BIJEENKOMST 3: VERKOOP OP AFSTAND EN BUITEN DE
ONDERNEMING
We gaan kijken naar de volgende richtlijn: consumentenkoop op afstand
Geldt het voor iedere consumentenkoop?
Het moet wel tussen consument en handelaar zijn. Het is heel specifiek consumentenbescherming.
De 14 dagen termijn die in de richtlijn is opgenomen, begint te lopen op de dag na ontvangst. Wil je binnen 14
dagen de koop ontbinden, dan hoef je geen goede reden te geven. Je mag het terugsturen.
Wat is je eerste stap?
Je begint bij art. 6:230g BW, in dit artikel zijn de definities opgenomen. Uit dit artikel volgt dat er sprake moet zijn
van een B2C relatie. Je moet de volgende definities toetsen op een tentamen:
- Lid 1 sub a geeft een definitie van consument: iedere natuurlijke persoon die handelt voor doeleinden die
buiten zijn bedrijfs- of beroepsactiviteiten vallen.
- Lid 1 sub b geeft een definitie van handelaar: iedere natuurlijke of rechtspersoon die handelt in het kader
van zijn handels-, bedrijfs-, ambachts- of beroepsactiviteit, al dan niet mede via een andere persoon die
namens hem of voor zijn rekening optreedt.
- Lid 1 sub e geeft een definitie van een overeenkomst op afstand. Hierbij moet je denken aan een
internetkoop. In dit artikel staat tevens: ‘georganiseerd systeem voor verkoop of dienstverlening’. Hier is
sprake van als je via internet iets koopt van een handelaar. Het moet gaan om een stelselmatige kanaal
die je hebt. Als je een telefoonnummer in de gouden gids hebt, is het niet voldoende. Ook enkel een e-
mail waardoor je kan bestellen is niet voldoende. Het gaat hier om internet handelen.
SOMS:
- Lid 1 sub f geeft een definitie voor overeenkomst buiten de verkoopruimte. Het moet buiten de winkel of
buiten de markt zijn. Hierbij kun je denken aan de deur-aan-deur koop. Voor de richtlijn had je de
colportage wet. Dit was iemand die met encyclopedieën aan je deur kwam (bijvoorbeeld). Of als je in de
stad loopt en mensen bieden je krantenabonnementen aan. Reden van bescherming is impuls. Als je
naar de winkel gaat ben je klaar om de overeenkomst te sluiten. Maar hier heb je een onverwachte
situatie die kan resulteren in impulsief.
I. INFORMATIEPLICHTEN
Reden voor bescherming overeenkomst op afstand: als je het ziet, weet je pas wat het is. Dus er is extra
bescherming nodig.
De handelaar heeft een grote informatieplicht. Dit zie je al in 6:230l BW. Dit is als je iets in de winkel
koopt. De handelaar moet, voordat de consument iets koopt, al informatie geven. De consument moet
weten waar hij voor contracteert, wie de wederpartij is, alle kosten. In art. 6:230l staat de informatieplicht
van winkels vermeld. Als het gaat om koopovereenkomsten die wel op afstand zijn of buiten de
werkruimte zijn, dan moet je naar artikelen a tot en met t. Dus de internetverkopers moeten voldoen aan
a tot en met t en winkels slechts aan 6:230l BW.
Waarom al deze informatieplichten?
- Je moet weten met wie je zaken doet. Je hebt 28 lidstaten en ze moeten je allemaal deze informatie
geven. Je hebt hoe dan ook recht op goede / duidelijke informatie. Een functie is dat je weet waar je
naar toe moet als er een probleem is.
Verder heb je 2 belangrijke functies:
- Dossierfunctie: De informatie heeft een dossierfunctie. Het moet aan jou verstrekt worden. Dit moet op
een duurzame gegevensdrager gebeuren (230m). bij 230m heb je er 20. De belangrijkste zijn
voornaamste kenmerken van zaken en diensten weergeeft. (naam, adres etc.). Je moet via het
boekproces alle kosten op een duidelijke en begrijpelijke wijze weergeven. Sub h is erg belangrijk: als
recht op ontbinding bestaat, dan moet de handelaar de voorwaarden daarbij geven. Dit is niet gunstig
voor de handelaar, maar hij moet het doen. Hij moet de consument mededelen dat hij een recht op
ontbinding heeft. Ook sub i is van belang. Heel vaal is dit hetzelfde als algemene voorwaarden. Dit moet
wel precontractueel gebeuren, dus voordat de consument gebonden is.
- Wilsfunctie van de consument: Als de consument dit allemaal krijgt, dan pas kan de consument een
goede beslissing nemen. Het idee is dat de goede consument het doorleest.
Verder moet het via een duurzame gegevensdrager. Wat dit betekent staat in 6:230g sub h. Je voldoet hieraan
door bijvoorbeeld een PDF toe te voegen.
II: ONTBINDINGSRECHT ex. 6:230o BW
Mag je 10 producten bestellen en 10 terugsturen?
Ja, dat mag gewoon. Is misschien een beetje doorgeschoten, maar het kan wel.
Art. 230o BW Geldt alleen:
, - Op afstand
- Buiten de verkoopruimte; koop je het in een winkel, dan geldt het niet.
- Zonder opgaaf van redenen ontbinden
- Tot dat een termijn van 14 dagen is verstreken
- Dan heb je sub a en sub b.
Dus als het bij jou wordt bezorgd, dan heb je 14 dagen. Als je op 1 april de zaak feitelijk bezorgd krijgt, dan is 2
april de dag waarop je begint met tellen. Je mag tot en met 15 april terugsturen (of tot 16 april). Dus 14 dagen
beginnend na de dag dat het is bezorgd.
Lid 3: je mag een ingewikkelde modelformulier invullen of een andere daartoe strekkende verklaring. Er zijn geen
vormvereisten. Je mag het op allerlei manieren doen, dus ook via de telefoon.
De ontbindingstermijn kan verlengd worden. Er kan ook art. 6:230o lid 2 gelden. Als hij niet netjes aan
de ontbindingstermijn heeft verwezen, dan wordt de termijn verlengd met de tijd tot dat je alsnog de gegevens
krijgt maar maximaal tot 12 maanden. Als je nooit wordt geïnformeerd, dan heb je 12 maanden + 14 dagen de
tijd.
UITZONDERINGEN:
Het geldt niet voor alle overeenkomsten. In art. 6:230h lid 2 is een brede aantal uitzonderingen opgenomen.
- sub a: als je op straat wordt aangesproken en je koopt iets kleins (weekabonnement van 10 euro), dan
is deze afdeling toch niet van toepassing.
- Sub b: hiervoor bestaat aparte regelgeving. Denk aan bankrekeningen, verzekeringen. Op financiële
dingen is deze afdeling dus niet van toepassing.
- Reizen ex. sub h kent ook een aparte bescherming.
- Ook sub m: een blikje cola die je uit een automaat koopt kent een andere regime dan als je het online
koopt.
Dus houdt het in de gaten, want je hoeft dan deze afdeling niet toe te passen.
Art.230p: sommige dingen zijn uitgezonderd voor het ontbindingsrecht. (de afdeling geldt hier wel voor).
Bijvoorbeeld als iets tijdens een veiling is gekocht. Sub e en f (onder 2 bijvoorbeeld) zijn hier van belang. Ook
alcoholische dranken kun je niet terugsturen
Sub f onder 7: een losse krant of tijdschrift is iets anders dan een abonnement.
Lees art. 6:230p BW goed door!
Als je wel mag ontbinden, dan is het rechtsgevolg van tijdige ontbinding art. 6:230r lid 1 BW. De handelaar moet
binnen een bepaalde termijn het geld terugstorten.
In art. 6:230s staat dat je binnen 14 dagen na de ontbindingsverklaring, de zaak moet terugsturen. Dus
eerst 14 dagen tot de ontbinding, dan 14 dagen om het terug te sturen.
Normaal gesproken geldt de ontvangsttheorie ex. Art. 3:37 lid 3, maar in de richtlijn geldt de verzendtheorie in
afwijking tot het gewone recht.
Er is ook iets specifieks voor de consumentenkoop. De richtlijn consumentenrechten is ook gebruikt om iets in
boek 7 te zetten. Drie verschillende artikelen, namelijk;
- Art. 7:9 lid 4 BW: dit is vooral bedoeld voor het geval er niks wordt gezegd over wanneer er moet
worden geleverd, dan is er toch een termijn door de wetgever bepaald. Bij consumentenkoop moet je
zekerheid hebben, een basisregel is dat het binnen 30 dagen binnen moet zijn. De verkoper moet dus
op tijd leveren.
- 7:19a BW: in dit artikel staan de gevolgen voor de schending van het termijn. Je moet wel zeggen dat er
sprake is van een consumentenkoop ex. Art. 7:5 BW. In art. 19a zien we de gevolgen. Dit lijkt op 6:82
e.v. Het lijkt erg op de gewone verzuimregeling. Het past ook niet mooi in het NL recht. Het moest erin
vanwege de maximumharmonisatie van de richtlijn. Bij een te late levering, moet dit systeem worden
gevolgd. De termijn die je hebt afgesproken is geen fatale termijn (zoals normaalgesproken) want je
moet nog een ingebrekestelling sturen tenzij lid 2 van toepassing is (niet echt consumentenvriendelijk).
Het past niet goed bij 81, 82, 83. Als je een zaak krijgt die niet deugd, dan is dit niet van toepassing. Dan
moet je via 7:17 kijken naar de remedies van 21 en 22 BW. Dus uiteindelijk ben je veel aan het
puzzelen.
- 7:11: bij een consumentenkoop is het moment waarop de consument het risico gaat dragen, wordt pas
heel laat bij hem gelegd. Pas als de zaak is bezorgd en als de consumentkoper de zaak feitlijk zelf heeft
ontvangen of door een door hem aangewezen derden. Alleen dan komt de risico voor de koper. Tot die
tijd is het voor het risico van de verkoper (handelaar).
- Waarom is dit extra bescherming vergeleken met de normale regel van art. 10 van boek 7?
Art. 10 zegt dat bij aflevering het risico verschuift. Normaal gesproken heb je het over een gewone
levering en bezit verschaffing. Als je maar de mogelijkheid hebt om de zaak tot je te nemen. Als de zaak
bij je buren ligt, kun je eraan komen. De CP, LM, BM is dan allemaal levering. Als het wordt afgeleverd
bij de buren, dan is er sprake van een levering van 10 maar niet van 11. Als de buren het niet willen
afleveren, dan is het een risico voor de verkoper. De consument wordt meer beschermd dan een
gewone koper.
Art. 11 betekent tot de voordeur of tot waar je hebt aangegeven waar het moet worden geleverd.