100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Ancient History Nederlands €4,49
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Ancient History Nederlands

 0 keer verkocht

Een samenvatting van het boek van de Blois en van der Spek voor het vak ancient history. De samenvatting is in het Nederlands.

Voorbeeld 4 van de 39  pagina's

  • 12 januari 2025
  • 39
  • 2024/2025
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (17)
avatar-seller
msoppe
H1: HET ONTSTAAN VAN DE BESCHAVINGEN IN EGYPTE EN MESOPOTAMIË
Voordat er beschavingen ontstonden in Egypte en Mesopotamië was de steentijd, in de oude en
middensteentijd waren de mensen jagers en verzamelaars. Mensen leefden als nomaden, aan
het eind van de middensteentijd had de mens werktuigen en bleven sommige groepen langer
wonen op 1 plek. In de nieuwe steentijd begint op verschillende plekken een grotere beheersing
van de natuur te komen. Deze tijd heet ook wel het neoliticum, hierin was de neolithische
revolutie.

1.1: LANDBOUW
Er zijn twee typen landbouw regenlandbouw en irrigratielandbouw. Regenlandbouw was
mogelijk in Iran, Noord-Irak, Noord-Syrië en aan de kust van de Middellandse Zee. Plekken
afhankelijk van regenlandbouw waren heel kwetsbaar omdat er makkelijk een voedselcrisis met
sociale en politieke gevolgen kon komen. Egypte en het zuiden van Mesopotamië waren
afhankelijk van irrigatielandbouw. Natuurlijke irrigatie was bijvoorbeeld het overstromen van de
Nijl.
Door de uitvinding van landbouw konden mensen zich specialiseren in soorten handwerk. Ook
ontwikkeld er een ambtenarenapparaat en een priesterkaste.

1.2: STEDEN
In een Mesopotamische stad was de tempel het belangrijkst, er ontstaat een tempeleconomie
met een tempelorganisatie die zich bezighield met landbouw, veeteelt en ambacht. In deze
economie ontstaat er rond 3400 BCE behoefte aan het schrift: spijkerschrift. Niet veel later
ontstond het hiërogliefenschrift in Egypte. In de steden waren de mensen sedentair, maar
buiten de steden waren er nog nomaden. Ook waren er semi-nomaden. Er was een haat-
liefdeverhouding tussen deze groepen, de sedentairen waren bang voor plunderingen van
nomaden maar beide groepen hadden elkaars producten nodig.

1.3: GEOGRAFISCHE GESTELDHEID: OVEREENKOMSTEN EN VERSCHILLEN
Overeenkomsten tussen Egypte en Mesopotamië zijn bijvoorbeeld dat ze allebei afhankelijk zijn
van regenwater en dat er een gebrek is aan grondstoffen. Maar er zijn ook veel verschillen. De
Egyptenaren konden zaaien op het vruchtbare slib van de rivier terwijl de Mesopotamiërs het
water voorzichtig door moesten laten lopen, ook is het water van de Nijl van betere kwaliteit en
is er bij de Tigris en Eufraat veel kans op verzilting. Egypte was moeilijker te bereiken dan
Mesopotamië omdat Egypte omringd is door woestijn. Daarom kreeg Egypte pas in het tweede
millennium te maken met buitenlanders. Egypte was hierdoor land stabiel zonder inmenging van
buiten, Mesopotamië was onstabiel omdat er veel macht overnames waren van buitenlanders.
Deze nieuwe machthebbers pasten zich wel aan aan de culturele traditie waardoor er grote
continuïteit was.

H2: HET DERDE MILLENNIUM V.CHR.: DE VROEGE BRONSTIJD
De overgangsperiode tussen de steentijd en de bronstijd is het chalcolithicum of de kopertijd.
De bronstijd begon ongeveer in het derde millennium BCE en eindigde rond 1200 BCE.

,2.1: DE INDELING VAN DE EGYPTISCHE GESCHIEDENIS
De geschiedenis van Egypte kan worden opgedeeld in dynastieën en rijken. De moderne
indeling is die van de drie rijken, dit zijn perioden waarin er voorspoed en politieke eenheid was,
ze worden afgewisseld door tussenperioden. Je hebt het Oude Rijk (2600-2150), Het Middenrijk
(2000-1800) en het Nieuwe Rijk (1550-1100). Daarna heb je nog een late tijd waarin Egypte
deel gaat uitmaken van andere grote rijken (750-332).

2.2: EGYPTE: HET OUDE RIJK 2600-2150
De periode voor het Oude Rijk is de vroeg-dynastieke periode (3000-2600), hierin kwam de
vereniging van Egypte onder 1 koning tot stand en werd het hiërogliefen schrift uitgevonden.
Egypte was verdeeld in onder-Egypte (de Nijldelta) en boven-Egypte. Het Oude Rijk liet macht
zien door het bouwen van piramiden in de buurt van Memphis. Hieraan hebben tienduizenden
mensen meegewerkt. Het oude rijk kwam ten val doordat provinciehoofden (gouwvorsten) te
machtig werden. Zij gaven hun grond door van vader op zoon en werden zo regionale koningen.
Ook namen de overstromingen van de Nijl af waardoor er hongersnoden kwamen.

2.3 MESOPOTAMIE: SUMER EN AKKAD
In het derde millennium werd de Mesopotamische beschaving vormgegeven. Hiervoor waren de
Sumeriërs en later de Akkadiërs verantwoordelijk. De Sumeriërs hebben de steden in zuidelijk
Mesopotamië groot gemaakt en het schrift op grote schaal toegepast, ze ontwikkelden de
politiek en cultuur. Ze hebben ook een begin gemaakt met de wetenschap. De Sumerische
school was door de eeuwen heen een cultuuroverdrager in het oude Nabije Oosten. In
Sumerische stadstaten kwam er een tweedeling tussen de wereldlijke leider en de tempel.
Drieduizend jaar lang bleven paleis en tempel de belangrijkste organisaties.
De Akkadiërs woonden in Akkad. Rond 2300 startte hun koning Sargon een rijk dat heel
Mesopotamië omvatte. Akkadiërs hebben veel van de Sumerische beschaving overgenomen,
zoals de godsdienstige voorstellingen, het schrift, literatuur en wetenschap. Rond 2100 BCE
bloeiden enkele Sumerische steden weer op en begon de Sumerische renaissance. De
koningen van de derde dynastie van Ur creëerden opnieuw een groot rijk in Mesopotamië. Dit
rijk ging ten onder door vreemdelingen, de Amorieten. Zij waren nomaden die naar de
vruchtbare rivierdalen van Mesopotamië wilden. Ze blokkeerden aanvoerlijnen naar de steden
en plaatselijke gouverneurs maakten hier gebruik van door de banden met Ur te snijden en
eigen dynastieën te stichten. Ook was er toenemende droogte waardoor de nomaden wel uit de
steppen weg moesten.

2.4: HET EINDE VAN HET DERDE MILLENNIUM
In de twee cultuurcentra, Egypte en Mesopotamië, was een periode van verwarring en
stagnatie. Maar er was een stevige basis voor latere generaties om voort te bouwen.



H3: HET TWEEDE MILLENNIUM V.CHR.
De midden- en late bronstijd. En het Middenrijk en de tweede tussenperiode.

,3.1 DE MIDDEN BRONSTIJD
Egypte: het Middenrijk en de tweede tussenperiode.
Kort voor 2000 BCE werd de eenheid van Egypte hersteld door de elfde dynastie, zij regeerden
in Thebe. De twaalfde dynastie zorgde voor sterke koningen die veroveringstochten
ondernamen en het rijk breidde zich uit. De twaalfde dynastie bracht de oase Faiyum,
verplaatsten het regeringscentrum daarheen en bouwden er dodentempels en piramiden. Er
was een bloeiperiode van cultuur en literatuur. Aan het eind van het Middenrijk brokkelde het
gezag van koningen af en ging de eenheid verloren. De veroveringstochten hielden op en er
werd minder gebouwd, dit is het begin van de tweede tussenperiode (1800-1550). Hier was er
een buitenlandse overheerser die de eigen dynastie stichtte.
Mesopotamië: de Oud-Assyrische en Oud-Babylonische tijd.
Er ontwikkelden in het begin van het tweede millennium twee staten die belangrijk zouden
blijven, Assyrië en Babylonië. De Amorieten, een vreemd volk dat zich aan het eind van het
derde millennium had gevestigd, droeg daar veel aan bij. Ze wisten in Assur, Babylon en Mari
de macht over te nemen zonder hun nomadische levensstijl op te geven. Het Sumerisch en
Akkadisch bleven de geschreven talen en het spijkerschrift bleef het gebruikte schrift, het
Amoritisch verdwijnt zelfs na verloop van tijd als spreektaal.
Noord-Mesopotamië: de stad Assur en het rijk van Šamši-Adad I.
Rond 2000 BCE werd Assur zelfstandig en begon er een periode van bloei door het
handelsverkeer met andere steden. Na een inzinking rond 1800 ging Assur een nieuwe
bloeiperiode tegemoet met de machtsgreep van Šamši-Adad I. Hij breidde zijn macht uit in
Ekallatum en Mari.
Zuid-Mesopotamië: het Oud-Babylonische rijk.
Na de val van Ur viel Mesopotamië terug in de onafhankelijke stadstaten situatie van vroeger.
Babylon werd in de 18e eeuw een politiek grootmacht en bleef dat doordat het ook in tijden van
politieke zwakte een centrale rol had in de cultuur. De Amoritische koning Hammurabi legde de
basis van de Babylonische beschaving. Hij had een van de eerste wetboeken. Na de dood van
Hammurabi bleef het Oud-Babylonische rijk niet lang bestaan. Het brokkelde af en de militaire
kracht ging achteruit. Rond 1600 BCE werd het ingenomen door een koning uit het Oud-
Hettitische rijk en werd het geplunderd. De spijkerschriftbronnen drogen dan op maar we zien
dat de dynastie van Kassitische oorsprong in het midden van het tweede millennium de macht
overneemt.

3.2: DE LATE BRONSTIJD 1600-1200
Het ‘concert der mogendheden’.
Er ontstonden grote mogendheden die elkaar min of meer in evenwicht hielden, het Nieuwe Rijk
in Egypte, Mitanni, het Hettitische rijk, Assyrië en Babylonië. Op Kreta bloeit de Minoïsche
beschaving en in Griekenland en Myceense. Daarnaast waren in Syrië en Palestina stadstaten
als Byblos, Tyrus en Sidon. De macht van deze staten berust voor een deel op de nieuwe
vinding van de strijdwagen. Een tweewielig voertuig dat door paarden werd getrokken.
Egypte: het Nieuwe Rijk 1550-1100.
De dynastie van de Thebaanse gouwvorsten herstelde de Egyptische eenheid. De achttiende
dynastie waren farao’s, zij begonnen meteen met het stichten van een imperium. Ze gingen tot
de Eufraat en diep in Nubië. De controle vanuit Egypte was vrij direct, de cultuur werd daar

, overgenomen. In Palestina en Syrië was de overheersing minder direct en konden koningen
van stadstaten op hun troon blijven. De meest uitzonderlijke farao was Achnaton. Hij probeerde
de polytheïstische godsdienst te veranderen naar een monotheïstische voor de zonnegod Aton.
Achnaton verwaarloosde zijn administratieve taken. Zijn opvolger Tut-Anch-Amon keerde terug
op de tradities en maakte Memphis tot hoofdstad. In de 13e eeuw werd Egypte nog eenmaal
hersteld door Ramses II.
Babylonië en Assyrië.
Na de val van het Oud-Babylonische rijk namen de Kassieten de macht over en hielden die voor
4 eeuwen. Zij passen zich aan aan de bestaande Babylonische cultuur. Rond 1350 kwam het
Midden-Assyrische rijk tot stand. Tot de achtste eeuw zouden Assyrië en Babylonië
Mesopotamië beheersen.
Mitanni.
Het lag tussen de bovenlopen van de Eufraat en de Tigris. De inwoners waren Choerrieten of
Hurrieten. Zij breidde zich langzaam uit. Het Choerritisch was de bestuurstaal maar toch waren
er ook Indo-Iraanse elementen.
Het Hethitische rijk.
Hun taal is Indo-Europees. Rond 1700 BCE stichtte zij het Oud-Hethitische rijk dat verzwakte na
een troonstrijd. Ron 1350 herstelde het, hij onderwierp grote stadstaten en maakte van Mitanni
een vazalstaat.
Kreta en Mycene.
De belangrijkste stad op Kreta was Knossos, het paleis was het centrum van de economie. De
bloei op Kreta werd mede mogelijk gemaakt door bloeiende handel en rooftochten. Rond 1450
werd Kreta veroverd door een Myceense expeditie. Rond 3000 had Griekenland ongeveer een
vergelijkbare beschaving als die van Kreta. Rond 1600 begonnen stedelijke centra als Mycene
zich te ontwikkelen. De beschaving werd militaristische. Hier heersen koningen met een elite
van wagenstrijders.
Internationale betrekkingen.
Babylonisch was een wereldtaal. Vriendschappelijke betrekkingen werden onderhouden door
regelmatige uitwisseling van brieven, geschenken en huwelijken. Deze werden vaak
aangeknoopt uit vrees voor een gemeenschappelijke vijand.

H4: HET EERSTE MILLENNIUM
4.1: DE VROEGE IJZERTIJD
Aan het eind van het tweede millennium vielen de grote rijken ongeveer tegelijkertijd uit elkaar,
de oorzaak hiervan waren andere volken die de rijken binnenkwamen. In Egypte kwamen de
zeevolken, zij kwamen waarschijnlijk omdat door klimaatverandering er niet genoeg regen was
gevallen en er hongersnood was ontstaan. In de 12e eeuw begon de ijzertijd

Egypte: de derde tussenperiode 1100-332.
Egypte verloor haar veroverde gebieden en er was geen eenheid. In de late tijd (715-332) werd
Egypte overheerst door buitenlanders.
Syrië en de Feniciërs.
Stadstaten in Syrië werden door de verzwakking van grote rijken weer zelfstandig. In sommige
heerste vorstenhuizen van Hethitische origine, dit zijn de neo-Hethitische vorstendommen.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper msoppe. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 75282 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,49
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd