Samenvatting van samenvatting: Media, Maatschappij en Politiek
5 Principes van politieke communicatie
1. Politieke macht kan worden vertaald in macht over nieuwsmedia
2. Wanneer autoriteiten de controle over pol omgevingen verliezen, verliezen ze ook de controle over
nieuws.
3. Bestaat geen objectieve journalistiek
4. Media zijn toegewijd aan een goed verhaal
5. Belangrijkste effecten van nieuws > blijft onopgemerkt bij burgers
Frontdoor: machtige politici > zijn interessant genoeg > hebben snel (posi) media aandacht
Backdoor: minder machtige politici > moeten interessant gemaakt worden (geweld, naakt)
Sidedoor: slachtoffer van de overheid (burgerlijke ongehoorzaamheid) politie gewelddadig
Macht: vermogen op doelstellingen te bereiken, controle uit te voeren, hiërarchisch (a zorgt dat b iets doet >
superieure= principle, ondergeschikte= subaltern)
● Persoon kan bepaalde uitkomsten forceren, agenda instellen, frame instellen
4 vormen van macht
Correctieve (=die opties voor acties beïnvloeden) 1. opties beperken 2. relaties veranderen.
Overtuigende(= die redenen voor acties beïnvloeden) 3. betekenis vormgeven 4. waarden vormen > alle 4
hiërarchisch, ruimte voor weerstand & ondergeschikte handelt uit overtuiging.
● Panopticisme > systematische ordening & controle van mensen door subtiele krachten (surveillance)
Politici hebben media nodig om: 1. bekend worden 2. supporters mobiliseren 3. publieke opinie beïnvloeden 4.
beleid beïnvloeden.
Media hebben politici nodig als: 1. bron van informatie 2. legitimiteit bron 3. impact op mensen
Competitive symbiosis: politici & journ hebben elkaar nodig, dus strategische relatie met minimale kosten
Media als democratic watchdog: media neemt initiatief, onderzoeksrapportage, onafhankelijk onderzoek,
documenteren, publiek tijdig informeren. Kritiek: media faalt en wordt overgenomen door kap-meerderheid (marx)
Framing: selecteren van bepaalde aspecten en specifieke elementen benadrukken
Ideologische hegemonie: nieuws door 5 filters om dominante ideologie uit te drukken
5 filters van propagandamodel
Size & ownership, advertising, sourcing, flak, anti-ideologie/fear > media niet gecensureerd maar wel beïnvloed.
Indexeringstheorie: nieuwsmedia volgen wat politieke elite belangrijk vindt, waardoor publieke discussie wordt
beïnvloed. > bronafhankelijkheid (van pol elite), indexering op machtsstructuren (standpunten elite), beperkte
diversiteit standpunten, journalistische onafhank & zelfcensuur (kritieke ow vermijden voor toegang politici),
machtgap in samenleving (weerspiegelt en houdt media in stand).
Indexinghypothese: media stemmen berichtgeving af op politieke elites om toegang tot info te behouden no vijand
Spindoctors: communicatieprofessionals in dienst politici helpen imago verbeteren + voordelig te beïnvloeden.
Pundits: experts die in de media hun mening en analyses ter info delen over politiek en maatschappelijke kwest.
Politieke indexering: invloed overheid en machtige groepen op hoe media nieuws presenteren (door beloon en straf)
Selectieve blootstelling: informatie ontvangen die aansluit bij je interesses (en mogelijk uitsluiten andere info)
Hyperpersonalisatie: algoritmes bedienen je op maat
Consensussferen (3 vormen van publieke discussie) 1. consensus: ow met brede overeenstemming (pedofili=slecht) 2.
legitimate controversy: ow met publiek debat, journ geeft meerdere mening (windmolens) 3. deviance/afwijking:
ow taboe (terrorisme)= onacceptabel & wordt niet behandeld
Verliezen controle over media & pol omgeving: verlies controle gebeurtenis, controle informatie & controle
consensus. + media = verhoogd risico op verlies (makkelijk gehackt en makkelijker verspreiden)