College 1. Introductie
Artikel 1 - An overview of outcome measures used in
neuropsychological rehabilitation research on adults
with acquired brain injury (Heugten 2020)
Introductie
Belang van uitkomstmetingen: Het meten van uitkomsten is
essentieel in de neuropsychologische revalidatie om de effectiviteit
van interventies te evalueren en te zorgen voor evidence-based
zorg.
Uitdagingen: Er is een grote variëteit aan beschikbare
meetinstrumenten, maar er ontbreekt een standaardset, wat
consistente evaluatie en vergelijking bemoeilijkt.
Doel: Het artikel beoogt een overzicht te geven van
meetinstrumenten die de afgelopen 20 jaar zijn gebruikt in studies
over neuropsychologische revalidatie bij volwassenen met NAH, en
de weg te bereiden naar een standaardset van meetinstrumenten.
Uitkomstmeting kan verschillende doelen hebben voor verschillende
stakeholders:
Doeltreffendheid - Voor (fundamentele) onderzoekers en clinici is
doeltreffend het meest relevant: werkt deze behandeling, waarom
en hoe en voor wie?
Effectiviteit - Voor toegepaste onderzoekers, clinici maar ook voor
de patiënten en hun familie is effectiviteit belangrijker: is de
behandeling gunstig/behulpzaam voor de patiëntengroep of voor de
individuele patiënt?
Efficiëntie - Je kunt ook efficiëntie overwegen: werkt de
behandeling zoals verwacht en wat is de kosten-batenverhouding?
Methode
Dataverzameling: Studies tussen 1995 en 2015 werden
geëvalueerd via systematische reviews over cognitieve revalidatie
en andere interventies, zoals voor geheugen, aandacht, emotionele
functies en gedragsproblemen.
Instrumenten werden geordend volgens het ICF model in 2
hoofdcategorieën:
1. Neuropsychologische tests (gericht op cognitieve functies).
2. Andere meetinstrumenten (gericht op activiteiten, participatie
en kwaliteit van leven).
International Classification of Functioning (ICF) = ontwikkeld door
de WHO, categoriseert verschillende aspecten van gezondheid en
handicap. Het is gestructureerd rond 4 hoofdcomponenten. Deze niveaus
zijn bedoeld om een holistisch beeld te geven van gezondheid en functie,
1
,verder dan alleen fysieke beperkingen, met de nadruk op het leven en
volledig deelnemen aan de maatschappij, ondanks eventuele handicaps.
1. Lichaamsfuncties en -structuren = fysiologische en
psychologische functies van lichaamssystemen (bijv. mentale
functies, sensorische functies, cardiovasculaire functies) en
anatomische delen (bijv. ledematen, organen)
2. Activiteiten = uitvoering van specifieke taken of acties door
individuen, zoals lopen, communiceren of probleemoplossing.
3. Deelname = betrokkenheid bij levenssituaties en het vermogen om
deel te nemen aan sociale rollen, zoals werkgelegenheid, relaties en
gemeenschapsleven.
4. Omgevings- en persoonlijke factoren = contextuele factoren
beïnvloeden het functioneren en omvatten aspecten zoals sociale
steun, technologie en persoonlijke motivaties of ervaringen.
Resultaten
Neuropsychologische tests:
In totaal werden 215 tests geïdentificeerd, met een focus op
domeinen zoals werkgeheugen, reactietijden, neglect en afasie.
Veelgebruikte tests: Digit Span, Stroop Test, Trail Making Test (TMT)
en de Rivermead Behavioural Memory Test (RBMT).
Andere instrumenten:
166 niet-cognitieve instrumenten werden gedocumenteerd, met een
nadruk op emotionele functies (bijv. Hamilton Depression Rating
Scale) en multidimensionale metingen (bijv. SF-36, Barthel Index).
Multidimensionale meetinstrumenten, benadrukt dat ABI-revalidatie
niet alleen gaat over het verbeteren van specifieke hersenfuncties;
het gaat ook over het helpen van individuen om hun algehele
vermogen om te functioneren en deel te nemen aan het dagelijks
leven te herwinnen. Deze aanpak erkent dat ABI mensen op
complexe manieren beïnvloedt, en daarom is een breed scala aan
maatregelen nodig om de volledige impact en voortgang in
revalidatie vast te leggen
Beperkingen: Het gebrek aan uniformiteit in gekozen instrumenten
hindert meta-analyses en vergelijking van interventiestudies.
Discussie
Relevantie van uitkomsten: De nadruk ligt vaak op cognitieve
verbeteringen, maar neuropsychologische revalidatie heeft bredere
doelen, zoals sociale en emotionele aanpassingen! Een core set aan
metingen zou de standaardisatie bevorderen.
Voorstellen voor standaardisatie:
o Gebruik van bestaande instrumenten, rekening houdend met
psychometrische eigenschappen zoals gevoeligheid voor
verandering.
2
, o Betrekken van experts en consensusmethoden zoals de
Delphi-methode om een kernset instrumenten te ontwikkelen.
Vergelijking met eerdere studies: Deze overzichtsstudie beslaat
minder instrumenten dan vergelijkbare studies (bijvoorbeeld Tate et
al., 2013), wat verklaard wordt door de focus op specifieke
domeinen binnen NAH.
Beperkingen van de studie
1. Gebaseerd op bestaande reviews dus mogelijk recente instrumenten
niet opgenomen.
2. Focus op beroerte en traumatisch hersenletsel, waardoor andere
vormen van NAH (zoals multiple sclerose) minder aan bod komen.
3. Data beperkt tot 2015, hoewel nieuwe ontwikkelingen sindsdien
beperkt lijken.
Conclusies
Het artikel benadrukt het belang van uitkomstmetingen en biedt een
overzicht van gebruikte instrumenten om onderzoekers en clinici te
ondersteunen bij instrumentkeuze.
Er is behoefte aan een standaardset van meetinstrumenten om
consistentie en vergelijkbaarheid in onderzoek en klinische praktijk
te verbeteren.
Aanbevolen wordt om psychometrische eigenschappen en
haalbaarheid van instrumenten te overwegen bij het kiezen van een
kernset.
Hoofdstuk 1 – The development of neuropsychological
rehabilitation
A brief history
Oud-Egypte: De vroegst bekende beschrijving van
hersenletselbehandeling komt uit Egyptische documenten van 2500-
3000 jaar geleden.
Eerste Wereldoorlog (WW1): Moderne revalidatie ontstond door
de overleving van soldaten met hoofdletsel.
- Kurt Goldstein: Pionier van neuropsychologie.
- Walter Poppelreuter: Documenteerde hersenfunctieverlies en
schreef het eerste boek over hersenletselrevalidatie (1917).
Tweede Wereldoorlog (WW2): Specialisatie in behandeling van
hoofdwonden werd opnieuw belangrijk.
- Alexander Luria: Ontwikkelde theorieën over hersenfunctie en
methoden om disfuncties te compenseren.
- Zangwill: Categoriseerde benaderingen van revalidatie:
compensatie, substitutie en directe herscholing.
o Compensatie = reorganisatie van psychologische functies
om een specifieke handicap te minimaliseren of te
omzeilen.
3
, o Substitutie = het ontwikkelen van een nieuwe reactie
methode om een functie die onherstelbaar beschadigd is te
vervangen.
o Directe herscholing = gericht op het herstellen van een
beschadigde functie door gerichte oefeningen en therapie.
- Na WW2: Veel revalidatieprogramma’s stopten, maar concepten
zoals gezinsbetrokkenheid en jobtherapie werden geïntroduceerd.
- Jom Kipoeroorlog (1973): Yehuda Ben-Yishay ontwikkelde
holistische revalidatieprogramma’s, geïnspireerd door Goldstein.
- Recente ontwikkelingen:
o In 1976 lanceerde Leonard Diller het eerste 'Cognitieve
Revalidatie'-programma.
o Holistische aanpak, waarbij cognitie, emotie en gedrag
geïntegreerd worden, werd verder ontwikkeld door Ben-
Yishay en George Prigatano.
Holistische revalidatie vormt vandaag de kern van de behandeling van
hersenletsel.
Theoretische ontwikkelingen binnen neuropsychologische
revalidatie
Revalidatie is een interactief proces waarin hersenletseloverlevenden
samenwerken met professionals om hun welzijn te verbeteren op fysiek,
psychologisch, sociaal en beroepsmatig gebied. Het is niet hetzelfde als
herstel.
Vroege benaderingen van revalidatie
Powell: Stelde een model voor neuropsychologische revalidatie met
zes stappen, variërend van non-interventie tot medische
behandelingen.
Gross en Schutz: Biedden een gestructureerdere benadering met
vijf stappen:
1. Omgevingscontrole
2. Stimulus-responsconditionering
3. Vaardigheidstraining
4. Strategie substitutie
5. Cognitief proces
Dit model was hiërarchisch, waarbij patiënten met beperkte
leercapaciteit eerst eenvoudige technieken kregen, zoals
omgevingscontrole.
Kritiek: Het is twijfelachtig of therapeuten in staat zouden zijn om te
bepalen of een patiënt wel of niet kan leren of generaliseren.
Cognitieve functies
Theorieën over cognitieve functies, zoals taal- en leesstoornissen,
zijn invloedrijk geweest in revalidatie. Modellen zoals die van
Baddeley en Coltheart helpen de aard van tekortkomingen te
begrijpen.
4