Probleem 7 Life turned upside down
Artikel: ‘Development in midlife’ – Lachman (2004)
Er is veel onderzoek gekomen naar de levensfase midlife. Hierbij zijn er nieuwe uitdagingen
en eisen die anders zijn dan die van eerdere fasen. Het is daarnaast een voorbereidende rol
in de transitie naar de oude leeftijd. Opvallend is de grote variabiliteit in de aard en het
verloop van de midlife periode (ervaringen van mensen in deze fase zijn erg divers, dus
moeilijk om bepaald beeld te schetsen). De aard van midlife varieert als een functie van
iemand geslacht, cohort (personen die gedurende en bepaalde periode eenzelfde
gebeurtenis hebben meegemaakt), socio-economische status, etniciteit, cultuur, land,
persoonlijkheid, getrouwde status, werk en gezondheid. Dit artikel geeft een overzicht van
de ervaringen en problemen geassocieerd met midlife, de conceptuele frameworks om het
te bestuderen en de onderzoeksbevindingen over verandering en stabiliteit in verschillende
domeinen van deze fase.
De centrale punten gaan over generativiteit (na hun dood iets voort te brengen dat hen
overleeft) en geven om en zorgen maken om andere op het werk en in de familie. Mensen
van middelbare leeftijd zijn gelinkt aan het welzijn van anderen en kunnen de samenleving
veel bieden, maar ze zijn ook bezig met hun eigen behoeften voor werk, gezondheid en
welzijn. In midlife beginnen chronische ziektes en fysieke problemen (zoals hoge bloeddruk
of artitis) te ontstaan. Er zijn echter ook psychologische en sociale veranderingen
geassocieerd met positieve veranderingen (zoals betere emotieregulatie, meer wijsheid en
praktische intelligentie).
Het opkomende veld van ‘midlife’ ontwikkeling
Veel onderzoek naar midlife is uitgevoerd in de context van andere fasen/leeftijdsperiodes
(we hebben bijvoorbeeld informatie over ouders door onderzoek naar kinderen) of
specifieke problemen in het werk of de familie. De laatste tijd is er echter meer onderzoek
gekomen naar midlife zelf, bijvoorbeeld om veranderingen in biologisch, psychologisch en
sociaal functioneren, die later in het leven gebeuren, te vertragen of voorkomen. Er is echter
nog steeds minder bekend over deze fase dan andere fasen. Mogelijk komt dit door het idee
dat dit een stille fase is met weinig verandering, dat er te veel diversiteit is, of dat subjecten
lastig zijn te verkrijgen door hun drukke werk- en familieschema’s. Wel is het belangrijk om
deze fase te studeren, niet alleen door het groot aantal volwassenen in deze fase, maar ook
omdat deze periode heel veel van het gehele leven is.
Demografische trends
Een groot deel van de populatie (26%) bestaat uit mensen van middelbare leeftijd (40-59
jaar) en dit is de laatste tijd erg toegenomen, vooral de groep van 50 tot 54 jaar (waardoor
de wens naar onderzoek ook is toegenomen). Veel mensen in deze fase hebben zorgen die
er vroeger niet waren, zoals de zorg om hun ouders (omdat mensen steeds ouder worden).
Omdat er zoveel mensen in deze fase zijn, is er ook veel competitie voor bronnen en banen.
Bij veel mensen is er in deze fase ook veel zorg om het uiterlijk, maar wel zijn er veel
verschillen tussen mensen in hoe ze hierover denken.
Door babyboomers meer onderzoek naar midlife.
1
, Fenomenologie van ‘midlife’
Midlife is een periode waarin mensen terugkijken op wat ze al hebben behaald, maar waarin
er ook veel nadruk is op wat ze nog moeten doen. Mensen maken in deze fase keuzes over
wat ze gaan doen, hoe ze tijd en bronnen investeren en in welke gebieden ze verandering
willen.
De grenzen voor midlife zijn niet helemaal duidelijk, maar de meest gebruikte conceptie is
dat het duurt van 40 jaar tot 60 of 65 jaar. Er is echter een range van tien jaar aan elk
uiteinde, dus het kan ook dat de middelbare leeftijd duurt van 30 tot 75 jaar. De bovenste
grens wordt meestal bepaald door waar de oude leeftijd begint, en dit wordt vaak
geassocieerd met een afname in fysieke gezondheid. Mensen die dus nog gezond zijn op hun
zeventigste, kunnen zichzelf nog zien als van middelbare leeftijd. Het is dus erg subjectief.
Hoewel het een erg lange periode is, wordt het niet verdeeld in subperiodes. Veel
levenservaringen zijn geassocieerd met de middelbare leeftijd, zoals kinderen die het huis uit
gaan, kleinkinderen krijgen, carrièredoelen behalen en de overgang.
Ook is de subjectieve timing gelinkt aan sociale klasse (mensen met een lagere socio-
economische status ervaren vaak een eerder begin en eind van midlife). Dit kan komen door
eerdere transities naar bijvoorbeeld opa.
Images and expectations
Veel mensen denken bij midlife aan ‘crisis’. Echter, weinig mensen ervaren dit echt zo.
Midlife is geassocieerd met positieve beschrijvingen zoals competent, verantwoordelijk,
kennis en machtig. Er zijn dus twee extreme ideeën:
1. Midlife is een periode van verwarring, problemen en crisis
2. Of van functioneren, stabiliteit en verantwoordelijkheid.
Deze tegenstrijdige ideeën kunnen worden samengevoegd als de ervaringen van midlife
worden gezien vanuit een multidisciplinair, contextueel perspectief, en door het erkennen
van de grote range van mogelijkheden voor winst en verlies, en de variaties door historische
periode, timing van levensgebeurtenissen, geslacht, cultuur, etniciteit en sociale klassen.
Vier perspectieven geven alternatieven voor het onderzoeken van de paradox van midlife:
1. Een idee stelt dat deze posities (crisis versus stabiliteit) twee extremen zijn op een
continuüm, en dat weinig mensen op de uiteinden zijn maar dat de meesten in het
midden vallen. Dus die hebben geen piek of crisis.
2. Een tweede idee is dat de verschillende ideeën niet gaan om dezelfde mensen maar
om verschillende mensen (individuele verschillen). Sommige mensen ervaren crisis
tijdens midlife en sommige niet.
3. Een derde mogelijkheid is dat er een opeenvolgende relatie is tussen crisis en een
piek. Sommige onderzoekers denken dat het nodig is om een crisis te ervaren, zodat
mensen kunnen groeien en ontwikkelen.
4. Tot slot kan het ook dat mensen verschillende uitkomsten hebben in verschillende
domeinen in het leven (iemand kan bijvoorbeeld crisis ervaren op het werk, maar het
goed doen in de familie).
Deze vier ideeën maken het beter te begrijpen waarom er tegenstrijdige uitersten zijn in
midlife.
2