Recente ontwikkelingen in risicogedrag
HC 1 – trends
Literatuur
Beschouw tabaksverslaving niet als leefstijl, maar als verslaving (Schellekens et al.)
Vaak ten onrechte gezien als een ongezonde leefstijl
Is ook een verslaving met biologische, psychologische en sociale factoren
Dit zal bereidheid van medewerkers groter maken om probleem bespreekbaar te maken
Als verslaving/stoornis volgens DSM-5:
o Gebruikt in grote hoeveelheden of langdurig
o Persisterende wens of mislukte pogingen om te stoppen (motivatie niet het probleem)
o Veel tijd aan besteden
o Gevoel van hunkering
o Belangrijke plichten niet worden nagekomen
o Aanhoudend tabaksgebruik
o Belangrijke sociale, beroepsmatige of vrijheidsactiviteiten opgegeven/verminderd
o Fysiek gevaar opleveren
o Gebruik gaat door ondanks problemen daardoor
o Tolerantie (om gewenst effect te bereiken / duidelijk verminderd effect)
o Onttrekkingssymptomen
2/3 criteria: milde stoornis
4/5 criteria: gematigde stoornis
6 of meer criteria: ernstige stoornis
Te maken met controleverlies en hersengebieden die betrokken zijn bij beloning en cognitieve
controle
Ook erfelijke factoren van belang
Behandelingen:
o Enkel eerstelijns programma vergoed
Kortdurende, gedragsmatige ondersteuning
Combinatie van psycho-educatie, stoppen-met-roken-advies (op maat), steunend
contact, motiverende gespreksvoering en cognitieve gedragstherapie
Eventueel aanvullend met medicatie
Gericht op nicotinevervangende middelen, antagonisme voor nicotine of
op het beloningssysteem in de hersenen
Why do only some cohert studies find health benefits from low-volume alcohole use? (Stockwell et al.)
Veronderstellingen van gezondheidsvoordelen van alcohol hebben grote invloed op wereldwijde
schattingen van ziektelast en richtlijnen voor drinken
Sommige studies vinden voordelen van 1 glas alcohol, maar sprake van selectiebias wat dus
leidt tot misleidende positieve gezondheidsassociaties (en dus lagere sterfte)
Gaat over de suggestie dat 1 glas alcohol per dag goed is voor je gezondheid
Is er een gezondheidseffect in positieve zin van het drinken van 1 glas alcohol?
Als je kijkt naar gezonde mensen kijkt dan neemt de sterfte toe bij meer alcohol
De groep zieke mensen die geen alcohol drinken niet meenemen, gaan om andere reden dood
Als je deze wel meeneemt, lijkt het alsof er bij mensen die niet drinken wel een risico is op sterfte
Controlegroep bij onderzoeken is vaak niet goed, geen gezonde controle groep, hebben al problemen
,Je kunt verschillende ziekten krijgen, maar ook ongelukken veroorzaken of passief/actief worden of
invloed op je hersenen
Vrouwen minder vocht in hun lichaam, meer vet en vaak kleiner, dus meer effect
College
Wat verstaan we onder risicogedrag?
Adolescentie en jong-volwassenheid zijn periodes waarin risicovolle activiteiten toenemen
o Scherm
o Drugs
o Overgewicht
o Vechtpartijen/agressie
o Alcohol
Norm van alcohol drinken is sterk veranderd over de jaren heen
o Afname van het gebruik
Alcohol leeftijd veranderd naar 18 (2014)
Meer bewust van negatieve gevolgen/schade
Meer campagnes
Meer nieuwsberichten
o Vanaf 2015 blijft het stabiel
Niet iedereen gevoelig voor campagnes
Zal altijd een groep blijven drinken (bodem bereikt?)
Verandering in de norm (drankje hoort erbij bijv.)
Prijs/beschikbaarheid (jongeren meer geld?)
Reclame en zichtbaarheid in series/tv
Komst van alcoholvrije drankjes (stap kleiner)
Klein deel gebruikt het als echte vervanging, vaak toevoeging
Corona-situatie
o Wel een piek rond 2021
Tijdens corona (meer thuis drinken)
Tijdens eerste lockdown minder alcohol
Daarna na het gebruik toe mogelijk inhaalslag
Voor roken geldt er ook een afname
o Vanaf 2017 lijkt er een stagnatie
o Enkel rond 2021 een toename bij 16-jarige (corona?)
Verbod op tabaksreclame (2002)
Rookverbod in de trein (2003)
Rookvrije werkplek (2004)
Rookverbod horeca (2008, opgeheven in kleine horeca in 2010)
Leeftijdsgrens van 16 naar 18 (2013)
Prijs in 10 jaar verdubbeld (2003-2023)
Norm veranderd (vroeger heel normaal, sterker dan alcohol)
Bewustzijn negatieve gevolgen/schade
o Verschuiving naar e-sigaret
Populair, vaak op jonge leeftijd, vanwege smaakjes
Rol van influencer (promoten vapen)
Geen vervanging, want alsnog nicotinegebruik, vaak hoge concentratie
Bedoeld om mee te stoppen voor rokers, nicotine langzaam afbouwen
, Via e-sigaret kunnen jongeren wennen aan het roken zelf door de smaakjes
o Andere landen:
Nieuw-Zeeland: generatieverbod op rookwaar
Geboren na 2008 kun je geen tabak kopen
Nicotinegehalte in sigaretten gingen omlaag (niet voor e-sigaretten)
Maar accijnsinkomsten lopen ze mis, dus wordt mogelijk teruggedraaid
Engeland hier wel mee bezig
o Nederland:
Nationaal preventieakkoord:
Afspraken om Nederlanders gezonder te maken door roken, alcohol en
overgewicht terug te drinken
Zoals verhogen prijzen, beleid op scholen etc.
Doel:
0 rokers in groep tot 18 jaar en max. 5% onder volwassenen
Max 25% onder 18 jaar ooit alcohol op en max 5% probleemdrinkers
o Wat zeggen experts over roken:
Accijnsverhogingen essentieel
Antirookmaatregelen zichtbaar zijn
Aantal verkooppunten omlaag
Tabakslobby geen invloed meer hebben (fabrikanten proberen steeds iets nieuws
te introduceren)
Generatiegebonden wet voor verbod tabaksverkoop
Campagnes (vertellen dat ze door industrie verslaafd worden gemaakt)
Meer verdiepen in waarom jongeren roken
Drugs:
Slaap-en kalmeringsmiddelen: benzodiazepinen
o Wel veel bijwerkingen, kans op verslaving en overdosis
Cannabis:
o Verzamelnaam van hasj en wiet
o Werkende stoffen:
THC: roesopwekkende stof
CBD: rustgevend, ontspannend
o Risico: moeilijk om goed te doseren (vergeleken roken bijv.)
Kan ook gegeten worden namelijk (space cake) duurt veel langer dat de
effecten optreden (1 tot 2 uur), hierdoor snel een 2e dosis nemen
Effecten blijven wel langer met eten en minder voorspelbaar THC in de
darmen afgebroken; mate waarin dit gebeurt verschilt per persoon
o Invloed op slaap, emotiebeleving, eetlust, verwerken van informatie, reactievermogen en
high voelen
o Kan ook:
Negatieve psychische gevolgen hebben
Schade aan de luchtwegen (door droge teergehalte)
Bij spacecake een overdosering veroorzaken
Hallucinaties, angst en paniek veroorzaken (bij hoge dosering)
Verslavend werken
o Prevalentie hoger onder studenten
, XTC/ecstacy:
o Werkt stimulerend, krijgt energie, voelt je wakker
o Bewustzijnsveranderend: muziek wordt anders waargenomen, meer behoefte aan
knuffelen
o 20-60 minuten na innemen werkzaam en na 4-6 uur uitgewerkt
o Gevolg overdosering: hartproblemen, leverfalen, oververhitting
Lichaamstemperatuur ontregeld
Xtc zorgt voor extra belasting van hart en de bloedvaten
o Bijwerking: vergrote pupillen, verhoogde bloeddruk en tandenknarsen
Dagen erna: geheugenverlies en depressieve gevoelens, paniekreacties,
slaapstoornissen
Cocaïne:
o Stimulerend op de hersenen
o Energie, euforie, gevoel van opwinding, grote helderheid
o Duren max. 1 uur
o Vaak gebruikt om te kunnen presteren: voelt je sterk, actief, spraakzaam, zelfvertrouwen
o Risico’s: hartklachten, onrust/angst, psychische problemen, impotentie (erectieprobleem)
o Stof die vrijkomt: dopamine
Manier waarop zenuwen signalen aan elkaar doorgeven wordt beïnvloed
Dopamine hoopt zich op en geeft meer signalen door
Beloningsgebied wordt geprikkeld, jezelf lekker voelen
Doet minder met adrenaline en serotonine
o Mensen met primair probleem in cocaïne is sinds 2008 gedaald
Amfetamine (speed):
o Stimuleert de afgifte van dopamine en blokkeert de heropname ervan beloningsgebied
extra geprikkeld
o Voelt je euforisch, alert en spraakzaam, sterk verlangen naar het middel
o Risico’s: slapeloosheid, gewichtsverlies, paranoia
o 4,5% van de bevolking weleens gebruikt
Lachgas:
o Komt direct in een roes van een paar minuten
o Omgeving waziger zien, geluid lijkt langzamer en klinkt anders
o Risico’s: bevriezing lippen/longen, zuurstoftekort, zenuwschade, tintelingen, vitamine
B12 tekort
o Staat op lijst II van Opiumwet verboden te verkopen/te hebben
GHB:
o Verdovende werking op het centrale zenuwstelsel, geeft ontspannen gevoel
o Ook seksueel stimulerend
o Risico’s: overdosering (out gaan) en verslaving
66% weleens out gegaan:
Moeilijk om juiste dosering te bepalen
o Na 5-30 minuten werkzaam, effect duurt 2-3 uur
Heroïne (opiaat):
o Gemaakt van opium, meestal met naald gespoten of gerookt
o Kan fijn wit poeder zijn of geelbruine blokjes
o Effect op dopamine en doorgeven van pijnsignalen; gelukkig, ontspannen voelen en geen
pijn voelen
o 1 minuut na inname effect: tot 4-6 uur
, o Risico’s: misselijkheid, braken, demping van de ademhaling, zeer verslavend
Geschiedenis:
1886: Coca Cola op de markt gebracht
o Cocabladeren en Kolanoten zat cocaïne vroeger in
o Door politieke druk na 17 jaar cocaïne eruit gehaald
1912: Opiumverdrag
o Cocaïne en opiaten alleen voor medische en wetenschappelijke doeleinden
1919: eerste Nederlandse Opiumwet
o Bezit van drugs nog niet strafbaar, handel alleen voor medische doeleinden
1976: wijziging Nederlandse Opiumwet
o Onderscheid tussen drugs met een onaanvaardbaar risico voor volksgezondheid (lijst 1=
harddrugs, zoals cocaïne, heroïne, amfetamine, GHB, LSD, XTC) en drugs met minder
zwaar risico (lijst 2= cannabis, slaap- en kalmeringsmiddelen en benzodiazepines)
Gebruik van drugs niet strafbaar, maar bereiding, verkoop en bezit wel
Daarnaast sommige middelen (ketamine, bezodiazepines) vallen onder Geneesmiddelenwet
Ook een Wet voorkoming misbruik chemicaliën: stelt grenzen aan handel en bezit van
grondstoffen voor drugs
Designerdrugs
o Veel drugs hebben een plantaardige oorsprong
o In laboratorium kunnen ze dit namaken, zo kun je ze ook veranderen/herontwerpen
o Moleculaire structuur van bestaande traditionele verboden drugsmoleculen worden beetje
veranderd met de bedoeling een nieuwe drug te maken
o Chemische structuur van designerdrugs 4-FA lijkt bijv. sterk op het verboden pepmiddel
amfetamine; werking vaak wel vergelijkbaar, maar de stof valt niet onder de drugswet
productie, verkoop, bezit nog niet illegaal (risico’s daarentegen wel onbekend)
Vervolg Opiumwet
o 1988: XTC in Opiumwet opgenomen
o 1997: Designerdrug 2C-B opgenomen
o 2007: designerdrug 4-FA verschijnt voor eerst op Nederlandse markt
o 2017: designerdrug 4-FA op lijst 1 met verboden middelen met onaanvaardbaar risico
o 2023: voorstel naar Tweede Kamer voor toevoegen derde lijst met doel tegengaan
productie en handel in designerdrugs (16 jan. 2024 aangenomen)
Schadelijkheid van drugs:
Op verschillende manieren naar kijken
o Verslaving
o Sociale schade individueel
Verwaarlozing werk of sociale contacten
o Sociale schade bevolking
Verkeersongelukken
Vernieling
Agressie/vechtpartijen
Meeroken
Bijv. alcohol hoger
o Acute toxiciteit
Korte termijn effecten
Bijv. roken hierin lager (enkel misschien hoesten)
o Chronische toxiciteit
, Lange termijn effecten
Bijv. roken hierin hoger
Definitie verslaafd: elementen zoals
Niet meer zonder kunnen (lichamelijk of psychisch)
Steeds meer nodig hebben
Ontwenningsverschijnselen krijgen (lichamelijk of geestelijk)
Veel tijd ermee bezig zijn
Feeling ‘high’:
Iedereen vindt het leuk, maar lijkt alsof het nodig is om normaal te kunnen doen, verslaafd raken
aan het ‘high’
Begint vaak met onschuldige acties, maar verslaving is uiteindelijk het einde van een lange
neerwaartse spiraal
Stages:
o We gebruiken een middel om high te worden
o We gebruiken een middel om normaal te voelen
o We gebruiken een middel om ontwenningsverschijnselen te vermijden
,Recente ontwikkelingen in risicogedrag
HC 2 – rol van erfelijk gedrag en opvoeding
Literatuur
Zit middelengebruik en verslavingsgedrag in de familie (Vink)
Komt het door dezelfde omgeving of door een erfelijke aanleg?
Kijkend naar adoptiestudies of tweelingstudies
Resultaten:
Roken: gezinsomgeving en erfelijke aanleg beide invloed (lichtelijk unieke omgeving)
Cannabis: gezinsomgeving en erfelijke aanleg (40%) beide invloed (lichtelijk unieke omgeving)
o Bij problematisch cannabisgebruik rol erfelijk aanleg groter dan omgevingsfactoren
De mate waarin iemand verslaafd raakt aan nicotine is grotendeels biologisch bepaald
o Ervaren van beloning, gevoel van voldaan etc.
Alcohol: grotere invloed omgeving, kleinere bijdrage erfelijkheid
o Op latere leeftijd genetische gevoeligheid meer een rol spelen
o Bij probleemdrinken is erfelijke aanleg weer belangrijker
o Ernstige levensgebeurtenissen in combinatie met genetische gevoeligheid hebben groter
risico
Cafeïne: zowel erfelijke aanleg als unieke omgevingsfactoren (buiten het gezin om)
o Bij koffie is dit ook nog de gezinsomgeving
o Maar bij overmatig koffie gebruik of cafeïne inname speelt gezinsomgeving geen rol
Vaak mensen die veel roken, ook meer koffie drinken of alcohol genetisch gevoelig voor
verslavingsgedrag i.p.v. een specifiek middel?
Ja, gebruik van twee of meer middelen grotendeels erfelijk bepaald (lichtelijk unieke omgeving)
Mensen met genetische gevoeligheid voor verslaving lopen grotere kans om, als ze stoppen met
gebruik van een middel, te beginnen met een ander middel/verslavingsgedrag
Echter, genetische expressie hangt wel af van de omgeving
o Zo helpen de regels tegen roken of campagnes daarbij
o Minder toegang tot de middelen
o Ook reageert niet iedereen hetzelfde op een preventie of aanpakstrategie meer
behandeling op maat
, Developmental alcohol-specific parenting profiles in adolescence and their relationships with
adolescents/ alcohol use (Koning et al.)
Leeftijd waarop je begint met alcohol is verbonden met verschillende risico’s (hersenschade,
schoolprestaties, misbruik etc.)
Ouders benaderen bij alcoholinterventiepogramma’s kan effectief zijn
Hogere kwaliteit van communicatie houdt verband met lagere drinkpercentages
Opvoedingspraktijk hierbij ook van belang (bijv. stellen van regels)
o Permissieve opvoedingsstijl hangt samen met hoog alcoholgebruik en sterkste stijging
o Veel, matige communicatie, maar lage strikte regels was twee na hoogste groep
o Weinig, matige communicatie, maar meer strikte regels zorgen voor latere stijging
o Veel en goede communicatie en meer strikte regels is relatief laag gebruik
o Redelijke communicatie en redelijke regels ook relatief laag gebruik
Communicatie is de twee laatste groepen nam wel af naarmate kinderen ouder worden, maar dit
heeft te maken met de drang van adolescenten om te winnen
Streng ouderschap kan worden beschouwd als ouderlijke betrokkenheid, met daarbij dus
kwalitatieve en frequente communicatie
Bij adolescenten dus meest effectief om beperkende regels op de stellen waarbij goede
communicatie van belang is
College
12-15 jarigen die nog nooit gerookt hebben: kans dat ze 2 jaar later zijn begonnen met roken als ze een
oudere broer/zus hebben die rookt (t.o.v. niet rokende broers/zussen
Komt het omdat oudere broer/zus voorbeeldfunctie vervuld, of dat ze in dezelfde gezinsomgeving delen
met elkaar, of ligt het aan de genen vanuit de ouders?
Broers en zussen delen 50% van de erfelijke aanleg met elkaar