Hoofdstuk 7 “The executive branch” en Hoorcollege 9 (1e deel)
The separation of powers: Trias Politica à separation of powers
- Executive branch (uitvoerende macht)
- Juridical branch (wetgevende macht)
- Legislative branch (rechterlijke macht)
De scheiding der machten is noodzakelijk omdat mensen geneigd zijn tot gedrag dat zichzelf
dient en niet het grotere geheel. Met andere woorden, we zijn ambitieus en zelfzuchtig; we
zijn geen engelen.
Elke afzonderlijke tak van de regering (uitvoerende, wetgevende, enz.) staat in concurrentie
met de andere takken, aangezien mensen binnen deze takken vaak hun eigen ambities volgen.
Omdat de afzonderlijke takken hun eigen constitutionele rechten hebben, kunnen ze zichzelf
beschermen tegen andere takken die macht over hen willen verkrijgen. Dit wordt een systeem
van "checks and balances" genoemd.
Omdat de afzonderlijke takken hun eigen constitutionele rechten hebben, kunnen ze zichzelf
beschermen tegen andere takken die meer macht willen verkrijgen.
Executive Branch (President en administratie):
- Bevoegdheden: De president kan een veto uitspreken over wetgeving die door het
Congres is aangenomen.
- Controle: De president benoemt rechters voor het Supreme Court.
Legislative Branch (Congress):
Bevoegdheden:
- Het Huis van Afgevaardigden en de Senaat kunnen elkaars wetsvoorstellen blokkeren.
- Het Congres kan het veto van de president negeren met een tweederdemeerderheid.
- Het Congres kan de president en rechters afzetten en hun functie ontnemen
(impeachment).
Controle: Het Congres keurt de benoemingen van de president goed en controleert het
budget.
,Judicial Branch (Supreme Court):
- Bevoegdheden: Het Supreme Court kan wetten en besluiten van de president
ongrondwettelijk verklaren.
- Controle: Toezicht houden op de grondwettelijkheid van acties van de Executive en
Legislative Branch.
Dus: Het systeem zorgt ervoor dat geen enkele tak te veel macht krijgt door een wederzijdse
controle en machtsevenwicht.
Executive branch: (= government)
1. Political executive: politieke leiders zoals premiers, kabinetten, in sommige systemen
presidenten.
2. Civil servants: niet-gekozen ambtenaren die zorgen voor de uitvoering van beleid en
stabiliteit waarborgen bij regeringswisselingen.
Taken uitvoerende macht
1) Strategic priorities: het stellen van strategische prioriteiten
2) Draft corresponding legislation: het ontwerpen en goedkeuren van wetgeving
3) Develop policy initiatives: Beleidsvoorstellen ontwikkelen
4) Issue government orders: Bevelen uitvaarden
5) Mobilize support: Publieke steun verkrijgen voor beleidsmaatregelen
6) Oversee policy implementation: Toezichthouder op de ambtenarij
De verschuiving van macht van parlementen naar de uitvoerende burgers heeft geleid
tot vragen:
- De autonomie van de uitvoerende macht
- De verantwoordingsplicht richting parlement en burgers
7.2 De constitutionele positie van de politieke uitvoerende macht
1) Parliamentary system: het parlement vertegenwoordigt de kiezers; de regering is
exclusief verantwoordelijk aan het parlement
VB: NL, tweede kamer
2) Semi-presidential system: zowel de president als de premier hebben macht, vaak met
gedeelde verantwoordelijkheid, deze zijn verantwoordelijk aan het parlement.
VB: FA, benoemt de president de premier, maar de premier is afhankelijk aan de
parlementaire system
,Verschil tussen de 2: een heeft een populaire geselecteerde president en de ander niet.
3) Presidental system: de president is zowel staatshoofd als regeringsleider en wordt
rechtstreek gekozen door het volk
VB: Cyprus
Verschillende formaten: In sommige semi-presidentiële democratieën is de president zo
machtig dat hij of zij grondwettelijke voorrang heeft boven de premier als formeel hoofd van
de uitvoerende macht. Frankrijk is hiervan een goed voorbeeld.
Verschillende formaten: Sommige semi-presidentiële systemen hebben een president met
een symbolische rol en bijna geen macht.
De constitutionele positie bepaalt hoe macht is verdeeld tussen de uitvoerende macht en
andere takken van de overheid, zoals parlementen en rechterlijke macht.
Ongeacht de grondwet is er altijd een fundamentele afhankelijkheid van de wetgevende
macht:
"Om een regering te vormen en in functie te blijven, moet een regering de steun hebben van
een meerderheid in het parlement."
Er is een principal-agentrelatie tussen de parlementaire meerderheid (principal) en de
regering (agent).
Het parlement delegeert aan de regering de macht om beleid te ontwikkelen en de uitvoering
ervan te controleren, onder voorwaarde van parlementaire verantwoording
7.3 De structuur en samenstelling van de politieke uitvoerende macht
De politieke uitvoerende macht bestaat uit drie kerncomponenten
1) Prime minister
De leider van de regering, verantwoordelijk voor het coördineren van het beleid en het
aanstellen van de ministers
VB: Duitse bondskanselier
2) Cabinet
Een groep ministers die verantwoordelijk zijn voor specifieke portefeuilles zoals onderwijs,
defensie, financiën (legislative initiative)
3) President (in sommige systemen)
Kan zowel een ceremoniële rol vervullen als een uitvoerende rol
Civil servants zijn het tweede deel van de executive branch**
Civil service
- Omvat onder andere ambtenaren, leraren en verpleegkundigen omdat zij betaalt
worden door de overheid.
- Wordt gezien als de 4e macht
- Traditiegetrouw wordt dit gezien als een bureaucratie, hiërarchisch (Max Weber)
In tegenstelling tot kabinetsministers blijft het merendeel van de ambtenarij in functie na
algemene verkiezingen en na veranderingen in de regering.
En onpartijdig te dienen.
7.4 De institutionele macht van de premier, het kabinet en de president
De macht van actoren verschilt per politiek systeem:
, Macht van de premier
- Het aanstellen en ontstaan van ministers: Premiers hebben vaak de bevoegdheid
om hun kabinet te reorganiseren.
- Beleidscoördinatie: premiers zijn vaak verantwoordelijk voor strategische
beleidsbeslissingen en het vertegenwoordigen van het land in internationale
onderhandelingen.
Kabinetten
- Collectieve verantwoordelijkheid: kabinetten moeten gezamenlijk beleid
ondersteunen en zijn verantwoordelijk voor de implementatie ervan.
Presidenten
- Constitutionele bevoegdheden: semi-presidential à president benoemd premier, rol
spelen in nationale veiligheid en buitenlandsbeleid.
- Beleid en benoemingen: presidenten kunnen ministers benoemen en afzetten,
afhankelijk van het systeem.
7.5 Politieke implicaties van de uitvoerende macht
De concentratie van macht binnen de uitvoerende macht heeft gevolgen voor:
1) Politieke stabiliteit à meerderheidsregeringen, zijn doorgaans stabieler dan coalities.
2) Beleidsefficiëntie à een sterke uitvoerende macht kan sneller beleid uitvoeren, maar
dit kan leiden tot minder representativiteit.
BV: Italië president beïnvloedde kabinetsvorming zodat stop politieke crisis
3) Check and balances à vetrouwensstemmingen en parlementaire controle zijn cruciaal
om machtsmisbruik te voorkomen.
7.6 Relaties tussen uitvoerende macht en ambtenarij
De relatie tussen politieke leiders (politieke uitvoerende macht) en ambtenaren (civil service)
is complex en kan worden beschreven als een principal-agent relationship:
- Principal: de politieke uitvoerende macht bepaalt de beleidsdoelen.
- Agent: de ambtenaren voeren het beleid uit.
Uitdagingen:
1) Adverse selection: ongekwalificeerde personen worden aangesteld
2) Moral hazard: Agents handelen uit eigen belang ipv publieke belang
3) Information Asymmetry: agents hebben meer kennis over de situatie dan de principal.
Hervormingen: New Public Management (NPM)
- Gericht op decentralisatie, competitie en prestatieverbetering
- VB: VK à privatisering en prestatiedoelen
7.7 Conclusie: uitvoerende autonomie en macht
De concentratie van macht binnen de uitvoerende macht heeft voordelen/nadelen:
Voordelen:
- Efficiëntie in beleidsvorming, vooral in crisissituaties
- Coördinatie van complexe beleidsterreinen (onderwijs, defensie, financiën)
Nadelen: