health en e-mental health is vrij breed. Automatisering van bedrijfsprocessen, het
elektronisch patiëntendossier en cameratoezicht in een separeerruimte vallen hier ook onder.
m-health= omvat hetzelfde als e-health en e-mental health, waarbij specifiek mobiele
communicatietechnologieën, zoals een mobiele telefoon of tablet, worden ingezet om (mentale) gezondheid
en gezondheidszorg te ondersteunen of te verbeteren.
E-mental health is geen doel op zich, maar moet worden beschouwd als een middel dat kan worden ingezet om
mensen met psychische klachten en naasten te informeren en ondersteunen. Het gaat hierbij om: het leveren
van efficiënte, betaalbare en toegankelijke zorg van hoge kwaliteit waarbij er meer eigen regie voor cliënten
mogelijk is.
‘ELIZA-effect’= De neiging om het gedrag van computers te vermenselijken en ze meer intelligentie toe te
schrijven dan ze in werkelijkheid hebben.
Geïnspireerd door ELIZA ontwierp psychiater Kenneth Colby enkele jaren later een stukje intelligente software
dat de naam PARRY droeg. PARRY moest de gedachtegang van een paranoïde patiënt simuleren en bleek hier
goed in te slagen.
In 1986 werd in de Verenigde Staten aan Cornell University ’s werelds eerste online helpdesk opgericht, ‘Ask
uncle Ezra’.
ELIZA, PARRY en ‘Ask uncle Ezra’ zijn drie prille voorbeelden van mens-computerinteractie.
Daarnaast hebben technologische ontwikkelingen in de loop der tijd een grote invloed gehad op de manier
waarop behandelingen werden aangeboden.
Er kunnen ruwweg drie fasen worden onderscheiden in de geschiedenis van e-health:
1.de informatiefase: Tijdens de informatiefase, begin ‘90, werd het internet voornamelijk gebruik om
cliënten te informeren. Instellingen kregen eigen website waar info op stond: cliënten mn rol als leerling,
waarbij hulpverleners als expert hun kennis deelden.
2. de communicatiefase: midden ’90, meer mogelijkheden voor communicatie, Terwijl vroeger interactie
alleen plaatsvond tussen gebruiker en computer, was het nu mogelijk om te interacteren met anderen.
In 1997 werd de International Society for Mental Health Online opgericht, met als missie:
, het internationaal bevorderen van de ontwikkeling en inzet van ICT op het gebied van de mentale gezondheid.
In Nederland ontstonden er toen verschillende initiatieven rond het aanbieden van e-mental health-
interventies:
- De telefonische hulpdienst Utrecht bood een chatmogelijkheid aan
- in 1999 startte de Universiteit van Amsterdam met de eerste online behandeling voor het posttraumatische-
stress-syndroom (= was pilot, maar uitkomst was gunstig)
- ontstaan van ontwikkeling van m-health
3. de communityfase gekenmerkt door:
- geïntegreerde netwerkplatforms (e-communities) (waarbinnen cliënten, behandelaren, fam en
ervaringsdeskundigen kunnen interacteren via fora, online spreekuren en blogs).
- Bij e-health 3.0 bepaalt de gebruiker hoe en met wie hij welke informatie deelt en samenwerkt en draagt hij
bij aan het opbouwen van een community van multideskundigen. Ook toegang tot digitale producten: zoals
vragenlijsten, tests, games en apps
- sprake van een meer horizontale, op gelijkwaardigheid gerichte relatie tussen hulpverlener en cliënt.
Voordeel:
- Daardoor cl meer in de lead en zelfhulp en zelfredzaamheid worden daarbij gestimuleerd
- grip op zijn klachten, hij kan tijdig preventieve maatregelen nemen en klachten in een eerder stadium
bijsturen
De Nieuwe GGZ, een beweging die zich inzet voor het centraler stellen van de cliënt, probeert deze 3.0-
gedachte verder uit te dragen. Binnen de Nieuwe GGZ ligt de nadruk op herstelvermogen, eigen regie en
verantwoordelijkheid met behulp van inzet van digitale mogelijkheden die e-communities kunnen bieden.
Intensiteiten van e-mental health-interventies
Op basis van de mate van contact met de behandelaar kan een indeling worden gemaakt in de volgende drie
intensiteiten van e-mental health-interventies:
1.zelfhulp: cl zelfstandig een gestandaardiseerd therapeutisch programma door, vb; psyco educatie.
Effect: mn preventieve sfeer
Nadeel : hoge drop-outgetallen en relatief lage statistische effectgroottes
Voordeel: groot deel van de bevolking bereiken en lage kosten
Kleine effecten op populatieniveau kunnen al leiden tot een aanzienlijke gezondheidswinst.
2.begeleide zelfhulp : is er een actievere betrokkenheid van de behandelaar. VB: behandelprogramma met
online psycho-educatie, standaard huiswerkopdrachten en gestandaardiseerde feedback. De behandelaar heeft
een coachende rol, hoeft geen psycholoog te zijn. Deze ondersteuning is meestal gelimiteerd tot 60-90 minuten
per behandelingstraject.
Nadeel: duurder en minder toegankelijk.
Voordeel: vergroot effect van de interventie aanzienlijk en verlaagt de drop-outaantallen
3.online psychotherapie: Dit is de meest intensieve vorm, waarbij er ook een therapeutische relatie wordt
aangegaan. Allen door: geregistreerd psycholoog of psychotherapeut. Vaak gebaseerd op CGT, via een
, beveiligd platform. Vaak : kortdurende geprotocolleerde interventies: vb: behandeling van depressie, duurt
acht tot tien weken. Maar tegenwoordig ook: IPT, ACT, psychodynamische psychotherapie, mindfulness-
interventies, fysieke-activiteit-interventies, aandachtsbias-modificatie-training.
Onderzoek heeft aangetoond dat de mate van betrokkenheid van een therapeut van invloed is op de
effectiviteit van een interventie. Naarmate er meer contact plaatsvindt tussen cliënt en behandelaar, zal de
interventie over het algemeen effectiever zijn . Door:
-de sociale controle en steun die de therapeut biedt
-de therapeut gerichtere feedback geven en een deelnemer extra motiveren
Te veel ondersteuning kan belemmerend werken:
- negatieve impact heeft op de motivatie,
-de autonomie vermindert
- kansen voor leren aantast
Optioneel contact met een therapeut kan echter leiden tot voortijdige uitval.
Het verschil in effectiviteit tussen begeleide zelfhulp en online psychotherapie is vaak lastig aan te
geven, omdat :
-de grens tussen beide vormen niet gemakkelijk is te trekken
-de behandelprogramma’s binnen de literatuur niet altijd even duidelijk worden beschreven
-begeleide zelfhulp en online psychotherapie in de literatuur vaak als synoniemen gebruikt
Communicatie binnen e-mental health-interventies
communicatie op verschillende manieren plaatsvinden:
- cliënt enerzijds en web-based informatie anderzijds
- zelfhulp zonder tussenkomst van een hulpverlener, communicatie:tussen cliënt en interactieve
geautomatiseerde feedback.
- begeleide zelfhulp en online psychotherapie: contact tussen een behandelaar en een cliënt direct (synchroon)
of indirect (asynchroon) verlopen.
Synchrone en asynchrone online communicatie vereisen specifieke communicatievaardigheden van zowel
cliënt als behandelaar.
synchrone communicatie hebben cliënt en behandelaar realtime contact; kunnen en worden geacht om
onmiddellijk op elkaar te reageren. Vb: Instant messaging (chat) en videoconferentie
asynchrone communicatie vindt de communicatie niet gelijktijdig plaats en kunnen beide partijen zelf het
moment kiezen waarop zij reageren, vb e-mail.
Nadeel: geen gelegenheid om onmiddellijk verduidelijking te vragen of in te gaan op verkeerde interpretaties.
Dit kan van invloed zijn op een goede online therapeutische relatie
Een combinatie van bovengenoemde modaliteiten is ook mogelijk.
‘online disinhibitieeffect’ = laat zelfs zien dat personen zich op het internet vaak minder gesloten opstellen
dan in face-to-face-situaties. Behandeling via het internet levert over het algemeen een sterke therapeutische
relatie op, die niet onderdoet aan die van face-to-face-behandeling