Deze samenvatting houd meer het boek aan De Oudheid, duidelijk overzicht per hoofdstuk, vanaf de 4e eeuw v.Chr tot na de 6e eeuw. Mensen in het rood, begrippen in het oranje, jaartallen blauw en plekken groen voor een duidelijker beeld en makkelijker terug te vinden. Het is een accurate samenvattin...
Tot ver in de 4e eeuw was het Perzische Rijk het enige wereldrijk in Eurazië, maar in de volgende
eeuwen kwamen grote rijken in hoogontwikkelde gebieden van China tot aan de Middellandse Zee
op. Tussen deze gebieden kwamen directe en indirecte contacten tot stand, waardoor de
invloedsferen uitbreidden.
In China kwam de ‘tijd van strijdende staten’ in de 3 e eeuw v. Chr. tot een einde en ontstond het
Chinese keizerrijk met Qin Shu Huangdi als eerste keizer. De keizer kondigde een uniform stelsel van
wetten af, voerde één munt in, legde wegen aan en de Chinese Muur werd gebouwd.
India was tot het einde van de 4e eeuw politiek versnipperd. Het noordelijke deel van India zou aan
het einde van deze eeuw ingenomen worden door Alexander de Grote. Dit leidde tot een politieke
tegenreactie en het stichten van een gecentraliseerd rijk door Chandragoepta Maurya. Zijn kleinzoon
Asoka bekeerde zich tot een nieuwe religie, het boeddhisme, dat de grootste religie in India werd.
In de 5e en 4e eeuw v. Chr. hadden de Grieken in het Middellandse Zeegebied grote militaire en
politieke macht verworven. Dit valt voor een belangrijk deel te verklaren uit de overbevolking en de
hoge participatie van de bevolking in oorlogsvoering. Alexander de Grote vulde zijn Macedonische
leger aan met Griekse bondgenoten. Door zijn veroveringen werd de Griekse wereld steeds groter en
bestond zij niet meer alleen uit de oude poleis.
In 336 v. Chr. werd de Macedonische koning Filippos vermoord. Hij werd opgevolgd door zijn zoon
Alexander. Hij begon al snel aan zijn veroveringen, onderwierp volkeren en trok met een leger
bestaande uit Macedoniërs en Grieken richting Azië. De basis van zijn leger was de falanx en werd
verder aangesterkt door ruiters en infanterie. Alexander was naar Azië gegaan onder de leus daar de
Grieken te bevrijden van het Perzisch gezag en om de Perzen te straffen voor de verwoestingen die
zij in Griekenland hadden aangericht. Daarnaast zou Klein-Azië geschikt zijn voor kolonisatie.
Kolonisatie zou een oplossing zijn voor de overbevolking in Griekenland. Ook eer was een belangrijke
reden voor zijn expeditie.
Alexander trok via de westkust van Klein-Azië het binnenland in en ging vervolgens zuidwaarts via
Syrië en Fenicië richting Egypte waar hij de stad Alexandrië stichtte.
In 331 v. Chr. bood de Perzische koning Darius vrede aan, maar Alexander weigerde dit. De grootste
veldslag in de geschiedenis van de Grieks-Perzische oorlogen zou volgen. Darius zou vluchten en
Alexander nam Babylon in.
Tot zover had Alexander te maken gehad met volken en landstreken die door de Perzen
onderworpen waren en Alexander als nieuwe heerser accepteerde of zelfs toejuichten. Hier kwam
verandering toen Alexander verder naar het oosten trok en in het huidige Irak kwam. In Medië
werden de Griekse bondgenotentroepen ontslagen en kwam er een einde aan de expeditie van de
Korintische Bond onder leiding van Alexander. Alexander zou in zijn eentje verder naar het oosten
trekken. Hij werd regelmatig bijgestaan door Grieken die zich op individuele basis bij hem aansloten.
Alexander stelde nieuwe satrapen aan, gouverneurs van Perzische provincies. Zij waren vaak
Macedonisch en soms Grieks.
Bessos was de opvolger van Darius, die hij vermoord zou hebben. Alexander de Grote zou Bessos
opvolgen en hij liet Bessos als koningsmoordenaar terechtstellen.
In 325 v. Chr. bereikte de expeditie van Alexander de Indusmonding, waarna Alexander weer naar
het westen zou trekken. Hij trok naar Susa (Iran) waar hij een massabruiloft van Macedoniërs met
Perzische vrouwen organiseerde. Hijzelf huwde de oudste dochter van Darius III. Alexander wilde een
gemengd Macedonisch-Perzische elite creëren die het rijk bijeen zou houden.
,In 323 v. Chr. begon Alexander aan de voorbereidingen van een nieuwe expeditie. Met een vloot zou
hij vanuit Mesopotamië om Arabië heengaan. Deze expeditie zou echter nooit plaatsvinden doordat
Alexander plotseling ziek werd en overleed. Het overlijden van Alexander betekende het einde van
zijn rijk en de ‘eensgezindheid’ van de Macedoniërs en de Perzen.
De geschiedenis van de eerste 4 decennia na Alexander zijn dood is er een van opeenvolgende
oorlogen en kortstondige bondgenootschappen tussen generaals die wilden verhinderen dat één van
hen de volledige machtspositie zou erven. De generaals werden diadochoi, opvolgers. De
belangrijkste diadochen zouden een koningstitel aannemen en er ontstonden rijken in Egypte, Klein-
Azië en Europa die steunden op de militaire bovenlaag van Grieks-Macedonische beroepssoldaten.
De belangrijkste opvolgers waren Antigonos en zijn zoon Demetrios, Ptolemaios en Seleukos.
Antigonos en Demetrios waren het meest succesvol en benoemden zichzelf als eerste tot koningen.
Uiteindelijk werden zij verslagen door een coalitie van Seleukos, Ptolemaios en de tijdelijke
machthebbers van Thracië en Macedonië. Ptolemaios en Seleukos organiseerden vervolgens hun
eigen monarchieën in Egypte en het grootste deel van Voor-Azië. In het Egeïsche gebied kwam
Antigonos, zoon van Demetrios op de troon. Drie koninkrijken probeerden elkaar sindsdien in toom
te houden: Egypte onder de Ptrolemaeën, Voor-Azië onder de Seleuciden en Macedonië onder de
Antigoniden.
In Griekenland waren de poleis als lid van de Korintische Bond hun zelfstandigheid verloren. Meer
dan lokaal zelfbestuur hadden ze niet. Na de dood van Alexander werden de Griekse poleis een
speelbal van de om de macht strijdende diadochen. Athene en andere poleis hadden op de dood van
Alexander gereageerd met een opstand tegen de stadhouder die Alexander had achtergelaten. Deze
opstand/oorlog duurde niet lang en de Atheense vloot werd verslagen door de Macedonische
waarna Athene moest capituleren. De democratie werd afgeschaft en de theten verloren hun 5rfc
burgerrecht. Hiermee was de klassieke tijd definitief voorbij en de tijd van grote monarchieën was
aangebroken.
In Klein-Azië ontstond in 260 v. Chr. het rijk Pergamon. De poleis in dit rijk werden als soeverein
erkend.
In de 4e eeuw v. Chr. was de Korintische Bond opgeheven.
De poleis op de Peloponnesos sloten een eigen politieke federatie, de Achaeïsche Bond.
Er traden machtsverschuivingen tussen de oude poleis op. Athene verloor steeds mee politieke
macht, al behield het een artistiek en intellectueel prestige. Ook Sparta was geen machtsfactor meer.
De nieuwe machten in Griekenland waren de Aetolische- en Achaeïsche Bond. In economisch opzicht
waren het Korinthe en Rhodos. De opkomst van de Aetolische- en Achaeïsche Bond verhinderde
interventies van Macedonië.
In de 3e eeuw v. Chr. verenigde Rome heel Italië onder zijn heerschappij en wist hij de macht van
Carthago te breken en het westelijk beken van de Middellandse Zee te onderwerpen. In 200 v. Chr.
verklaarde Rome de oorlog aan Macedonië. Motieven waren wraakzucht (Filippos V van Macedonië
had Carthago geholpen) en imperialisme. De Aetolische en Achaeïsche Grieken sloten zich bij de
invasiemacht aan. Het leger van Filippos werd verslagen en de Griekse steden werden vrij verklaard.
Volgens de Romeinen moesten de Grieken hen dankbaar zijn en zich voortaan als clientes van hun
patronus Rome gedragen. Dit leidde tot spanningen tussen de Grieken en de Romeinen. De opvolger
van Filippos zou Rome weer de oorlog verklaren, maar deze werd weer verloren door de
Macedoniërs. Intussen had het optreden van de Romeinen in de Griekse steden steeds meer verzet
opgeroepen. Er ontstond een opstand tegen Rome die werd neergeslagen. De Achaeïsche Bond werd
ontbonden. Hiermee eindigde de politieke geschiedenis van Griekenland in de Oudheid. Het land
, werd bij de Romeinse provincie Macedonia toegevoegd. Een aantal steden, zoals Athene en Sparta,
werden hier niet bij toegevoegd maar moesten zich wel geheel schikken naar de wensen van Rome.
Onder Julius Caesar werden het zuiden en midden van Griekenland een aparte provincie, Achaea.
In Voor-Azië was Seleukos uit de machtsstrijd tussen de diadochen als sterkste tevoorschijn
gekomen. Hij stichtte een nieuwe hoofdstad voor zijn rijk, Seleukeia. Seleukos noemde zichzelf
koning (basileus). De bestuurslaag en het leger in het Seleucidenrijk waren Grieks-Macedonisch. Het
leger van de Seleuciden bestond uit professionele soldaten van Griekse of Macedonische origine of
(in mindere mate) van Aziatische afkomst. De soldaten van Aziatische afkomst waren vergriekst op
gebied van taal en cultuur. De macht van de Seleuciden rustte voornamelijk op een staand leger. De
kloof tussen de onbewapende bevolking en de troepen van de koning werd versterkt doordat deze
troepen nu Grieks praatten. Het leger was geconcentreerd in steden en dorpen: de soldaten kregen
een huis en een stukje land en vormden tegelijk garnizoenen. Deze nederzettingen waren militaire
steunpunten en tegelijk brandpunten van de hellenistische cultuur. De steden kregen een Grieks
karakter en werden georganiseerd als Griekse poleis. Alleen de Grieken waren burgers, inheemse
bewoners kregen een aparte, mindere status. De steden bezaten lokale autonomie, maar zij waren
geen stadstaten in de zin van onafhankelijke republieken. Om zijn uitgestrekte gebied te beheersen
gaf Seleukos zijn gouverneurs, die de Griekse titel van strategoi droegen, meer macht dan dat de
Perzische satrapen hadden.
Door oorlogen verloor het Seleucidenrijk gebieden. Onder de regering van Antiochos III de Grote
maakte het rijk nog eenmaal een opleving door. Na zijn dood verloor het rijk weer gebieden door
oorlogen en invallen. Antiochos IV trok zich terug naar Syrië waar hij geconfronteerd zou worden met
de Joodse opstand.
Onder de heerschappij van de Perzen hadden de Joden over het algemeen een tijd van rust ne
voorspoed gekend. De Perzische koning erkende de geldigheid van Joodse wetten. Van de 5 e tot 2e
eeuw beleefden de Joden een periode van verdieping van hun godsdienst. Onder de heerschappij
van Alexander de Grote veranderde in wezen niks aan de situatie. Na de dood van Alexander werd
Palestina deel van het Ptolemaeënrijk. Griekse intellectuelen hadden interesse in het jodendom en
de Joden werden met welwillendheid behandeld. Tegelijk ontstond onder de Joden in Palestina zelf
een maatschappelijke bovenlaag die toenadering zocht tot de hellenistische cultuur. Onder de
heerschappij van de Seleucidenkoningen ging de hellenistische georiënteerde Joodse elite nog verder
op weg naar hellenisering en verwijderde zich daarmee nog meer van de massa van het volk. De
tegenstellingen splitsten zich toe toen de elite van Jeruzalem in samenwerking met koning Antiochos
V de stad als Griekse polis organiseerde. Het wantrouwen tegen de koning en de gehelleniseerde
Joden groeide waarop de koning reageerde met een aantal edicten die joden in gareel bracht. De
koning liet zichzelf als god vereren wat de Joden als een dreiging zagen en daarom kwamen zij in
opstand. Dit verzet deed een nieuw fenomeen ontstaan: dat van de martelaar of standvastige
gelovige die tot in de dood trouw blijft aan de geboden van zijn godsdienst en die de dood verkiest
boven de geringste inbreuk op die geboden. Het verzet brak uit onder leiding van de Makkabeeën,
zonen van een priester. Onder leiding van Judas versloegen zij koninklijke troepen en namen zij
Jeruzalem in. In naam van koning Antiochos werden alle anti-Joodse decreten weer ingetrokken.
In de jaren die volgden werd het Seleucidenrijk verscheurd door burgeroorlogen. Het staatje van de
Makkabeeën kon zich intussen consolideren. Vanaf 104 v. Chr. noemden de regerende Makkabeeën
zichzelf koning. Volgens de Joden moest de koningstitel eigenlijk gereserveerd blijven voor de
Messias. De Makkabeeën gingen zich focussen op internationale politiek en werden gehelleniseerd.
Na de komst van het eerste Romeinse leger in Klein-Azië in 190 v. Chr. ,in de oorlog tussen Rome en
Antiochos, begon een periode van voortgaande fragmentatie. Het koninkrijk Pergamon werd als
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Leeo. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,46. Je zit daarna nergens aan vast.