Samenvatting Geschiedenis van de Moderne Filosofie
College 1: Renaissance & Wetenschappelijke Revolutie
Verschil Moderne filosofie & Middeleeuwse filosofie
Stijl: Commentaartraditie vs Zelf-denken
- Zelf-denken= niet voortbouwen op andere filosofie, maar je eigen denken zien als startpunt
Plaats: Universitair vs Niet-Universitair
Taal: Latijn vs Volkstaal
Onderwerp: Systeemfilosofie vs Subjectfilosofie
- Systeemfilosofie= groot systeem waarvan dmv commentaar telkens weer wat wordt toegevoegd
- Subjectfilosofie= filosofie die denkt vanuit het ‘ik’ en via waarnemingen ga je de filosofie opbouwen
Problemen
Continuïteit van de Aristotelische traditie systeemfilosofie
Renaissance (1350-1600) Aristoteles & Latijn keert terug
Moderne filosofen wilde (bijna) nooit modern zijn
- Verdedigde dat hun filosofie de echte traditionele filosofie was
- Nova tores= vernieuwer
Terugkeer naar universiteiten
Moderne filosofie is een simplificatie, maar dat is nodig om het te begrijpen in een bredere context
- Ontwikkelingen buiten (en deels binnen) de filosofie maken verschuivingen mogelijk
- 3 R’en= Reformatie, Renaissance & wetenschappelijke Revolutie
Reformatie
Religie & Filosofie zijn onlosmakelijke met elkaar verbonden
- Met name in de vroegmoderne filosofie
o Universiteiten waren verbonden met de kerk kerk onderhield de filosofie
1517 Martin Luther en de 95 thesen
- Kerk is teveel bezig met dingen die niet primair met het geloof te maken hebben; ze moeten alleen kijken naar het
geschrift (de Bijbel).
- Gevolgen:
o Bijbel wordt door meer mensen zelf gelezen
o Autoritaire positie van de kerk als enige autoriteit op het gebied van geloof komt in het geding & mensen
kunnen het afwijzen en ook naar andere autoriteiten kijken
o Verschillende kerken
o Verschillende perspectieven op wat geloof is en wat de dogma’s zijn die vanuit het geloof worden
overgebracht
Meer filosofische perspectieven door minder censuur
- Politieke gevolgen:
o Contrareformatie (Voor filosofie waren de Jezuïeten orde belangrijk, omdat zij een grote rol speelde in het
onderwijs
Vormde de status quo van de filosofie
Veel filosofen wilde zich daarvan af zetten
o Dertigjarige oorlog
Renaissance
- 1650-1600
Teruggrijpen op antieke bronnen
- Middeleeuwse intellectuele armoede
Klassieke talen
Afkeer middeleeuwse commentaar traditie
Overlap Moderne Filosofie (buiten universiteiten, eigen taal & afkeer (middeleeuwse) autoriteiten)
,Impetus
Val van Constantinopel (1453) Herontdekking Plato en andere antieke bronnen
Griekse commentaren op Aristoteles
Vertalingen van Plato, Bijbel en antieke bronnen
Er is al verandering, maar ook nog steeds continuïteit met Aristoteles
Tweevoudige beweging: 1. Verleden (antieke bronnen)
2. Toekomst (Vernieuwing)
Renaissance Filosofen
Marsilio Ficino (1433-1499)
Vriend van de Medici familie
Platoonse Academie opnieuw leven ingeblazen
Plato vertalen
Hermetisme (nog ouder dan Plato & dichter bij de schepping van de wereld
Neo-platonisme= Christelijke & Platoonse filosofie
Giovanni Pico della Mirandola (1463-1494)
Zet als eerste de mens centraal
- Breekt de middeleeuwse traditie
Menselijke waardigheid; je bent vrij om alles te doen
Michel de Montaigne (1533-1592)
Zet de mens centraal
Ging veel over pedagogiek
- Mensen moeten zelf ontplooien en leren en niet zomaar alles overnemen
Sceptisch Veel dingen in zijn tijd hebben geen vast fundament
Frans (volkstaal)
Lord Francis Bacon (1561-1626)
Belangrijk politiek figuur
Instauratio Magna (the great instauration)
- Novum Organum= Beschrijft nieuwe systeem waarmee we tot kennis kunnen komen
Kennis moet gebaseerd zijn op verschillende dezelfde waarnemingen die een theorie vormen
Vader van het empirisme
- Inductie, Abstractie, Waarneming
Wetenschappelijke Revolutie
Boekdrukkunst Kennis wordt sneller en op andere manier gedeeld
Columbus & De Nieuwe Wereld
Heliocentrische= Zon staat centraal en wij draaien er omheen
Nieuwe kenleer Nieuwe manier van denken hoe we tot kennis komen
Heliocentrische
1543 Copernicus verdedigd dat de zon in het midden staat
- Aarde is ook gewoon een hemellichaam, er is geen kwalitatief of hiërarchisch verschil tussen planeten
- Universum is oneindig
Natuurwetten kunnen ook universeel zijn
Kritiek:
Fysische argumenten:
- Het komt niet overeen met onze waarnemingen
- Het is in tegenspraak met het aristotelische dogma, van de onveranderlijkheid en perfectie van de hemel
- Het is in tegenspreek met de wetten van Aristoteles’ fysica
Theologische argumenten:
- Probleem met de onfeilbare status van de Bijbel
- Mens verliest centrale kosmische plaats
,Consequenties:
- Heliocentrisme ipv Geocentrisme
o Aarde is niet het laagste punt
o Gevolgen voor de bewegingsleer geen onderscheid cirkelvormige – rechtlijnige beweging
College 2: René Descartes
Aanleiding
Zoeken naar nieuwe methode en nieuwe metafysica
- Metafysica= wat is het zijn van het zijn (bestaan)
Vanwege
- Sceptische crisis fundament voor filosofie niet overtuigend
- Verval Aristotelisme
o Door de nieuwe wetenschap
- De nieuwe wetenschap
Belang van wetenschap Wetenschappen
Wortel Metafysica
- Metafysische stam is nodig voor andere stabiele wetenschap
Stam Fysica
Bladeren/top Wetenschappen Fysica
Één systeem is nodig
- Galileo heeft goed gebouwd, maar zonder fundamenten zijn de overige Metafysica
ontdekkingen instabiel
Nieuwe metafysica & methode
Waarom nodig:
- Natuurwetenschap is contra-intuïtief
o Door Aristoteles gebaseerd op common sense en waarnemingen (die blijken niet betrouwbaar)
- Wereld is niet kwalitatief geordend (kleuren, vormen, structuur)
- Wereld is wezenlijk kwantitatief geordend (atomen)
o Niet waarneembaar
- Zintuigen zijn niet zeker
Meditaties Bestaan van God & immateriële ziel worden aangetoond
- In latijn geschreven om de status quo te bereiken
Descartes de Radicaal
Carleton (Scholastische filosoof) Hij is meer bezig met verandering in filosofisch denken teweeg brengen, dan de
waarheid te ontdekken.
- Provocatie is gevaarlijk, want het katholiek geloof wordt instabiel
Fundamentalisme
Fundamentum inconcussum= onwankelbaar fundament
Methode van de twijfel= niet voor waar houden dat ik niet zelf helder en welonderscheiden als waar inzie
- je moet alles in twijfel trekken wat je denkt
- Methodisch alleen theorie aanhouden waar je zeker weet dat het klopt
- Moeilijk te onderwijzen, want je moet het zelf doen
- Je moet dit zelf doen omdat je niemands mening boven die van een ander kan stellen
Het is kritiek op vooroordelen (Aristoteles)
In je jeugd heb je als kind zijnde nog geen volledige toegang tot je eigen Rede en daardoor wordt je opgevoed,
waardoor er andere ideeën/principes in je hoofd worden geprent die we verder niet op hun waarheid hebben
onderzocht
Hij vindt daarom ook niet dat iedereen dit allemaal moet aannemen, hij heeft alleen ware kennis voor zichzelf
opgeschreven en bedacht
Het twijfelexperiment
, Opbouw:
1. Twijfel aan zintuigen
2. Twijfel aan het onderscheid tussen dromen en waken
3. Twijfel aan de Goede God Kan je met valse ideeën inprenten (wiskunde)
Je weet dat je denkt, en als er een kwade geest is die jou bedreigd, dan weet je nog steeds dat jij bestaat
Fundament metafysica Iets wat je denkt impliceert dat er iets bestaat
- Res cogitans= denkend ding
Het twijfel experiment moet ergens stoppen; dit weet je door logisch na te denken.
- Er zijn twee stoppunten:
1. Logische kennis ongetwijfelde feiten (eigen gedachten)
2. Empirische kennis ongetwijfelde principes van gevolgtrekking
Twee soorten mensen in de wereld (die dit dus niet na moeten doen)
1. Veronderstellen dat ze scherper zijn, dan dat ze in werkelijkheid zijn, te snel oordelen en onvoldoende geduld
hebben om ordelijk te denken als zij eenmaal radicaal gaan twijfelen, dan zijn ze nooit in staat om de weg
te volgen om vooruit te komen blijven de rest van hun leven dwalen
2. Onvoldoende zelfkennis/bescheidenheid om in te zien dat zij minder goed dan anderen zijn in het waar van
het onwaar te onderscheiden en dus van iemand anders iets kunnen leren kunnen zich beter houden aan de
meningen van anderen, i.p.v. zelf iets te gaan bedenken
Godsbewijzen
Waarom:
- Bewijst het bestaan van de lichamelijke wereld
- Door te bewijzen dat God bestaat, en dus dat die goed is, vertrouw je op je zintuigen en weet je dat je niet droomt
Ontologische Godsbewijs:
1. Als iets bestaat heeft het noodzakelijkerwijs bepaalde eigenschappen
2. God heeft op grond van zijn volkomen wezen, noodzakelijkerwijs alle volkomen eigenschappen
3. Existentie is een van de volkomen eigenschappen
4. God heeft op grond van zijn volkomen wezen, noodzakelijkerwijs ook de eigenschap existentie
5. God bestaat
- Bestaan is perfecter, dan niet bestaan
o Als hij bestaat, dan bedriegt hij mij niet en kan ik ervan uitgaan dat alles wat ik helder en
welonderscheiden denk, ook waar is.
Kritiek:
Cartesiaanse cirkel= Cirkelredenering God bestaat
Pas als we weten dat God bestaat, weten we dat alles wat helder en welonder-
scheiden bestaat, maar doordat die bestaan, bestaat God
- God bestaat gebruik helder en welonderscheiden ideeën als betrouwbaar bewijs
- Helder en welonderscheiden ideeën bestaat niet-misleidende God bestaat Alles wat helder en
welonderscheiden is
Cognitie bestaat
Denken= Alles waar ik me onmiddellijk bewust van ben
Descartes ideeën:
1. Verworven ideeën= dingen die door waarnemingen tot mij komen
2. Zelf verzonnen ideeën= twee ideeën samenvoegen
3. Aangeboren ideeën=
1. Idee van God
Zekere kennis
2. Idee van mijzelf
3. Wiskundige ideeën (nodig voor logisch denken)
- Eerste rationalist
o Rationalist= er zijn dingen die in ons hoofd zitten en o.b.v. die ideeën komen we weer tot kennis
Wie ben ik (idee van mijzelf):
a. Res cogitans= een denkend ding
b. Res extensa= een lichamelijk ding
- Ontologische scheiding ondeelbare geest en deelbaar lichaam
o Het verschil zit op het niveau van het zijn
o Ontologisch dualisme (zijn) vs Epistemologisch monisme (ervaren_