Dhr. O.G.P. van
den Heuvel
05-06-2019
SONNY BOY
Leesverslag Nederlands
,1. Zakelijke gegevens
a. Annejet van der Zijl
b. Sonny Boy, Em. Querido’s Uitgeverij, vijftigste druk Amsterdam 2012, 1e druk: 2004, 219
bladzijden
c. Voorbericht: Voor mijn zusje, Sietske van der Zijl
Motto’s:
When there are grey skies,
I don't mind the grey skies
You make them blue Sonny Boy
Friends may forsake me.
Let them all forsake me.
You pull me through, Sonny Boy
You're sent from Heaven
And I know your worth.
You’ve made a heaven
For me right here on earth.
And then the angels grew lonely
Took you’ cause they’re lonely
Now I'm lonely too, Sonny Boy
‘Sonny Boy’ uit de film The Singing Fool. Gezongen door Al Jolson, 1928
Wie iets van een bepaalde tijd wil begrijpen, moet biografieën lezen, en dan niet die van
staatslieden, maar de in aantal veel te schaarse biografieën van onbekende burgers.
Sebastian Haffner, Het verhaal van een Duitser, 1914-1933
2. Keuze en eerste reactie
Keuze: Tijdens de lessen hadden we de film Sonny Boy gekeken en dat vond ik een erg mooi en
pakkend verhaal. Later had ik gehoord dat er ook een boek over was geschreven dus toen leek
het mij een goed idee om mijn boekverslag er ook over te doen. Ik wilde kijken wat de
verschillen waren tussen de film en het boek en die heb ik ook gevonden
Eerste reactie: Het verhaal liep af met een slecht einde voor Waldemar die werd doodgeschoten.
Dit gaf een tragisch gevoel, omdat zijn familie hem niet meer heeft teruggevonden en zijn
kinderen hem nooit meer konden zien.
,3. Verdieping
a. Samenvatting
Rika Hagenaar-van der Lans is vijfendertig jaar als het verhaal begint. Ze kijkt dan terug op haar
verleden. Als de jonge rooms-katholieke Rika van der Lans en de protestantse Willem Hagenaar
in 1911 trouwen tegen de wil van hun families, is het schandaal niet te overzien. Toch komt het
wel weer een beetje goed en wonen Rika, haar man en hun vier kinderen binnen enkele jaren
gelukkig samen in Den Bosch. De sfeer slaat echter om als Willem voor zijn werk moet verhuizen
naar het dorp Goeree. Rika kwijnt er weg van verveling en mist de zwierigheid van de grote stad.
Als haar man, niet wetende wat hij met zijn steeds opstandigere vrouw aan moet, zijn handen
niet meer thuis kan houden pakt ze in 1926 haar spullen en vertrekt naar Den Haag. Hier woont
ze enige tijd onder primitieve omstandigheden samen met haar kinderen. Ondanks de moeilijke
tijden stemt Rika er in toe Waldemar Nods in huis te nemen, een Surinaamse jongen die voor het
grote geld naar het rijke Nederland is gekomen. Ondanks het leeftijdsverschil van ongeveer
twintig jaar bloeit er snel iets op tussen het tweetal en het duurt niet lang voor Rika merkt dat ze
zwanger is. Haar kinderen vatten dit nieuws minder blij op dan gehoopt. Haar oudste zoon Wim
loopt samen met zijn broertje Jan zelfs weg, terug naar hun vader. Willem, nog steeds onwillig de
scheidingswens van zijn vrouw te accepteren, barst na het aanhoren van het verhaal van
jaloezie. Rika is ondertussen om haar relatie met een zwarte man compleet verstoten door haar
omgeving, en ondanks de pijn die het doet ziet ze zich snel genoodzaakt haar overige twee
kinderen, Bertha en Henk, ook naar hun vader te sturen. Deze verbiedt hun vervolgens echter
elk contact met hun moeder.
Vol verdriet over het “verlies” van haar kindjes verhuist Rika met Waldemar en hun zoontje
Waldy naar Scheveningen, waar het haar ondanks de crisisjaren dertig lukt een goedlopend
pension te starten. Eind jaren dertig treedt het paar in het huwelijk en begint het contact met
Rika’s kinderen langzaam weer redelijk op gang te komen.
Als de Tweede Wereldoorlog begint komt Rika snel in de LO terecht, de Landelijke Organisatie
voor Hulp aan Onderduikers. Het opvangwerk zet ze door, ook nadat het gezin door de Duitse
evacuatie van Scheveningen opnieuw terug moet verhuizen naar Den Haag. De Duitse
overheersing begint steeds een grimmigere omvang aan te nemen. Maar door stom toedoen van
een van haar onderduikers, de SS-deserteur Gerard van Haringen, wordt haar gezin januari 1944
verraden en worden al haar Joodse gasten op de trein gezet. Rika, Waldy en Waldemar worden
opgesloten in een gevangenis voor mensen uit het verzet, het Oranjehotel in Scheveningen.
Waldy is snel vrij en wordt in afwachting van de vrijlating van zijn ouders opgevangen door
verschillende gezinnen.
Door haar verbeten koppigheid wordt Rika gedurende haar verblijf in het Oranjehotel sterk
mishandeld door haar woedende ondervragers. Waldemar wordt snel naar het werkkamp in
Vught gestuurd en ook Rika verhuist daar na enkele maanden heen. Hun wegen worden echter
opnieuw gescheiden als Waldemar naar het concentratiekamp Neuengamme wordt verplaatst.
Door zijn kennis van de Duitse taal weet hij daar een baantje in de kampadministratie te
bemachtigen, waardoor hij het er naar omstandigheden redelijk heeft. Rika wordt later op
transport gezet naar het vrouwenkamp Ravensbruck. Hier overlijdt ze februari 1945 aan de
ziekte van dysenterie.
Ook Waldemar overleeft uiteindelijk de oorlog niet. Na de bevrijding van zijn kamp worden de
overlevenden opgevangen op het schip “Cap Arcona” aan de Oostzee. De Britse veiligheidsdienst
vermoedt echter dat de haven vol SS’ers zit en bombardeert de plaats 3 mei 1945. Duizenden
van de zwaar ondervoede ex-kampleden weten het slechts enkele minuten uit te houden in het
ijskoude water. Waldemar lukt het zwemmend de kust te halen, maar hij wordt op het strand
neergeschoten door Duitse soldaten.
Via ooggetuigen van de dood van zijn ouders weet Waldy na de bevrijding snel dat zoeken geen
, zin heeft. Hij krijgt het zeer moeilijk met het verlies en tot grote opluchting van de familie van
Rika nemen naar Nederland geëmigreerde familieleden van Waldemar de opstandige jongen in
huis. Om zijn worsteling te doorbreken probeert Waldy na vijftig jaar zijn leven op papier te
zetten, maar zonder bevredigend resultaat. Het heeft hem zonder meer geholpen dat uiteindelijk
Annejet van der Zijl het verhaal reconstrueerde.
b. Onderzoek van de verhaaltechniek
1. Schrijfstijl
Het taalgebruik in Sonny Boy is niet al te moeilijk en vaak kon ik moeilijke woorden wel
begrijpen door de context. Door deze schrijfstijl leest het prettig door.
2. Ruimte
Plaats:
Het verhaal speelt zich af in veel verschillende plekken, verspreid over de hele wereld.
Het begint in Suriname, waar Waldemar opgroeit en woont. Vervolgens komt Den Haag aan bod,
waar Rika woonde in haar jeugd. Toen zij 17 jaar was, verhuisde Rika naar Moerdijk. Even later
naar Apeldoorn en daarna naar Den Bosch. Dit was samen met haar eerste echtgenote Willem.
Vervolgens verhuisde het jonge gezin naar Goedereede, een eiland in Zuid-Holland. Na de breuk
met haar man, verhuist Rika naar Den Haag. Na de ontmoeting met Waldemar verhuizen zij naar
Scheveningen, waar het verhaal zich een grotere tijd afspeelt. Binnen Schevingen verhuist het
paar nog een aantal keren. Aan het begin van de oorlog moeten ze weer terugverhuizen naar
Den Haag. Vervolgens kwamen de gevangenissen en concentratiekampen aan bod. De
gevangenis werd ook wel het ‘Oranje Hotel’ genoemd, waar Rika en Waldemar naartoe moesten.
Hierna werden Rika en Waldemar vervoerd naar enkele concentratiekampen, zoals in Vught,
Neuengamme en Ravensbrück. De dood van Waldemar speelt zich af aan de Oostzee, waar hij
werd neergeschoten.
Tijd:
Het verhaal speelt zich af in de 20ste eeuw, van het begin, ongeveer 1910, tot ongeveer 1970. In
het eerste hoofdstuk wordt een stukje van het verhaal heel uitvoerig besproken. In het verhaal
was dus sprake van vertraging en versnelling. Dit stukje was alleen in 1923, het verhaal begint
dus niet aan het begin. Er is sprake van medias ras. Er worden ook veel stukken uit het verleden
gebruikt, zoals de geschiedenis van de ouders of voorouders van hoofdpersonen. De vertelde tijd
is best groot, dus tijdsprongen worden in dit verhaal vaak gebruikt. Bijvoorbeeld als Rika en
Waldemar in de gevangenis of het concentratiekamp zitten, worden tijdsprongen gebruikt.
3. Verhaalfiguren
Waldemar Nods: Oorspronkelijk uit Suriname, met een zwarte vader en blanke moeder, woonde
Waldemar uiteindelijk in Holland om te studeren. Hij is een van de weinige donkere mannen in
Holland. Mensen kijken hem dan ook regelmatig een beetje vreemd aan.
Hij is een goede zwemmer. In Suriname zwom hij bijna iedere dag in de wilde rivier, die hij op
zijn duimpje kende. De rivier voelde als een soort vriend voor hem. In Holland is het voor hem
moeilijk om te wennen aan het klimaat, de houding van de mensen etc. Totdat hij bij de
vriendelijke en warme Rika gaat wonen. Hij wordt verliefd op haar. Samen krijgen ze een kind,
Waldy. Ze verhuizen naar zee, wat erg prettig is voor Waldemar, omdat hij hier toch een stukje
thuis voelt. Waldemar is een keurige, nette jongen. Hij wil graag zijn studie afmaken, ondanks
het geldtekort. Daarna gaat hij aan het werk. Hij gedraagt zich altijd erg netjes en precies volgens
de regels, zoals hij dat geleerd heeft.