een samenvatting voor het auto-theorie examen. een duidelijke samenvatting die alle onderwerpen kort doorneemt. belangrijke zaken zijn dikgedrukt of geel gemarkeerd.
Samenvatting theorie-examen.
Verkeersdeelnemers: iedereen die meedoet aan het verkeer. Dit is onderverdeeld in bestuurders en
voetgangers.
Bestuurder van een motorvoertuig: zit achter het stuur of houdt toezicht.
Houder van een motorvoertuig: heeft het voertuig gekocht of een langere tijd in gebruik.
Voetganger: te voet, loopt met een fiets, rolschaatsen, skateboard, rolstoel of een scootmobiel.
LET OP: een scootmobiel is alleen een voetganger op de stoep, als de scootmobiel op het fietspad
rijdt is het een bestuurder.
Extra opletten voor:
- kwetsbare verkeersdeelnemers
- verkeersregelaars en brigadiers
- uitvaartstoeten: te herkennen aan het zwarte vaantje met een witte rand en 3 witte lijnen op de
voorste auto. De stoet mag je niet doorsteken
- militaire colonnes: de colonne mag je niet doorsteken
Iemand met een handkar, bijvoorbeeld een ijscokar, is een bestuurder.
Iemand naast of op een groot dier (koe, paard) is een bestuurder.
Een kind is een kwetsbare verkeersdeelnemer, omdat ze impulsief en slechte bestuurders zijn.
kinderen tot 12 jaar mogen op de stoep fietsen en zijn dan voetgangers.
Er zijn 4 soorten verkeersregelaars:
- beroeps: bij tijdelijke verkeersmaatregelen
- transport: bij lange, hoge en brede transporten
- evenementen
- verkeersbrigadiers: vaak een oversteekhulp
Veilig rijden:
- de weg kunnen overzien
- en je auto kunnen stoppen
-zonder jezelf of anderen in gevaar te brengen
Je hebt de:
-verkeersnoodzakelijke stop: gedwongen stop = moeten stoppen
- vrijwillige stop: willen stoppen
Om veilig en op tijd te kunnen stoppen:
- houd je rekening met de stopafstand
- volg je de 2-seconden regel
-houd je soms extra afstand
Snelheid x 2 =stopafstand x 4
, Motorrijtuigen en motorvoertuigen: zijn alle voertuigen die niet op rails rijden.
De personenauto: een motorvoertuig op 4 wielen, gemaakt voor maximaal 8 personen, exclusief
bestuurder.
De bedrijfsauto: mag maximaal 3500 kg wegen
De vrachtauto: mag een maximum massa boven 3500 kg hebben
De aanhangwagen: is een voertuig dat door een ander voertuig wordt voortbewogen
De motorfiets: heeft 2 wielen en soms een zijspan of aanhangwagen
Het 3-wielige motorvoertuig: heeft 3 symmetrisch geplaatste wielen en kan harder rijden dan 45
km/u.
De snorfiets: is een motorrijtuig op 2 wielen met een maximale snelheid van 25 km/u en een blauw
kentekenplaat.
De bromfiets: een motorrijtuig op 2 wielen met een maximale snelheid van 45 km/u en een gele
kentekenplaat,
De elektrische fiets: een gewone fiets met trapondersteuning.
De segway: een elektrisch voertuig.
De brommobiel: 3 of wielen en een carrosserie.
Het gehandicaptenvoertuig: kan een hulpmotor hebben en gaan maximaal 45 km/u.
De autobus: meer dan 8 personen, maximaal 80 km/u.
De lijnbus: heeft een vaste route en rijd maximaal 80 km/u.
De T-100 bus: mag maximaal 100 km/u. verplichte gordels, geen staplaatsen.
De weg: is een verzamelnaam voor alle verkeerswegen en paden, op, over en onder de grond,
inclusief de berm.
De rijbaan: is het verharde deel van de weg waar voertuigen rijden.
De rijstrook: is het deel van de rijbaan dat net iets breder is dan de auto.
De parkeerhaven: is het verharde weggedeelte langs de rijbaan, het is voor stilstaande of gepareerde
voertuigen, je herkent het aan de “P”.
Een vluchthaven: is zonder “P”, daar mag je alleen stilstaan of parkeren als je pech hebt.
Het kruispunt: is een kruising of een splitsing van wegen. Een Y-splitsing of rotonde is ook een
kruising.
Haaientanden: zijn witte voorrangsdriehoeken op het wegdek bij een kruispunt.
De fietsstrook: is een deel van de rijbaan
Het fietspad: is geen onderdeel van de rijbaan, het staat er los van.
De bus strook: is een deel van de gewone rijbaan.
De busbaan: is gescheiden van de andere rijbanen.
De autoweg: hier mogen alleen motorvoertuigen komen die harden dan 50 km/u mogen en kunnen
rijden. De standaard snelheid is 100 km/u.
De autosnelweg: hier mogen alleen motorvoertuigen komen die harder dan 60 km/u mogen en
kunnen rijden, de standaard snelheden zijn: 06-19= 100 km/u. 19-06= 130 km/u.
Het tegelijk invoegen en uitvoegen van het verkeer heet weven. Als een invoegstrook overgaat in een
uitrijstrook krijg je een weefstrook of weefvak.
het verdrijvingsvlak is het deel van de rijbaan met schuine strepen.
Ritsen: het verkeer moet om en om invoegen omdat de rijbaan smaller wordt.
Een auto van Rijkswaterstaat is een voorrangsvoertuig, een dierenambulance niet.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper benteclever. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,16. Je zit daarna nergens aan vast.