Kindergeneeskunde (Tentamenstof 01/10)
Mul: H1 Introductie in de kindergeneeskunde
Drie hoofdgebieden van ontwikkeling worden onderscheiden:
- Motorische (bewegen, kruipen, staan lopen)
- Cognitieve (denken)
- Sociale gebied
Verschillende redenen waarom andere of anders verlopende ziektebeelden
voorkomen bij kinderen in vergelijking volwassenen. Volgende groepen
voorbeelden van:
- Congenitale aandoeningen
Zijn ziekten of stoornissen die al bij geboorte aanwezig zijn. Beperkt
aantal direct zichtbaar bij geboorte. Vb: schisis (lip- of
gehemeltespleet.
- Erfelijke ziekten
Worden van ouder op kind overgedragen via erfelijk materiaal
(chromosomen) in geslachtscellen.
- Overgang naar leven buiten baarmoeder
Bij geboorte kind overgang van leven in baarmoeder (intra-uterien)
naar leven buiten baarmoeder (extra-uterien) maken. Vooral
orgaansystemen van ademhaling en circulatie veranderen hierbij
ingrijpend.
- Anatomische verschillen
Anatomie diverse organen maakt in loop tijd zekere rijping door.
Verschillen in anatomie tussen kinderen en volwassenen maken bep.
aandoeningen anders, soms ernstiger, velropen op kinderleeftijd
- Ontwikkeling afweer
Eigen afweer kinderen nog opgebouwd worden, zullen sommige
ziekten waarvoor ouderen inmiddels immuun zijn, op kinderleeftijd
nog kunnen voorkomen.
- Ontwikkelingsstoornissen
Abnormale of stilstaande ontwikkeling op een van de
ontwikkelingsgebieden kan aanleiding zijn om medische hulp in
schakelen.
Anamnese in kindergeneeskunde vaak heteroanamnese van ouder(s).
Goed navragen van objectiveerbare symptomen, bijv.
lichaamstemperatuur, groot belang.
Systematisch volgende gegevens verzameld:
1. Reden van komst of het acute probleem.
2. Algehele conditie nagevraagd: gedrag, eetlust, groei en
ontwikkeling, bewustzijn en koorts
3. Een functieanamnese, orgaansystemen komen aan bod: eten,
slapen, ontlasting, plassen, ademhaling, motoriek en prestaties.
4. Psychomotorische ontwikkeling
5. (bij zieke neonaten) aandacht voor de periode tijdens en na
zwangerschap
6. Erfelijke of aangeboren aandoeningen
,Voor kinderarts is ziek kind een kind bij wie snel medische hulp nodig is.
Diagnose is soms snel gesteld, maar komt soms ook heel moeizaam en
langzaam tot stand. Ouders is onzekerheid ergst. Informeren van ouders
uiterst belangrijk.
Comfort- gedragsschaal is betrouwbare methode om pijnbeleving en mate
van comfort te meten bij kinderen van 0-6 jaar.
Mul: H2 Neonatologie en perinatologie
- Prematuur te vroeg ( voor 37 weken)
- Aterme op tijd (kind geboren na 37 tot 42 weken)
- Serotien over tijd geboren
- Dysmatuur te licht voor leeftijd (small for gestational age (SGA) of
intra-uteriene groeivertraging (IUGR))
- Macrosoomte dikke voor leeftijd (large for gestational age (LGA))
> Kan voorkomen bij kinderen van moeders bij DM of
zwangerschapsdiabetes.
Toestand van kind in eerste minuten geobjectiveerd m.b.v. apgarscore op
1, 5 en 10 min na geboorte. Max apgarscore is 10 punten. Lage score die
niet verbetert in eerste 10 min geeft aan sprake kan zijn van perinatale
asfyxie, dwz: zuurstoftekort met verzuring en hoge CO2-waarden.
Samen met waarde van navelstreng-ph geeft apgarscore indicatie van
ernst van problemen van pasgeborene.
Overgang van leven in uterus (baarmoeder) naar leven buiten treedt
essentiële verandering op in manier v. zuurstof krijgen. Bij geboorte wordt
vocht in longen v. Baby naar buiten geperst en moet long zuurstof
opnemen. Daarnaast moet verandering komen in manier waarop bloed
stroomt: bloed via longen gaan lopen om zuurstof op te nemen en in
lichaam verdelen.
Kinderen die keizersnede geboren, mindere maten aanwezige vocht
in longen worden uitgeperst, kan wet lung optreden; kind zal aantal uren
versnelde ademhaling hebben en soms kreunen.
Ademhalingsproblemen uiten door volgende symptomen: versnelde
ademhaling, neusvleugelen, intrekken tussen ribben, van borstbeen of
boven borstbeen als teken van gebruik extra spieren.
Verdere symptomen: kreunen, als teken opbouwen van eind-
expiratoir druk en cyanose.
Ademhalingsproblemen speelt surfactans belangrijke rol. Surfactans =
vettige substantie (fosfolipidenlaag) aan binnenkant longblaasjes die voor
zorgt dat aan eind uitademing deze blaasjes niet samenvallen.
Bij jonge prematuren aanmaak onvoldoende en moet exogeen surfactans
worden toegediend.
Hoe jonger kind----------------> hoe groter kans IRDS.
, Door behandelen v. Moeder met corticosteroïden wordt geprobeerd
onrijping te bevorderen.
Kind kreunt.
Neonatale infecties kunne ontstaan wanneer kind voor of tijdens bevalling
geïnfecteerd wordt. BELANGRIJKE-ziekteverwekker is groep B hemolytische
streptokok (GBS).
Risicofactoren voor krijgen van infectie zijn onder meer prematuriteit en
langdurig gebroken vliezen (in NL moeders met koorts tijdens of voor bevalling,
doelgericht met antibiotica behandeld en algemene beleid is gericht op opsporen
dragers van GBS)
Infectie uit zich bij pasgeborenedoor: ondertemperatuur, slecht drinken en
kreunen, slechte circulatie, geprikkeldheid of sufheid.
Behandeling gericht op antibiotische therapie.
Meconium – ontlasting pasgeborene produceert. Soms bij kind in foetale
nood ontlasting al voor geboorte geloosd. Inademen (aspireren) van
meconium voor of tijdens baring kan leiding tot ernstige
ademhalingsproblemen.
Probleem van aspireren van meconium is dat in long een chemische
longontsteking veroorzaakt met in activatie van surfactans. Daarnaast
kunnen pluggen meconium delen luchtwegen obstrueren en zorgen voor
onvoldoende ventilatie en soms pneumothorax door ventielwerking.
Problemen ontstaan in loop van enkele uren en uiten zich door tekenen
van respiratoire insufficiëntie. Thoraxfoto, behandeling bijv. vorm van
beademing.
Een pneumothorax is luchtophoping tussen borstwand en pleura
(longvlies).
Kan ontstaan door gaatje in buitenkant van longweefsel waardoor
lucht ontsnapt.
Oorzaken: te geforceerde longontplooiing na geboorte, aangeboren
afwijkingen aan longweefsel en meconiumaspiratie.
Er zijn tekenen van respiratoire problemen of insufficiëntie. Bij percussie
en auscultatie van longen worden specifieke afwijkingen opgemerkt, als
verminderd ademgeruis of verschuiving v. Plaats waar harttonen klinken.
- Lampje tegen borstwand luchtcollectie zichtbaar worden
- Thoraxfoto kan pneumothorax gezien worden
Behandeling: aanprikken en ontlasten van luchtcollectie door middel van
drain.
Bij prematuren is oppervlakkig ademhalingspatroon geregeld
voorkomend probleem. Oorzaak: onrijpheid ademhalingssysteem.
Gevolgen: apneus en saturatiedalingen. Behandeling: coffeïne (stimuleert
ademhalingscentrum).