Een complete no nonsense samenvatting. Helder uitleg en you tube filmpjes links om de stof goed onder de knie te krijgen.
Hierbij samengevat uit het Brightspace en het boek die je online ziet.
Onderzoekspracticum inleiding onderzoek (PB0212)
Wetenschap wordt uitgevoerd om kennis te vergaren, patronen te begrijpen en fenomenen te
verklaren.
Het doel is om objectieve en betrouwbare kennis te creëren die de samenleving kan helpen in
besluitvorming en innovatie.
Wetenschap probeert subjectieve meningen en vooroordelen te minimaliseren door systematische en
herhaalbare methoden te gebruiken.
De empirische onderzoekscyclus (OSVAR):
Wetenschappelijk onderzoek volgt de empirische onderzoekscyclus, die uit de volgende fasen bestaat:
1. Onderzoeksvraag formuleren:
o Een duidelijke, afgebakende vraag opstellen.
2. Studie ontwerpen:
o Methodologie bepalen: steekproef, meetinstrumenten en procedures.
3. Data verzamelen:
o Gegevens verzamelen via experimenten, observaties of enquêtes.
4. Data analyseren:
o Statistische methoden toepassen om resultaten te interpreteren.
5. Rapporteren:
o Resultaten publiceren en delen met de wetenschappelijke gemeenschap.
Dubieuze onderzoekspraktijken:
Dit zijn handelingen die de betrouwbaarheid en integriteit van onderzoek ondermijnen:
1. P-hacking:
o Selectief rapporteren van alleen statistisch significante resultaten.
2. HARKing (Hypothesizing After Results are Known):
o Achteraf hypothesen aanpassen om de resultaten te verklaren.
3. Fabricatie en falsificatie:
o Verzinnen of manipuleren van gegevens.
4. Publicatiebias:
o Voorkeur geven aan positieve resultaten in publicaties.
Belangrijk: Dubieuze praktijken schenden wetenschappelijke integriteit en verminderen de betrouwbaarheid
van bevindingen.
Thema 1.2 - Operationalisaties
Wat zijn variabelen en hun functies?
Een variabele is een kenmerk of eigenschap die kan variëren tussen individuen, groepen of
omstandigheden.
Variabelen hebben verschillende functies in onderzoek:
o Onafhankelijke variabele: De variabele die wordt gemanipuleerd of gecontroleerd.
o Afhankelijke variabele: De variabele die wordt gemeten om het effect van de onafhankelijke
variabele te beoordelen.
o Controlevariabelen: Variabelen die constant worden gehouden om vertekening te voorkomen.
Wat zijn constructen?
, Een construct is een abstract concept of begrip dat wordt gebruikt om een bepaald fenomeen te
beschrijven (bijvoorbeeld intelligentie, motivatie, of stress).
Constructen zijn niet direct meetbaar en moeten worden vertaald naar meetbare variabelen.
Verschil tussen variabelen en constructen:
Constructen zijn abstracte begrippen (bijvoorbeeld geluk).
Variabelen zijn meetbare representaties van die constructen (bijvoorbeeld een score op een vragenlijst).
Wat zijn operationalisaties?
Operationalisatie is het proces van het vertalen van abstracte constructen naar meetbare variabelen.
Dit omvat het definiëren van hoe een construct wordt gemeten of gemanipuleerd in een studie.
Wat zijn meetinstrumenten?
Meetinstrumenten zijn tools of methoden om gegevens te verzamelen over een variabele.
Voorbeelden: vragenlijsten, tests, observatieprotocollen, of apparaten zoals bloeddrukmeters.
Wat zijn manipulaties?
Manipulaties zijn veranderingen die de onderzoeker aanbrengt in de onafhankelijke variabele om een
effect te observeren op de afhankelijke variabele.
Voorbeeld: Het toedienen van een medicijn versus een placebo.
Wat zijn datapunten en datareeksen?
Een datapunt is een individuele observatie of meting.
Een datareeks is een verzameling van datapunten die samen een variabele vertegenwoordigen.
Hoe verhouden variabelen, operationalisaties, meetinstrumenten en manipulaties zich tot elkaar?
1. Construct → Variabele → Operationalisatie → Meetinstrument:
o Abstracte constructen worden vertaald naar variabelen die meetbaar zijn via operationalisaties
en meetinstrumenten.
2. Manipulaties worden toegepast op onafhankelijke variabelen om effecten te observeren op
afhankelijke variabelen.
3. Datapunten zijn de resultaten van deze processen en vormen samen datareeksen.
Thema 1.3 - Betrouwbaarheid en Validiteit
Wat is betrouwbaarheid?
Betrouwbaarheid verwijst naar de consistentie of herhaalbaarheid van metingen.
Een betrouwbaar meetinstrument geeft telkens dezelfde resultaten bij herhaling onder dezelfde
omstandigheden.
Voorbeelden:
o Een schaal die consistent hetzelfde gewicht aangeeft voor hetzelfde object.
o Hoge correlatie tussen metingen van hetzelfde construct (test-hertest betrouwbaarheid).
Wat is validiteit?
Validiteit betekent dat een meetinstrument meet wat het beoogt te meten.
Er zijn verschillende typen validiteit:
1. Interne validiteit: De mate waarin causale conclusies binnen het onderzoek gerechtvaardigd
zijn.
, 2. Externe validiteit: De generaliseerbaarheid van de resultaten naar andere populaties of
situaties.
3. Constructvaliditeit: De mate waarin een meetinstrument een construct juist meet.
4. Inhoudsvaliditeit: De mate waarin de inhoud van een meetinstrument alle aspecten van een
construct dekt.
Hoe verhouden verschillende opvattingen van validiteit zich tot elkaar?
De verschillende typen validiteit richten zich op specifieke aspecten van een onderzoek:
o Constructvaliditeit heeft betrekking op de kwaliteit van de meting.
o Interne validiteit richt zich op het onderzoeksontwerp en het uitsluiten van alternatieve
verklaringen.
o Externe validiteit focust op de toepasbaarheid van de resultaten buiten de studie.
Hoe verhoudt validiteit zich tot betrouwbaarheid?
Een meting kan betrouwbaar zijn zonder geldig te zijn (consistent, maar niet juist).
Validiteit vereist altijd betrouwbaarheid, maar betrouwbaarheid garandeert geen validiteit.
Wat is een (niet-) systematische meetfout?
Systematische meetfout:
o Een consistente fout die elke meting beïnvloedt.
o Voorbeeld: Een verkeerd gekalibreerde weegschaal.
o Beïnvloedt validiteit, niet betrouwbaarheid.
Niet-systematische meetfout (ruis):
o Onvoorspelbare variaties in de meting.
o Voorbeeld: Een enquête-invuller begrijpt een vraag verkeerd.
o Beïnvloedt betrouwbaarheid, niet validiteit.
Hoe verhouden (niet-) systematische meetfouten zich tot betrouwbaarheid en validiteit?
Systematische fouten verminderen validiteit, omdat ze leiden tot een verkeerde meting.
Niet-systematische fouten verminderen betrouwbaarheid, omdat ze zorgen voor inconsistentie in de
metingen.
Wat is het verschil tussen kwantitatief en kwalitatief onderzoek?
1. Kwantitatief onderzoek:
o Gericht op cijfers en statistieken.
o Objectief en meetbaar.
o Voorbeeld: Een enquête die de gemiddelde leeftijd van een populatie meet.
2. Kwalitatief onderzoek:
o Gericht op betekenis, ervaring en processen.
o Subjectief en beschrijvend.
o Voorbeeld: Interviews over persoonlijke ervaringen met stress.
Thema 1.4 - Populaties en Steekproeven
Wat zijn populaties?
Een populatie omvat alle individuen of objecten waarover je een conclusie wilt trekken in je
onderzoek.
Voorbeelden: Alle inwoners van een land, alle studenten van een universiteit.
Waarom zijn populaties niet rechtstreeks te onderzoeken?
, Het is vaak praktisch onmogelijk om de gehele populatie te bestuderen vanwege:
o Tijd: Het kost te veel tijd om iedereen te onderzoeken.
o Kosten: Het kan financieel onhaalbaar zijn.
o Toegankelijkheid: Niet alle leden van de populatie zijn bereikbaar.
Wat zijn steekproeven en welke functie vervullen deze?
Een steekproef is een deelverzameling van de populatie die wordt onderzocht om uitspraken te doen
over de hele populatie.
Functie:
o Het biedt een efficiënte manier om informatie te verzamelen.
o Door generalisatie kunnen conclusies over de populatie worden getrokken.
Wat is de steekproeffout?
De steekproeffout is het verschil tussen de steekproefresultaten en de werkelijke waarden in de
populatie.
Wordt beïnvloed door:
o Steekproefgrootte (grotere steekproeven = kleinere steekproeffout).
o Representativiteit van de steekproef.
Hoe verschillen selecte en aselecte steekproeven?
1. Selecte steekproeven:
o Niet willekeurig gekozen.
o Voorbeeld: Convenience sampling (de eerste mensen die beschikbaar zijn).
o Voordeel: Makkelijk en snel.
o Nadeel: Niet representatief, beperkte generaliseerbaarheid.
2. Aselecte steekproeven:
o Willekeurig gekozen, elke persoon heeft een gelijke kans om geselecteerd te worden.
o Voorbeeld: Simple random sampling.
o Voordeel: Representatief, betere generaliseerbaarheid.
o Nadeel: Kan moeilijk en duur zijn.
Methodes om steekproeven te trekken (select en aselect):
1. Selecte steekproeven:
o Convenience sampling: Onderzoek doen bij beschikbare individuen.
o Snowball sampling: Respondenten verwijzen naar andere mogelijke deelnemers.
2. Aselecte steekproeven:
o Simple random sampling: Willekeurige selectie.
o Gestratificeerde steekproef: Populatie indelen in subgroepen (strata) en daarbinnen
willekeurig selecteren.
o Cluster sampling: Populatie indelen in clusters en willekeurig een aantal clusters selecteren.
Welke methodes passen bij kwantitatief en kwalitatief onderzoek?
1. Kwantitatief onderzoek:
o Vereist vaak aselecte steekproeven voor representativiteit.
o Methodes: Simple random sampling, gestratificeerde steekproeven.
2. Kwalitatief onderzoek:
o Kan vaak met selecte steekproeven, gericht op diepgaand begrip in plaats van
generaliseerbaarheid.
o Methodes: Convenience sampling, snowball sampling.
Thema 2.1 - Structurele Modellen
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper chantalbruinsma. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €9,66. Je zit daarna nergens aan vast.