Les 1
Je kan iemand ergens op aanspreken als:
- Hij/zij een overeenkomst niet is nagekomen
- Er een onrechtmatige daad heeft plaatsgevonden
Een overeenkomst is een onderdeel van het recht want het heeft rechtskracht. Recht -> alle regels
die wij met elkaar afspreken, ze worden onder andere door overeenkomsten en wetten opgesteld.
Privaatrecht = gaat vooral over schade en overeenkomsten, dit is het recht dat geldt tussen personen
-> 2 soorten personen:
- Natuurlijke personen, zoals wij mensen
- Rechtspersonen, bijv. bedrijven
Privaatrecht staat in Nederland vooral in het Burgerlijk Wetboek (BW)
Publiekrecht = het recht waarmee de overheid zich actief bemoeit
In de lessen zal vooral 1,2,5,6,7,8 en 12 aan bod komen.
Overeenkomstrecht
Een overeenkomst is er al op het moment dat jij iets aanbiedt en een ander aanvaard dat aanbod
(art. 6:217 BW)
Aanbod schept een wilsrecht -> hiermee krijgt de persoon die het aanbod krijgt, het recht om het
ook daadwerkelijk te aanvaarden. Zo kan de aanbieder niet opeens meer de prijs veranderen van
€5,- naar €10,-. Het aanbod geldt voor €5,-. Ook als je iemand een termijn geeft (bijv. 1 week) om het
aanbod te accepteren, moet je ervoor zorgen dat het aanbod in dat gestelde termijn er nog is.
Het vervallen van een aanbod (art. 6:221 BW)
- Een mondeling aanbod vervalt direct als er niet op gereageerd wordt. Je kan dus niet na een
paar uur terug komen naar de persoon om het aanbod toch te aanvaarden. Het is dan al
vervallen.
- Een schriftelijk aanbod vervalt wanneer het niet binnen het gestelde termijn wordt
aanvaard.
Het intrekken van een aanbod
- Je kan een aanbod intrekken tenzij je het zelf onherroepelijk hebt gemaakt (dat doe je door
er een termijn aan te hangen). Als er een termijn van één week aanhangt, mag je hem niet
terugtrekken in die week. Na die week vervalt het aanbod automatisch (art. 6:219 lid 1 BW).
Je mag een aanbod niet terugtrekken als het al aanvaard is (art. 6:291 lid 2 BW).
,Geen aanbod
- Je biedt iets aan en de ander mag een bod doen -> dit is geen aanbod maar een uitnodiging
tot het doen van een aanbod, dit is vooral als de prijs en de hoeveelheid vaag is.
- Als jij een huis aanbiedt voor een bepaald bedrag en iemand wilt dat bedrag betalen, is er
geen sprake van een aanbod -> het is een uitnodiging om in onderhandeling te treden.
Aanvaarding (art. 6:225 BW)
- Alleen als het gaat over hetzelfde is het aanbod gedekt -> bijv. als jij een rood boek aanbiedt
en de ander denkt dat het om een groen boek gaat, dan gaat het niet over hetzelfde en is het
aanbod niet gedekt.
- Je kan alleen iets aanvaarden als het aanbod van kracht is / zolang het aanbod geldt.
Tentamenvraag: Hoe komt een overeenkomst tot stand? -> art. 6:217 BW
Wilsdefect
De wil moet in overstemming zijn met de verklaring. Een rechtshandeling is onder andere het
afsluiten van een overeenkomst (art. 3:33 BW)
- Wilsdefecten
o Vergissing
o Verspreking
o Misverstand
o Verschrijving
In deze gevallen wordt de overeenkomst nietig, dit betekent dat de overeenkomst nooit
heeft bestaan. Als jij iets aanbiedt voor €99,- maar je bedoelde €999,- dan is de
overeenkomst nietig (er is sprake van een verschrijving).
- Wils- en vertrouwensleer (art. 3:35 BW)
o Je kan er niet op vertrouwen dat iets van €1200,- wordt afgeprijsd naar €99,-. Als het
naar €999,- was afgeprijsd, was het wel te vertrouwen. Zodra je het kan vertrouwen,
heb je een overeenkomst en moet deze worden nagekomen.
Als je op het tentamen art. 3:33 benoemt, moet je ook nog kijken naar art. 3:35
(vertrouwensbeginsel)
- Art. 3:34 -> geestelijke stoornis
- Wilsgebrek (art. 3:44 BW)
o Er is sprake van wilsgebrek als een overeenkomst tot stand komt door:
Bedreiging
Bedrog
Misbruik van omstandigheden (op oudere mensen kun je veel invloed
krijgen, maakt dan gebruik van hun vertrouwen in je)
Dwaling (art. 6:228 BW)
De overeenkomst is dan vernietigbaar
Dwaling
, Verkeerde voorstelling van zaken -> je koopt iets, je denkt dat je hebt gekocht waarbij je
bepaalde ideeën hebt om wat mee te doen. Bijv. je koopt een mobiele kraan (op wielen) en
je had de verkoper gevraagd of de kraan de weg op mag. De verkoper dacht van wel maar na
de aankoop blijkt dat het toch niet kon. Dit is dwaling want als je van tevoren wist dat hij niet
de weg op kon, had je de kraan nooit gekocht.
Causaal verband -> er moet een verband zijn met de koop en de overeenkomst (je had de
kraan gekocht omdat hij de openbare weg op kon)
Betrokken wederpartij
o Onderzoeksplicht
o Mededelingsplicht (verkoper hoeft niet mee te doen als hij/zij dat niet wilt)
Als je iets hebt gekocht en er is sprake van dwaling. Dan kan je het product teruggeven en
dan krijg jij het geld terug.
Handelingsbekwaamheid
Ieder natuurlijk persoon is handelingsbekwaam voor zover de wet niet anders bepaalt (art. 3:32 BW)
- Minderjarige -> als je een overeenkomst sluit met een minderjarige kan deze teruggedraaid
worden.
- Onder curatele gestelde -> personen die niet in staat zijn om over hun eigen vermogen te
beheren.
- Krankzinnigen
Als je een overeenkomst met één van deze drie sluit, is deze vernietigbaar.
Onder invloed zijn van drank/drugs betekent dat niet je niet meer handelingsbekwaam bent. Het valt
onder wilsdefecten, doordat je onder invloed was heb je een vergissing gemaakt.
Overeenkomsten
- Wederkerige en eenzijdige
o Wederkerig -> beide partijen moeten iets doen, de één betaalt en de ander levert.
o Eenzijdig -> een schenkingsovereenkomst. Eén partij moet iets doen.
- Benoemde en onbenoemde
o Benoemd -> bijv. koopovereenkomst, huurovereenkomst. Deze staan in de wet
benoemd, ze zijn zo belangrijk dat er extra regels voor gemaakt zijn en in de wet zijn
opgenomen.
- Verbintenissen uit overeenkomsten
o 3 soorten
Inspanningsverbintenis
Resultaatsverbintenis
Garantieverbintenis
- Beperkende werking
o Partij kan zich niet op een beding beroepen
o Het staat op papier, het is een overeenkomst maar de rechter mag zeggen dat het
niet doorgaat
- Aanvullende werking
o Er wordt een beding toegevoegd / toegelicht