Stappenplan DGA
Werkgroep uitwerkingen, hoorcollege slides en sommige paragrafen van het boek verwerkt in 1
stappenplan. Week 1 t/m week 7. 8,5 gehaald voor het tentamen.
,Week 1 Wie is de DGA
Wie is de DGA?
- AB-houder art. 4.1
- Directeur, bestuurder, werknemer art. 3.80
- gebruikelijke loon art. 12a wet LB
-werknemer (art. 2+4 sub d wet LB & art. 2h UBLB 1965)
- arbeid verrichten tbv een lichaam
-Waarin de werknemer of zijn partner een AB heeS (H4)
- Ter beschikking steller art. 3.90
• Art. 3.92, lid 1 Wet IB 2001
– rendabel maken
– van vermogensbestanddelen
– door deze ter beschikking te stellen
– al dan niet tegen een vergoeding
– rechtens dan wel in feite
– direct of indirect
– ‘voor zover’-bepaling
– schulden die rechtstreeks samenhangen met de vermogensbestanddelen
Ondernemen vanuit de BV (box 2) of vanuit privé (box 1)?
Juridische verschillen
– Persoonlijke aansprakelijkheid
• Vanuit de BV? Beperking van aansprakelijkheid
– Uitz.: bestuurdersaansprakelijkheid / uitkeringstest
– Nuancering: borgstelling voor schulden van de BV
• Vanuit privé? Geen beperking van aansprakelijkheid
– Een IB-ondernemer is met zijn gehele vermogen aansprakelijk voor de
schulden van de onderneming
– N.B.: Hoe risicovol zijn de ac`viteiten?
– Regels voor bedrijfsovername- en opvolging
• Vanuit de BV? Meer mogelijkheden om bedrijfscon`nuïteit te waarborgen en
prak`sch in te vullen
– Bijv. aanbiedingsplicht, cer`ficering, splitsing, enz.
– Bijv. bedrijfsoverdracht door aandelen, waarbij de BV eigenaar blijS van de
ac`va en passiva
– Erfgenamen krijgen aandelen of cer`ficaten
• Vanuit privé? Minder mogelijkheden
– De ondernemer is eigenaar van de ac`va
– OprichIngs- en jaarlijkse kosten
• Vanuit de BV? Sinds 1 oktober 2012 is oprichten van een BV eenvoudiger geworden
– O.a. geen minimumkapitaal meer
• Vanuit privé? Oprichten is nog steeds goedkoper dan het oprichten van een BV
- Pensioen- en vermogensopbouw in de onderneming
• Vanuit de BV? Tot 1 april 2017 kon pensioen worden opgebouwd in een BV
(‘pensioen-BV’)
• Vanuit privé? Kan een fiscale oudedagsreserve vormen
PrakIsche verschillen
, • Vanuit de BV? Ondernemen met een BV is overzichtelijk. Zakelijke en prive zijn
gescheiden. BV heeS rechtspersoonlijkheid.
• Vanuit privé? Minder overzichtelijk. Zakelijk en privé zijn niet gescheiden.
Fiscale verschillen
• Vanuit de BV? Nederland kent het ‘klassieke stelsel’, d.w.z.:
– VPB-heffing bij BV op het moment dat ondernemingswinst wordt behaald.
– IB-heffing bij DGA in box 2 op het moment dat ondernemingswinst (na
heffing vpb) aan de DGA in privé toekomt.
• Vanuit privé (IB-ondernemer)? Art. 3.4 Wet IB 2001
– Belast in box 1 volgens art. 3.4 wet IB 2001:
– Progressief tarief oplopend tot 49,50% (tarief 2024, art. 2.10 Wet IB 2001)
– Grondslagberekening volgens totaalwinstprincipe (art. 3.8 Wet IB 2001)
– Jaarlijkse winstbepaling volgens goedkoopmansgebruik (art. 3.25 Wet IB
2001)
– Toepassing ondernemersfaciliteiten, zoals ondernemersaSrek (art. 3.74 Wet
IB 2001) en MKB-winstvrijstelling (art. 3.79a Wet IB 2001
Daarnaast is de DGA veelal ook inkomstenbelas`ng verschuldigd over een fic`ef in aanmerking
genomen gebruikelijk loon op grond van ar`kel 12a Wet LB 1964 jo ar`kel 3.80 Wet IB 2001.
Winst eenmanszaak in box 1 direct belast tegen 49,5%. Terwijl in box 2 eerst de BV 25,8% betaald en
pas bij het uitkeren van die winst betaalt de aandeelhouder box 2 belas`ng à 33%. De belas`ng die
de aandeelhouder moet betalen kan uiteindelijk wel boven die 49,5% komen.
Voordeel: aandeelhouder kan wel ervoor kiezen om geen dividend uit te keren, waardoor hij dus
minder belas`ng zal betalen
De Vakstudie VPB in aantekening 9.1.6 op art. 3.8 Wet IB 2001
Verdere voordelen van de BV:
• De mogelijkheid om vermogensbestanddelen buiten de risicosfeer te houden door deze
onder te brengen in een separate BV. Bijvoorbeeld: het onderbrengen van een
bedrijfspand of van auteursrechten of octrooien in een aparte vennootschap.
• De mogelijkheid tot werknemerspar`cipa`e. Een onderneming in de vorm van een BV
biedt meer mogelijkheden tot werknemerspar`cipa`e, bijvoorbeeld via uitgiSe van
op`es, SAR’s (Stock Apprecia-on Rights) of aandelen, zonder verzeild te geraken in een
‘stuurloze’ onderneming. Via bijvoorbeeld cer`ficering of oprich`ng van een personeels-
BV kan worden voorkomen dat de werknemers te veel zeggenschap krijgen in de
onderneming.
• Commerciële mo`even, bijvoorbeeld wensen van leveranciers en/of afnemers of
posi`onering binnen de markt.
AB-criteria art. 4.6
- al dan niet tezamen met partner: aandelen met partner bij elkaar optellen indien FP (art. 5a AWR jo.
1.2 wet IB)
- direct of indirect.
- als iemand direct al minder dan 5% heeS, stop je met tellen.
- 25% (direct) x 9% (indirect) x 100% = percentage aandelen
- Indirecte (via bv) en directe aandelen (van persoon naar Holding/wmaatschappij) in
werkmaatschappij optellen
, - 5% van het geplaatste kapitaal
- VN waarvan het kapitaal in aandelen is verdeeld
- tot kapitaal hoort niet ingekocht nog in te trekken kapitaal (art. 4.8)
- Aandelen, op`es, winstbewijzen en stemrechten: het moet gaan om een koopop`e van 5%.
Let op: Aandelen en koopop`es worden niet tezamen genomen
• Koopop`es op aandelen als winstbewijzen kunnen worden meegesleept of
meegetrokken (arq. 4.9 en 4.10 Wet IB 2001; zie ook art. 4.4 Wet IB 2001)
Op het moment dat je geen AB hebt ogv 4.6 ga je kijken of je soorten aandelen hebt 4.7
Soorten aandelen BNB 2012/80-81:
• Volgens de HR is sprake van een aparte soort als er een verschil bestaat in:
- De gerechIgheid tot een vermogensbestanddeel of reserve van de vennootschap of
(economische situa`e bepalen)
- De besluitvorming omtrent uitkeringen van winst en/of vermogen van de
vennootschap
• Lid 2: verschillen in aandelen staan niet in lid 2.
Je kan ook een AB krijgen ogv art. 4.6 door:
- genotsrechten 4.6 a + c jo. 4.3 (zowel eigenaar aandelen als de gerech`gde kunnen tegelijker`jd
kwalificeren als AB-houder) = 1 heeS het vruchtgebruik (4.3) en de ander de hoofdgerech`gheid (4.6)
- gerech`gd tot 5% van de stemmen uit te brengen in de algemene vergadering van een in art. 4.5a
(coopera`es) bedoelde rp.
Bij FP moet je als je wil samentellen al`jd iedereen tenminste 1 aandeel hebben. Dus als de ene 0%
heeS en de ander 6% kan je niet bij elkaar optellen. Je kan alleen dezelfde soorten aandelen optellen,
dus niet koopop`es met normale aandelen. Bij 4.10 kan dit wel.
Als er een nominale waarde staat van de aandelen. Moet je kijken naar het totale kapitaal (dus de
waarden van alle aandelen) en deel je dat door de waarde van de aandelen die 1 persoon heeS om te
kijken of die meer dan 5% heeS en dus een AB heeS. Val je niet onder art. 4.6 dan kijk je naar art. 4.7.
Voorbeeld
Y X
95,1% 4,9%
Houdster BV
95,1% 4,9%
Werkmaatschappij
BV
Geen AB in H bv want 4,9% < 5%.
In W BV: 4,9% x 95,1% = 4,6599% + 4,9% = 9,5599 = 9,56%. Hij heeS dan aandelen van 9,56% maar
omdat hij in H bv geen AB heeS, mag je niet doorrekenen na H bv. Dus ook geen AB in W bv. Wel
9,56% aandelen in totaal. Geen AB dus belast in box 3.
Meesleepobjecten (je moet al een AB hebben) Art. 4.9 Wet IB 2001 (ziet op jezelf)